‘Wij zijn individualistisch’, klinkt het vaak bij ondernemers die te vroeg verkopen. Egoïstisch is een beter woord.

Filip Balcaen behoort sinds vorige week tot het kleine clubje van Vlaamse euromiljardairs. Hij verkocht zijn vinylgroep IVC aan het Amerikaanse Mohawk voor 1 miljard euro. Balcaen onderhandelde in het verleden met Unilin en Beaulieu over de uitbouw van een grotere groep.

Dat lukte niet. “Verankering vind ik een idioot en parochiaal begrip. De wereld is ons dorp”, zei Balcaen zaterdag in een interview met De Tijd.

Dat is een opmerkelijke uitspraak. Want dan moeten de Belgische familiale aandeelhouders van AB InBev, Lhoist en Solvay wel heel provincialistisch zijn. Zij timmerden generaties lang geduldig aan de uitbouw van wereldgroepen in hun marktniche. Balcaen gaf het interview op een moment dat de koers van AB InBev historisch hoog steeg, boven 100 euro per aandeel. Met een beurskapitalisatie van ruim 160 miljard euro werd het dorpse AB InBev de belangrijkste drankengroep ter wereld. Het onttroonde Coca-Cola Company, de onderneming met het bekendste en in marketingtermen meest waardevolle drankje ter wereld.

Blijkbaar kunnen de West-Vlaamse rijke families niet wat de Franstalige adellijke elite in België al decennia kan. “Wij zijn individualistisch”, klinkt het vaak bij ondernemers die te vroeg verkopen. Egoïstisch is een beter woord. Het kortzichtige eigenbelang primeert op de uitbouw van een wereldwijde onderneming op lange termijn, met een mondiale impact en een leidersrol.

Filip Balcaen krijgt 1 procent van de aandelen in Mohawk, en een zetel in het bestuur. Via dat ene zitje zal hij ongetwijfeld een dam kunnen opwerpen tegen de meerderheid van de negen andere bestuurders. De Belgische families van AB InBev daarentegen beslissen in pariteit met de Braziliaanse familiale aandeelhouders over de strategische langetermijnkoers van het brouwerijconcern. AB InBev is ook een kweekschool van Belgisch managementtalent, dat topmanagers heeft gezaaid in talloze ondernemingen in eigen land en daarbuiten.

Uiteraard heeft die langetermijnfocus niets te maken met altruïsme. De Belgische families van AB InBev werden schatrijk. In 1988 bedroeg de boekwaarde van de fusiegroep Artois Piedboeuf 442 miljoen euro. Hun belang van 29 procent in AB InBev heeft de Belgen vandaag een beursfortuin van ruim 46 miljard euro opgeleverd, zonder rekening te houden met de jaarlijkse dividendenstroom en de opbrengst uit verkochte aandelen. Daar kan Filip Balcaen met zijn vers vergaarde miljard nog een puntje aan zuigen.