Zelfstandigen hoeven niet meer sociale zekerheid
Minister Sabine Laruelle (MR) waande zich vorige week nog in paarse wolken. Ze kondigde aan dat ze de minimumpensioenen en de kinderbijslagen voor zelfstandigen zou verhogen tot het niveau van die van de werknemers, en ze zou ook de solidariteitsbijdrage en de pensioenmalus afschaffen. De gelijkschakeling van de pensioenen (er rest nog een gat van 90 euro maandelijks) zou bereikt moeten worden in 2011. Een mooie ambitie voor een minister van een interim-regering van drie maanden.
De oranje-blauwe traditie is echter anders. Minister van Begroting Yves Leterme (CD&V) liet meteen weten dat ministers geen maatregelen moeten aankondigen als er geen financiering voor is. En dus ging Laruelle terug naar af. Maar gegarandeerd komt dit terug op tafel, want de voorstellen van Laruelle zijn een logisch sluitstuk van acht jaar paars beleid waarbij het armoedige sociale stelsel van de zelfstandigen al veel dichter bij het rijke stelsel van de werknemers is gekomen.
Morgen vrijdag wordt de GEM-studie voorgesteld. Ongetwijfeld zal die opnieuw herhalen dat België te weinig entrepreneurs telt. Uit enquêtes van Unizo, de organisatie van zelfstandige ondernemers, blijkt dat een van de grootste drempels om zelfstandig te worden de zwakke sociale bescherming is. Logisch als je weet dat je als werknemer bij ontslag lange opzegperiodes hebt (als bediende toch), werkloosheidsvergoedingen ontvangt, uitgebreide medische terugbetaling krijgt en kunt genieten van allerlei toetjes zoals tijdskrediet en ouderschapsverlof. En wat betaal je daarvoor? Afgerond 12 % van je maandelijkse brutoloon en de werkgever doet daar 34 % bovenop. Zelfstandigen betalen vanaf dit jaar 22 % sociale bijdragen.
Entrepreneurship betekent risico’s nemen. Is het dan noodzakelijk om hetzelfde sociale vangnet te hebben? Er is een faillissementverzekering, die recentelijk werd verbeterd. Werklozen verliezen hun recht op uitkering niet als ze terugkeren na een mislukte zelfstandige activiteit. Bij de overheid is verlof zonder wedde een mogelijk systeem. Maar voor werknemers in de privésector moet er meer mogelijk zijn. Zo kunnen werknemers nog erg moeilijk via tijdskrediet een zelfstandige activiteit ontwikkelen. Het sociaal stelsel zou enkele jaren lang in een betere bescherming moeten voorzien voor startende ondernemers.
Maar een volledige gelijkschakeling met werknemers is niet wenselijk. Vandaag is er voor zelfstandigen een basis sociale zekerheid. Daarnaast is er een pak privéverzekeringen die de zelfstandige vrijwillig kan aangaan. Die vrijheid is een hoeksteen van het zelfstandig zijn. Er zijn aanvullende verzekeringen voor pensioen of formules van gewaarborgd inkomen bij ziekte of invaliditeit. Tot voor kort was er ook een aanvullende verzekering voor de kleine risico’s (de gewone doktersbezoeken). Vanaf 1 januari is dat gegarandeerd voor iedereen. Tegelijk is de financiering veranderd. Tot vorig jaar betaalde de zelfstandige die kleine risico’s wou verzekeren een forfaitaire premie aan een ziekenfonds naar keuze. Nu wordt zijn bijdrage geïnd via de sociale bijdragen. Die worden echter procentueel berekend. Hoewel gezegd werd dat het nieuwe systeem niet duurder mag uitvallen voor de zelfstandige, is dat helemaal niet het geval. Tot een bepaald inkomen doet de zelfstandige winst, maar zodra hij meer verdient, wordt de factuur fors hoger. Vele zelfstandigen zullen voor hun kleine risico’s makkelijk twee tot drie keer meer gaan betalen.
De overgang naar een uitgebreider sociaal systeem betekent dus onvermijdelijk de afbouw van de private verzekering en de toename van de solidariteit onder de zelfstandigen. Is het dat waar veel zelfstandigen van dromen? Onze dure sociale zekerheid voor werknemers is een probleemkind en maakt arbeid erg duur. Het lijkt niet verstandig dit te kopiëren naar de zelfstandigen.
En er is nog een addertje onder het gras. Indien de uitkeringen gelijk worden met de werknemers, waarom zouden dan ook de bijdragen niet gelijk zijn? Vandaag kennen de zelfstandigen een plafond. Boven de 49.000 euro is er een verlaagd tarief (14,6 %) en boven de 72.000 euro zijn geen bijdragen meer verschuldigd. Bij de werknemers bestaan dit soort plafonds niet. Elio Di Rupo (PS) stelde anderhalf jaar geleden al eens voor om die plafonds te laten springen. Terwijl het net de ambitie zou moeten zijn om bij de werknemers weer een plafond in te voeren. Zoals het trouwens ook onzin is om de pensioenmalus bij de zelfstandigen af te schaffen. Hij moet juist ingevoerd worden bij de werknemers.
Moet de overheid misschien de rekening betalen? Het zou van gezond verstand getuigen als de overheid de extra sociale bescherming tijdens de eerste jaren van het zelfstandig zijn, zou financieren. Dat is een beleid dat gericht is op meer entrepreneurschap en daar wordt op termijn ook de overheid beter van. De rest van het sociaal stelsel mag – zelfs moet – slanker zijn dan het werknemersstelsel. En daar moet de overheid dan ook geen extra geld aan toeleggen. Ze financiert nu al 33 % van de uitgaven (tegen 26 % bij de werknemers). De sociale zekerheid van de zelfstandigen stelt het trouwens wel. 2006 werd afgesloten met een overschot van 66,4 miljoen euro. Er was zelfs ruimte om een uitzonderlijke extra terugbetaling van 94 miljoen euro schulden te doen. De zelfstandigen kunnen dus wel hun eigen potje koken. (T)
de auteur is hoofdredacteur.
Guido Muelenaer
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier