Alan Mulally , CEO van de Amerikaanse autoreus Ford , waarschuwt voor overcapaciteit in de Europese autofabrieken.
In een interview met de Britse zakenkrant Financial Times (FT) verklaart aftredend Ford-topman Mulally dat de Europese autofabrikanten forse besparingen zullen moeten doorvoeren om de aanhoudende overcapaciteit op de Europese automarkt te beteugelen.
Discount
Als gevolg van de economische crisis ging de Europese autoverkoop er gestaag op achteruit, ondanks een licht herstel in de eerste maanden van dit jaar. De autoverkoop in Europa steeg met 7,4 procent in de eerste vier maanden van dit jaar, maar analisten wijzen erop dat zware discountprijzen de kwakkelende vraag kunstmatig hoger hebben gehouden in een regio met beperkte economische groei, hoge werkloosheid en een laag consumentenvertrouwen.
De terugval van de afgelopen jaren bracht in ieder geval aanzienlijke verliezen mee voor de autofabrikanten. Hoewel de autoreuzen al maatregelen hebben genomen – door het sluiten van fabrieken bijv. – blijft het probleem van overcapaciteit volgens de Ford-baas reëel.
Maatregelen ‘onvermijdelijk’
Dus moeten er meer maatregelen volgen. “Onvermijdelijk,” oordeelt Mulally. “Het is onvoldoende. Bedrijven zullen hun capaciteit verder moeten afstemmen op de vraag”, zei de topman van het op een na grootste automerk in Europa.
Ford gaf alvast het voorbeeld door zelf twee fabrieken in Europa te sluiten. Met de sluiting van de twee vestigingen neemt de druk op de resterende fabrieken evenwel niet af. Ford wil dit jaar namelijk weer winst optekenen in zijn in Duitsland gevestigde Europese divisie. Daar werden drie opeenvolgende jaren verliescijfers genoteerd.
Forse verliezen en 3 miljoen banen
Ford boekte vorig jaar in Europa een verlies van 1,6 miljard dollar. Ter vergelijking: de Europese divisie van General Motors leed in datzelfde jaar 844 miljoen dollar verlies, en 1,9 miljard dollar in 2012.
De automobielindustrie is goed voor ongeveer 3 miljoen Europese banen. Volgens de Europese sectororganisatie van autofabrikanten ACEA stemt dat aantal overeen met 5,3 procent van alle banen in de EU. (BO)
