ZICHT OP 2000. Meer mensen, minder profeten
Iets meer dan 200 weken vóór het jaar 2000 heeft Style (opnieuw) een aantal opiniemakers samengebracht om de hartslag van dit fin de siècle te voelen. Onder de belangrijkste tema’s van deze rondetafel : zin en onzin van voorspellingen, de gevolgen van de werelwijde overbevolking en de profeten van onze moderne tijd.
SERGE VANMAERCKE
FOTO’S : GERALD DAUPHIN
Het magische jaar 2000 wordt stilaan een myte, een metafoor voor de toekomst in het algemeen. De myte vervaagt naarmate de beslissende datum nadert. Rond dat jaar 2000 heersen nogal wat misvattingen. Hoe zal het begin van het derde millennium eruitzien ?
Robrecht Willaert : Iedereen spreekt over de overgang van 31 december 1999 naar 1 januari 2000. De eerste dag van het derde millennium is echter 1 januari 2001. Iedereen vergist zich dus.
Dirk Renard : 2000 is een kunstmatige konventie, zoiets als z’n vijftigste verjaardag vieren. Nu het jaar 2000 nadert, doet iedereen voorspellingen, maar dat is van alle tijden. Ook ondernemingen maken prognoses. De meest gebruikelijke metode daarvoor is extrapolatie. Maar aan de IMD (managementschool) in Genève zegt men : the future will be different than it used to be. Wie filozofeert over de toekomst kan best die one-liner voor ogen houden.
Robrecht Willaert : Er worden nu al plannen gesmeed tot in 2005 en 2010. Wanneer we eens goed bekijken van waar we komen, dan zijn we met reuzesprongen vooruitgegaan. De kaap van het jaar 2000 kan dus nuttig zijn om even stil te staan, om na te denken over alles wat zo grondig veranderd is, zonder dat we ons daarvan altijd bewust waren.
Solange Schwennicke : De verandering is al gebeurd en is in feite voortdurend aan de gang.
Michel Moers : De toekomst is altijd anders dan we verwacht hadden. Beeldverhalen of science fiction-boeken doen twintig jaar na hun verschijnen vreemd aan omdat onze ‘aktualiteit’ nooit overeenstemt met wat voorspeld werd. Alleen Jules Verne heeft een min of meer precieze visie op de toekomst gehad.
Dirk Renard : Maar veel plannen worden toch gemaakt op basis van het verleden !
Solange Schwennicke : Vandaag is de ommekeer toch totaal : the sky is no longer the limit ! Zo lang heeft men gedacht dat alles kon. Maar de jongste vijf of tien jaar wordt wel degelijk anders gedacht. Men is wel niet bang van het jaar 2000, maar die datum schudt het geweten opnieuw wakker.
Dirk Sterckx : Het is wellicht interessant om het fenomeen 2000 te vergelijken met wat er gebeurde in het jaar 1000. De enen hechtten niet het minste belang aan die datum, de anderen wel. Maar wat weten we precies over het jaar 1000 ? Voor 2000 is dat wellicht idem dito. Sommigen staan erbij stil, maar voor de meeste mensen wordt 1 januari 2000 een dag zoals een andere.
Robrecht Willaert : De jongste tien of vijftien jaar heeft er toch een enorme evolutie plaatsgehad op het vlak van telekommunikatie, informatica, enz. Maar er zijn dingen die niet veranderen. Zo heeft The Sunday Times onlangs een lijst gepubliceerd met de real estate owners van het Verenigd Koninkrijk in 1895 en in 1995. Onder de tien biggest real estate owners is er slechts één nieuwe naam : Prins Charles.
Tony Coenjaerts : Dat is eigen aan het Brits recht. In België verbrokkelt het grootgrondbezit van de ene generatie op de andere, terwijl in Groot-Brittannië de oudste erfgenaam altijd de gronden erft. Zo blijven domeinen van honderden hektaren eeuwenlang ongeschonden.
Wat de verwachtingen
voor de toekomst betreft, zijn angst voor uitsluiting en de dingen waar we geen vat op hebben, de belangrijkste bekommernissen van individuen, bedrijven of instellingen. Kunnen onvoorziene omstandigheden beter in kaart gebracht worden ?
Dirk Renard : Bepaalde feiten en tegenstrijdigheden zijn inderdaad van alle tijden. Maar we moeten toegeven dat we niet bepaald goed zijn in het voorspellen van de toekomst. We vergissen ons steeds opnieuw. Het zou interessant zijn een onderscheid te maken tussen veranderingen die wèl en andere die niet voorspelbaar zijn. Er zijn faktoren die de wereld waarin we leven grondig zullen veranderen. Wat mij in het bedrijfsleven bijvoorbeeld verontrust, is dat steeds meer mensen uit de boot vallen : eerst en vooral de jongeren die afgestudeerd zijn, die boordevol talent zitten en nog nooit zo weinig vooruitzichten hebben gehad ; en dan de mensen van 55, die men opzij wil schuiven. Zal men dergelijke praktijken blijven dulden ? Of zal een of ander element alle mogelijke voorspellingen komen ontkrachten ? Ik geloof dat in het huidige systeem een aantal mijnen liggen. En er moet rekening gehouden worden met de mogelijke gevolgen als één of meer van die dingen ontploffen.
Dirk Sterckx : Daar zijn voorbeelden van. De val van Antwerpen in 1585 : een geïsoleerd feit, maar met enorme gevolgen voor Europa.
Robrecht Willaert : Gaston Thorn heeft ooit eens beweerd dat Europa een ouderlingentehuis was, Afrika een kindertuin en Azië een hogeschool. Bij ons worden de mensen steeds vroeger ‘oud’ gemaakt, afgeschreven dus. De televisie wil jonge gezichten, tussen 20 en 25 jaar (maar CNN brengt gezichten van 40 tot 45 jaar). Bij ons staan de uitgeslotenen aan het begin en aan het einde van een carrière.
Tony Coenjaerts : Dat is de illuzie van de vakbonden. Door bepaalde leeftijdskategorieën uit te sluiten, denken ze werkgelegenheid te scheppen. Onzin. Voor de ondernemingen betekent dat het verlies van het kollektief geheugen en voor afdelingen waar handenarbeid nog belangrijk is, een verlies van know-how. Bovendien evolueren techniek en technologie met rasse schreden. Over enkele jaren krijgen we twee groepen mensen, diegenen die bekwaam zijn om met de nieuwe technieken om te springen en de anderen.
Solange Schwennicke : Wat dat betreft, zijn onze jonge ondernemingsleiders nog niet klaar om op lange termijn te denken. Omdat ze in alles meteen moeten scoren. In zeer korte tijd veel geld verdienen. De lijfspreuk luidt : we hebben geen tijd.
Marcia De Troyer : Vroeger was de lange termijn beloftevol voor de jongeren, maar nu is die lange termijn niet meer betrouwbaar. Naast de wetenschappelijke vooruitgang is er ook veel achteruitgang : vervuiling, enz. En nu worden mensen van 55 uitgesloten, maar misschien overkomt mij hetzelfde als ik 35 word.
Ingrid de Borchgrave : Vandaag wordt aan beginnende universiteitsstudenten verteld dat ze nadien geen job zullen vinden. Ze komen dus totaal gedemotiveerd op de arbeidsmarkt terecht.
Dirk Sterckx : We hebben inderdaad een enorme vooruitgang gemaakt, maar het omgekeerde is ook waar. Door dramatische omstandigheden zijn bepaalde mensen tegenwoordig genoopt te ‘overleven’, zoals in Sarajevo bijvoorbeeld. We hebben perioden gehad waarin dat voor veel mensen in Europa het geval was. Invasies, slachtingen, enz. Daar zijn we hier de jongste tijd van gespaard gebleven. Voor sommigen is er nu misschien een einde gekomen aan de vooruitgang. Individualisme wordt almaar sterker en leidt tot totaal isolement. De beschermende strukturen brokkelen af. Er zijn steeds meer echtscheidingen, kinderen verwaarlozen hun bejaarde ouders.
De grote vooruitgang
ten spijt, klinkt in de gesprekken over de toekomst een ondertoon van ongerustheid. Naast het fenomeen van uitsluiting, staat de maatschappij wereldwijd voor een enorm probleem van overbevolking. Uitsluiting en overbevolking zijn niet bepaald goede maatjes.
Dirk Renard : Ik ben ervan overtuigd dat we met te veel mensen zijn… Zowel in Europa als elders in de wereld. Ik ben vier jaar bij Artsen Zonder Grenzen geweest. Ik ben in landen geweest waar het bezoek van het hoofd van een religieuze instelling alle inspanningen inzake gezinsplanning op de helling heeft gezet. Mensen die daarvoor hun morele autoriteit gebruiken, zijn gewoon moordenaars ! Zelfs in België : tien miljoen mensen, dat is echt niet meer nodig. Vroeger zette men de mensen ertoe aan veel kinderen te baren. Men had handen nodig om het werk te doen. Dat is nu niet meer het geval. De voortplanting moet dus helemaal niet meer gestimuleerd worden. In België zouden we goed kunnen leven met zes miljoen mensen. Ik wil hier geen malthusianisme preken, maar een en ander moet ernstig overwogen worden. De kinderbijslag werd uitgevonden om mensen aan te zetten kinderen te baren. Vandaag is dergelijke stimulans niet meer nodig. Ik ben heel gelukkig geweest in een gezin van tien kinderen, maar ik maak me wel zorgen om de toekomst.
Michel Moers : Ja, maar voortplanting zit nu eenmaal in onze genen gebakken. Hoe zetten we het idee uit ons hoofd dat we op de wereld zijn om te blijven voortleven in ons nageslacht ? Dat is niet louter een kulturele of ekonomische, maar ook een biologische kwestie. Het is iets dat inherent is aan elk levend wezen. Er moet dus nog een andere strijd gestreden worden.
Als zieners
of gidsen hebben profeten door de eeuwen heen het tijdperk waarin ze leefden en het gedrag van sommige van hun tijdgenoten beïnvloed. Hun invloed wordt bedreigd door de massabewegingen en door de individualizering. Is er nog een toekomst voor profeten ?
Marcia De Troyer : De meeste jongeren van vandaag zeggen dat ze geen voorbeeld meer nodig hebben. Ze stippelen zelf hun weg uit. Ze laten zich niet meer meeslepen door grote bewegingen, zoals die van de pacifisten in de jaren zestig, integendeel. Ze willen zich op individuele basis inzetten, zonder zich om de rest te bekommeren.
Dirk Renard : Ik ben er nog altijd van overtuigd dat mensen voorbeelden nodig hebben om naar op te kijken. Figuren die het voorbeeld geven en die men graag zou navolgen. Voortrekkers.
Dirk Sterckx : Bill Gates of, op een ander vlak, Kurt Cobain van Nirvana. Er zijn wellicht méér profeten dan vroeger, maar ze verdrinken in de massa. Dat is gedeeltelijk te wijten aan de massamedia. Tegenwoordig zijn er veeleer 1000 kleine profeten dan 1 grote. En de nieuwe profeten zal je binnenkort kunnen vinden op Internet.
Robrecht Willaert : Door de media wordt alles gebanalizeerd. Alles moet snel gaan, kort zijn en oppervlakkig blijven. In welk medium (krant, magazine) vind ik nog een onderwerp dat terdege uitgediept wordt, over 10 tot 15 bladzijden ? Men leest niet meer, maar ‘bekijkt’ z’n krant. Ook op dat vlak krijgen we fast food. Citeer mij één blad dat een onderwerp grondig behandelt, en ik neem meteen een abonnement. De televisie, net hetzelfde.
Dirk Sterckx : Maar dat type van pers heeft ook een nieuw publiek gevonden. Zij die vroeger helemaal niet lazen. The New York Times of The Washington Post zijn niet verdwenen omdat USA Today verscheen.
Tony Coenjaerts : Het is wachten op de betaaltelevisie, dan zullen we zien wat de mensen willen.
Dirk Renard : Een profeet moet iemand zijn met een bepaalde etiek. Als voorzitter van de Vlaamse Manager Associatie stel ik vast dat de leden steeds meer belangstelling aan de dag leggen voor etiek. Het komt erop aan een dynamiek op gang te brengen die de mensen ertoe aanzet te handelen en niet enkel te observeren.
Robrecht Willaert : Een moderne Teilhard de Chardin.
Boven, van links naar rechts : Solange Schwennicke, Robrecht Willaert, Dirk Renard en Dirk Sterckx.
Onder, van links naar rechts : Tony Coenjaerts, Michel Moers, Marcia De Troyer en Ingrid de Borchgrave.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier