Verdoken staatssteun

De Europese Commissie beschuldigt Nederland van verdoken staatssteun door goedkeuring van een technolease aan Philips en Fokker. Het principe van de sale-and-lease- back-operatie komt echter niet in het gedrang.

Deze week legt de Nederlandse Tweede Kamer premier Wim Kok en drie oud-bewindslieden Ruud Lubbers, Koos Andriessen en Marius Van Amelsvoort op de rooster over hun aandeel in het technolease-dossier van Philips (zie Eminent, blz. 138) en de Rabobank uit ’93. Volgens EU-Commissaris Karel Van Miert hebben onze noorderburen op verdoken wijze staatssteun verleend aan de betrokken bedrijven.

Indien Nederland veroordeeld wordt, kunnen concurrenten een schadeclaim indienen. Na een miljoenenderving aan fiscale inkomsten, riskeert de Nederlandse schatkist een nieuwe aderlating van formaat. Intussen vragen ondernemers zich af of de Europese Commissie niet alle sale-and-lease-back-operaties (een modern beroepskrediet, waarbij activa verkocht en onmiddellijk teruggehuurd worden om boekhoudkundige redenen) in vraag zal stellen en dus het kind met het badwater weggooien.

“Daar bestaat geen gevaar voor,” sust Johan Van den Driessche, partner van het internationaal belastingadvieskantoor KPMG Peat Marwick Tax Advisers : “Niet de technolease zelf, maar het oneigenlijk gebruik van de constructie staat ter discussie. Nederland kende een gedetailleerde omschrijving van een operationele lease (bij financiële lease worden geen fiscale voordelen toegekend). Vraag is of technologische kennis onder deze definitie valt. Ja, zei het toenmalig kabinet van Financiën. Maar achteraf legde de nieuwe staatssecretaris Willem Vermeend de lease van knowhow aan banden om nieuwe derving van belastinginkomsten te vermijden. De Europese Commissie onderzoekt nu of Nederland indertijd voor twee specifieke bedrijven een fiscaal voordeel heeft gegeven. Voortaan wordt technolease alleen nog maar gedoogd als ze economisch verantwoord is. In ons land bestaat terzake reeds een algemene anti-rechtsmisbruikmaatregel. Zo zou de Belgische fiscus een technolease, waarbij de volledige knowhow verkocht wordt, kunnen verwerpen.”

TECHNISCHE DISCUSSIE.

Technolease vereist een juridisch complexe structuur, maar biedt voor beide partijen fiscale voordelen. Enerzijds mildert de financier zijn winsten door extra afschrijvingen. Anderzijds verzilvert het bedrijf zijn verliezen door ze te compenseren op de meerwaarden van de verkoop.

Van den Driessche : “Als de bank de kosten sneller kan afschrijven dan de opbrengsten uit de huurgelden binnenkomen, verminderen de winsten tijdelijk en wordt de fiscale druk uitgesteld. Bovendien haalt de verkoper soms een bedrijf met liquiditeitsproblemen kapitaal in huis en krijgt hij de mogelijkheid de geboekte meerwaarden te compenseren door de verliezen van de jongste jaren. Als gevolg van het carry back/carry forward-systeem in Nederland kunnen ondernemingen binnen bepaalde grenzen de verliezen zowel naar de toekomst als naar het verleden overdragen om ze af te trekken van de winsten, zodat hun belastingdruk verlaagt ( nvdr in België bestaat alleen een onbeperkte verliescompensatie naar voren).”

Tot zover de theorie. Maar wat is er nu misgelopen ? Een samenvatting van de gebeurtenissen. In ’93 verkocht Philips zijn technologische kennis voor de ronde som van 50 miljard frank aan de Rabobank en leasde deze knowhow terug over een periode van tien jaar. Zo ontving de noodlijdende elektronicareus het eerste jaar zo’n 10,8 miljard frank, terwijl de financiële instelling 19,8 miljard frank aan fiscale claims in de wacht sleepte. Een jaar later paste Fokker dezelfde fiscale spitstechnologie toe. De Nederlandse vliegtuigbouwer verkocht zijn knowhow voor 37,8 miljard frank aan dezelfde bank, die zo een fiscaal voordeel van bijna 14 miljard frank kreeg.

Nochtans had de belastingadministratie zwaar verzet aangetekend. Maar Koos Andriessen (CDA), de toenmalige minister van Economische Zaken, zette door en wist het hele parlement te overtuigen dat geen enkele fiscale wet noch jurisprudentie overtreden werd. Volgens Van Miert is deze regeling echter wel in strijd met de Europese regelgeving. Bovendien zou speciaal om de Philips-deal mogelijk te maken de zogenaamde Amsterdamse regeling voor sale-and-lease-back-operaties buitenspel gezet zijn.

Maar lidstaten beschikken nog altijd over fiscale autonomie. De kans is dus groot dat Nederland vrijgesproken wordt. De kans dat de Europese Commissie kan bewijzen dat deze regeling op maat van Philips en Fokker geschreven werd, is vrij klein. Het volstaat onze noorderburen te antwoorden dat ook andere gegadigden van dit voordeel konden genieten (hoewel dergelijke aanvragen van DAF en Nedlloyd geweigerd werden). Maar bestaat nu het gevaar niet dat alle sale-and-lease-back-operaties in de toekomst als dubbele afschrijvingen veroordeeld worden ? Van den Driessche : “Neen, want deze dossiers betreffen meestal louter materiële goederen. Bovendien komen de financiers zoals in het geval van de NMBS (zie ook Trends van 22 juni ’95) en Sabena meestal uit de Verenigde Staten, zodat de Europese Commissie België moeilijk kan beschuldigen van onrechtstreekse staatssteun, aangezien deze bedrijven hun uitgaven in eigen land afschrijven.”

ERP

JOHAN VAN DEN DRIESSCHE (KPMG) Geen gevaar voor sale-and-lease-back-operaties in België.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content