THUIS BEST.
Computer. Laatst had een kennis een computerprogramma voor de kinderen gekocht, het leek zo educatief. En of ik soms wist wat hij nu met zijn pc moest aanvangen ? Ik meende me vaag te herinneren dat de goede man ooit een pc had gekocht uit een pc-privé-projekt. “Wel, ” begon ik voorzichtig, “je steekt het schijfje in de gleuf. ” “Jaja, ” klonk het, “maar beschadig ik hiermee niet de andere programma’s ? ” “Nee, ” antwoordde ik perplex. En ik vroeg : “Is het een programma onder Windows ? ” Dat moest hij nakijken.
“Als het een programma onder Windows is, denk ik dat je een andere pc moet kopen ? ” Hoezo ? “Je hebt 4 megabyte geheugen nodig om iets onder Windows te doen, en ik denk dat er bij jou maar 640 kilobyte inzit. Dat is zo’n 6 keer te weinig. ” “Oh, ” klonk het, niet begrijpend, en dan : “Ik denk dat we binnenkort een nieuwe krijgen van het werk. ” Hij zou me dan terugbellen.
Met een wat ongemakkelijk gevoel keerde ik terug naar mijn eigen pc en realizeerde me dat ik dit apparaat niet zoals voorzien aan mijn zoontje zou kunnen overdragen. Toch niet zónder het gevoel een oplichter te zijn. Een te trage processor, geen geluidskaart, te weinig schijfruimte, geen cd-rom. Maar áls ik nu eens een nieuwe pc kocht voor mijn zoontje (hij is amper vijf), en hem dan zou vragen of ik het ding af en toe eens mocht gebruiken ? Hoe zou ik dat kunnen verkopen aan mijn vrouw ?
Nogal wat computerfabrikanten worstelen met hetzelfde probleem. Tegenwoordig mikken zij met hun krachtige computersystemen de échte top niet te na gesproken niet meer op bedrijven als doelgroep, maar op tien- tot zestienjarigen. Een topklasse-processor, snelle videokaart, geluidskaart, boxen inclusief, cd-rom en massa’s geheugen- en schijfruimte. Geen overbodige luxe, tenminste als je “bij” wil blijven en de spelletjes of de cd-roms van popartiesten wil draaien of, binnenkort wie weet gewoon de les wil volgen.
Afgelopen dus met die oude marketingtruuk om de afleggertjes van de computerindustrie te “her”-verpakken. Dat computers kinderspel worden, zullen vooral de merkfabrikanten geweten hebben. De nu al forse druk op de prijzen zal exponentieel toenemen. Want de gemiddelde volwassene is niet geneigd om een pc van 50.000 frank “goedkoop” te noemen. Vooral niet als zo’n apparaat in meervoud moet worden ingehaald om de lieve vrede thuis te bewaren.
Voor de kloonfabrikanten daarentegen is de nieuwe status van de huiscomputer goed nieuws. De konsument verschuift het aksent weer naar de desktop-pc, en daar zijn de klonen nooit weggeweest. Bovendien houdt de doorsnee-konsument van standaarden. PowerPC ? IBM OS/2 Warp ? Niets van. De thuisgebruiker zal zonder aarzelen voor een Intel-chip of aanverwante kiezen, met Microsoft Windows, versie 3, als besturingssysteem.
Sneu voor de Apple Macintosh. De massa kiest, net zoals de ontwikkelaars, voor Windows. Wat tot de tragische ironie leidt dat Apple, het merk dat altijd al zei “kleuterklaar” te zijn, aan de kant blijft staan, nu ook de kleuters er klaar voor zijn.
Als u dus in ’95 een kantoorcomputer nodig heeft, kijk dan ook eens naar het type “huiscomputer”. Want jawel mijn hogervermelde kennis kreeg inderdaad een nieuwe pc “van het werk”. Helaas met 1 megabyte geheugen en ongeschikt voor alles, behalve de simpelste tekstverwerking onder Dos.
B.L.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier