Uw villavennoot schap in gevaar
Afgelopen maandag lanceerde Dirk Van der Maelen (SP.A) zijn wetsvoorstel om villavennootschappen aan te pakken. De maatregel past volgens de socialistische fractieleider in de strijd tegen de fiscale fraude. Heeft de rode ridder het wel bij het rechte eind?
Vervolg: zie blz. 76.
Ik hoor al 25 jaar praten over de aanpak van de fiscale fraude, maar België heeft er tot op heden niet veel van gebakken,” zegt Dirk Van der Maelen, fractieleider van de SP.A in de Kamer. “Zelfs de acht punten uit het regeerakkoord zijn nog niet gerealiseerd.” Daarbij denkt de ‘rode ridder’ in de eerste plaats aan data warehousing en data mining. Dat zijn technieken om de beschikbare gegevens bij de fiscus op een intelligente manier te gebruiken om tot een performante risicoanalyse te komen. Van der Maelen: “Die beleidsoptie staat al in het jaarverslag van 1997. Sinds 1999 is minister Didier Reynders ( MR) bevoegd voor Financiën. Vijf jaar later zijn we nog altijd niet uit de problemen. Altijd botsen we op het probleem van de privacy. Dat roept bij mij scepsis en achterdocht op. De huidige knipperlichten voor fiscale fraude zijn ook al twintig jaar oud en aan de hervorming van het ministerie komt maar geen einde. Daarom volg ik dit dossier van nabij op. Concreet denk ik bijvoorbeeld aan vrijwillige overeenkomsten ( nvdr – convenanten) met boekhouders, accountants en bedrijfsrevisoren. Ik wil komen tot een verhoogde responsabilisering en bestraffing van die beroepsgroepen.”
Het socialistische kamerlid richt zijn pijlen nu op zogenaamde villavennootschappen – constructies waarbij zelfstandigen hun aangekochte woning onderbrengen in een vennootschap en de aanleg van een zwembad, sauna, tennisveld of tuin via die weg aftrekken van de belastingen. Dat leidt tot ongeoorloofde fiscale voordelen, berekende Van der Maelen (zie ook blz. 76). Trends legde de SP.A-politicus op de rooster.
TRENDS. Boekhouders, accountants en revisoren zijn al hoofdelijk aansprakelijk voor de ontdoken belasting van hun cliënten. Is het niet wenselijker om de bestaande regels correct toe te passen voordat we nieuwe, strengere wetten invoeren?
DIRK VAN DER MAELEN (SP.A). “Ik wil hoe dan ook tot een systeem komen zoals in Nederland, waar men aanvaardt dat bepaalde handelingen die door boekhouders en accountants zijn gesteld door de fiscus worden aangenomen zonder bijkomende controle.”
Een boekhouder of accountant heeft toch niet de bevoegdheden van een onderzoeksrechter of het parket? Hij kan niet de echtheid van de gegevens controleren die zijn cliënt hem ter hand stelt. En wat als het dan nog om een buitenlandse cliënt gaat?
VAN DER MAELEN. “In de strijd tegen de internationale fiscale fraude pleit ik eerst en vooral voor meer internationale samenwerking tussen de departementen van diverse landen. Het moet mogelijk worden dat onze belastingcontroleurs worden uitgezonden naar het buitenland om daar ter plekke fiscale controles uit te voeren. Dat is in 2002 amper tweemaal gebeurd. Nochtans heeft ons land al dergelijke akkoorden afgesloten met Nederland, Frankrijk, Italië en Oekraïne, maar die procedure loopt te stroef. Momenteel moet een Belgische fiscale ambtenaar die een onderzoek wil voeren naar een Nederlandse dochter van een Belgische onderneming die in Breda is gevestigd, zijn vraag om inlichtingen opsturen naar de top van de Belgische administratie, die ze doorstuurt naar de top van de Nederlandse administratie, die ze dan op zijn beurt voorlegt aan de lokale controleur. Die omweg wordt in de praktijk als een hinderpaal ervaren. Ik wil komen tot een systeem waarbij degene die de leiding heeft over een fiscaal onderzoek in België rechtstreeks met de bevoegde ambtenaar van het buurland contact kan opnemen om de nodige inlichtingen te kunnen uitwisselen.
“Daarnaast wil ik een veel sterkere strijd in de spitstechnologische fiscale fraude invoeren. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren door de Bijzondere Belastinginspectie ( BBI) te splitsen in een fiscaal toezichtorgaan en een onderzoeksteam met de bevoegdheid van de officier van gerechtelijke politie. Zo’n gemoderniseerde BBI moet aangevuld worden met een performant fiscaal parket – naar het voorbeeld van de sociale auditoraten -, en de fiscale parketten moeten worden aangevuld met fiscale onderzoeksrechters. Uiteraard vormen meer fiscale rechtbanken met gespecialiseerde rechters in fiscale zaken het sluitstuk van het geheel.”
Waarom wilt u ondernemers die binnen een vennootschap een villa met zwembad aanleggen zo streng aanpakken?
VAN DER MAELEN. “Ik ben geschokt als ik zie wat er in België allemaal mogelijk is met vennootschappen. Ik wil tot de toepassing van één simpele regel komen: dat dezelfde handeling – een eigen woning bouwen – door de fiscus en de fiscale wetgever voor iedereen op dezelfde manier wordt behandeld. In een recent arrest van het hof van beroep van Gent wordt het bijvoorbeeld nog als bedrijfslast aanvaard dat een bedrijfsleider een zwembad bij zijn villa bouwt. Als de rechter dat uitspreekt, zal dit volgens de Belgische wet ook wel zo zijn. Maar ik heb fundamentele vragen bij zo’n principe en ik kan me niet inbeelden dat zoiets in overeenstemming kan zijn met het maatschappelijk doel van de vennootschap. Of gaat de bedrijfsleider beweren dat hij op een zonnige zondagnamiddag met zijn klanten in het zwembad moet liggen om zijn contracten te kunnen afsluiten?”
De fiscale wet bepaalt toch dat zoiets als een voordeel in natura kan worden belast?
VAN DER MAELEN. “Ja, maar de belasting van sommige voordelen in natura is forfaitair vastgesteld en niet meer in overeenstemming met de realiteit. Ik wil de taxatie op de voordelen van alle aard gelijkschakelen met de realiteit. Ik ijver voor een rechtvaardige verdeling van lasten en lusten op maatschappelijk vlak. Het gaat er bij mij bijvoorbeeld niet in dat de aftrek van intrestlasten in de vennootschap in rekening kan worden gebracht voor het totale bedrag aan betaalde intresten, en dat over de hele looptijd van de hypothecaire lening – ongeacht de waarde van het onroerend goed. In personenbelasting bestaat er daarentegen een beperking op de aftrek van intresten, zowel met betrekking tot het aftrekbare bedrag als met betrekking tot de periode waarbinnen die intresten aftrekbaar zouden zijn ( nvdr – maximaal twaalf jaar). Ik ben gekant tegen een fiscaal systeem dat voorbehouden is aan enkele mensen die zich met de hulp van dure raadslieden dergelijke voordelen kunnen veroorloven. De wet moet gelijk zijn voor iedereen.”
Iedereen kan toch een vennootschap oprichten? VAN DER MAELEN. “Een vennootschap oprichten, kost geld. Er moet een maatschappelijk kapitaal volgestort worden en een loontrekker zal dat niet zo gauw doen. Ik heb berekend dat een echtpaar dat met een lening van 300.000 euro een oud herenhuis voor 225.000 euro (inclusief kosten) koopt en voor 212.000 euro (inclusief BTW) aan renovaties uitvoert, het koppel op 20 jaar tijd minstens 181.726 euro minder belastingen betaalt als men via een vennootschap in naakte eigendom en vruchtgebruik werkt. Ik vind dat onrechtvaardig. Een privé-woning bouwen, moet door de fiscus altijd op dezelfde manier worden belast.”
Waarom breidt u het gunstregime van de vennootschapsbelasting dat u zo bekritiseert dan niet gewoon uit voor iedereen? Waarom moeten de beperkingen van de personenbelasting volgens u veralgemeend worden?
VAN DER MAELEN. “De staat heeft de fiscale inkomsten hard nodig. De wettelijke bepalingen moeten voor iedereen gelden en voor iedereen gelijk zijn. Hoe gaan we anders de sociale zekerheid gefinancierd krijgen?”
Veralgemeent u niet ten onrechte één bepaalde situatie die toevallig fiscaal voordeliger is? Er zijn ook voorbeelden te vinden waaruit blijkt dat op termijn meer belastingen worden betaald mét een vennootschapsstructuur dan zonder.
VAN DER MAELEN. “Ik heb gewoon twee eenvoudige si- tuaties naast elkaar gezet om een paar verschillen duidelijk te maken.”
Hebt u er rekening mee gehouden dat wie niet via een vennootschap zou kunnen bouwen misschien helemaal geen woning gebouwd zou hebben? Dan loopt de staat toch ook belastingen en socialezekerheidsbijdragen mis?
VAN DER MAELEN. “Empirisch onderzoek heeft uitgewezen dat wanneer de staat 1000 euro geeft aan iemand met een inkomen van 100.000 euro, dat bedrag waarschijnlijk opgepot zal worden. Iemand met een inkomen van 10.000 euro zal zijn extra toelage van de staat consumeren.”
Oké. Maar in uw voorbeeld krijgt degene die bouwt via een vennootschap toch geen 181.726 euro van de staat? Hij doet de economie draaien.
VAN DER MAELEN. “Ik kan u niet overtuigen. Ik doe nog een poging, want ook ík wil de bouw en de economie doen draaien. Ik pleit ervoor dat we alle fiscale stimulansen die de aankoop of de bouw van woningen aanmoedigen, zouden hergroeperen in één woningaftrek of bonus, met als eerste prioriteit dat we aan iedereen de kans bieden om zijn eigen huis te bouwen. Als ik uw voorstel zou volgen, dan zal het overheidsgeld ter ondersteuning van de eigen woning vooral gaan naar de hogere inkomens. Die bouwen tóch een woning, zelfs met een iets hogere fiscale tegemoetkoming.”
De financiering van de sociale zekerheid zal ook vastlopen als onze bedrijven door de hoge belastingdruk naar lagelonenlanden, zoals China, uitvlaggen.
VAN DER MAELEN. “Europa is zich verkeerd aan het ontwikkelen. De economische poot wordt veel te sterk, terwijl de sociale en fiscale politiek veel te zwak zijn. De verworven sociale bescherming dreigt nu af te brokkelen. We hebben meer nationale en internationale regulering op fiscaal en sociaal vlak nodig om dat tegen te gaan. Ik zoek naar wegen om op middellange termijn een antwoord te bieden op die problematiek, zodat de landen van Centraal- en Oost-Europa zo snel mogelijk de evolutie doormaken die wij op honderd jaar hebben doorgemaakt.
“In afwachting daarvan heb ik zelf een wetsvoorstel – inmiddels wet geworden – over het ‘sociaal label’ voorgesteld. Het sociaal label is een concept waarbij via een etiket op een product aan de consument duidelijk wordt gemaakt dat het product door het bedrijf in het buitenland met respect voor de sociale verworvenheden werd geproduceerd. In dat verband kan de macht van de consument moeilijk overschat worden. De consument moet weten dat hij voor een stuk ook zelf verantwoordelijk is voor de sociale bescherming die hij geniet. En dat hij die op lange termijn alleen maar kan behouden door de goede bescherming die hij momenteel geniet niet in gevaar te brengen door producten te kopen die alleen met miskenning van de sociale grondrechten tegen sterk verminderde prijzen kunnen worden gemaakt, en hier vervolgens veel te goedkoop worden verkocht.”
U vraagt veel van de belastingbetaler. Hij moet niet alleen 65 % à 70 % van zijn loon afdragen aan de staat. Volgens u moet hij met zijn resterende inkomen duurdere producten met een ‘sociaal label’ uit het buitenland kopen om het effect van de prijsconcurrentie te neutraliseren?
VAN DER MAELEN. “En toch heeft empirisch onderzoek uitgewezen dat bijna 25 % van de consumenten positief staat tegenover zo’n aanpak. 5 % zou het ook effectief doen. Ik ben ervan overtuigd dat die 5 % met een goede promotiecampagne fors verhoogd kan worden.
“Ten slotte verwijst u altijd naar onze hoge belastingdruk die nefast zou zijn voor onze economie en onze welvaart. Nochtans zie ik dat de Scandinavische landen ei zo na een nog zwaardere fiscale en parafiscale druk kennen, en toch tot de meest performante economieën in Europa behoren. Zij hebben zich niets aangetrokken van het neoliberale credo van de minimale staat die zich niet mocht inlaten met het industriële beleid. De succesverhalen van Nokia in Finland zijn het resultaat van een doordacht industrieel beleid, waarin de overheid, de industrie en de wetenschappen de handen in elkaar hebben geslagen. Maar ja, in België mocht dat niet van de neoliberale economen.”
Werner Niemegeers Eric Pompen
“Gaan bedrijfsleiders nu beweren dat ze op een zonnige zondagnamiddag met hun klanten in het zwembad moeten liggen om contracten te kunnen afsluiten?”
“Ik wil de taxatie op de voordelen van alle aard gelijkschakelen met de realiteit.”
“Wie met een lening van 300.000 euro via een vennootschap in naakte eigendom en vruchtgebruik voor 337.000 euro een oud herenhuis koopt en renoveert, bespaart op twintig jaar tijd minstens 181.726 euro. Dat is onrechtvaardig.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier