Sober, klassiek, modieus

Voor de winter 1999 lanceert de Belg Gerald Watelet een nieuwe lijn prêt-à-porter: hoogwaardige kwaliteit tegen eerlijke prijzen. Na de haute couture stelde de Belgische ontwerper eerst een overgangscollectie voor onder de naam Almost Couture. Nu waagt hij zich aan de simpele eenvoud.

Haute couture blijft de basisactiviteit van het huis, aldus Gerald Watelet. “Ik ben modeontwerper, en niet alleen stylist voor een collectie prêt-à-porter. De ambachtelijke kant van het vak blijft primordiaal. Dit betekent dat hier aan de Louizalaan een naaiatelier blijft werken, in samenwerking met een Parijs atelier aan wie wij werk uitbesteden: zij maken meer bepaald alle omkeerbare stukken.” Aan de Louizalaan worden ook alle patronen uitgewerkt voor de lijnen van Almost Couture en de nieuwe lijn Ready-to-Wear. Sinds Watelet anderhalf jaar geleden Almost Couture op de markt bracht, namen deze lijn en de couturekleding elk de helft van de omzet voor hun rekening. De omzet verdubbelde trouwens in een jaar tijd.

De nieuwe lijn Ready-to-Wear zal waarschijnlijk een totaal verschillend publiek vinden, zonder afbreuk te doen aan de allure en het voorkomen van het huis dat niet alleen koninginnen en prinsessen kleedt, maar ook vrouwelijke politici en leden van de high society. Op deze manier verbreedt Watelet zijn gamma, om een bijkomende markt te bestrijken met producten die financieel binnen het bereik van een groter publiek liggen.

De gamma Ready-to-Wear zal overigens ook de bestaande cliënteel van Couture en Almost Couture bevallen. Alle leeftijden en alle maten (van 36 tot 48) komen aan hun trekken. “De nieuwe lijn is enigszins trendgevoeliger en iets jonger. Alle stukken zijn onderling te combineren”, aldus Watelet.

Na zijn snelle doorbraak op de Parijse catwalks van de haute couture, in het spoor van grote namen als Yves Saint Laurent, kreeg Watelet af te rekenen met enkele tegenslagen – maar toch bleven zijn ontwerpen prominent aanwezig in de etalages. Volgens Gerald heeft deze donkere periode trouwens een positieve invloed gehad, “want ik heb alles opnieuw in handen genomen”.

De BVBA Gerald Watelet bestaat nu uit hemzelf en de zes mensen die hij tewerkstelt. “Met een nieuwe vennoot was er geen einde gekomen aan de ellende nadat ik de boeken had neergelegd,” zegt hij. “Dat was zowel het geval voor het financieel beheer als voor de technieken, de dienstverlening, enzovoort.”

Watelet controleert nu alle activiteiten van het huis; hij lanceert zijn gamma dan ook met kennis van zaken, rekening houdend met de economische aspecten, wat uitstekend past bij de eenvoud van de collectie. Nog een voordeel: “De stijl van heel wat collecties die nog nooit getoond werden, kan ik nu aanpassen aan de zeer modieuze trends van vandaag”, zegt hij.

Snit, stof en afwerking (plooitjes, opgestikte naden, enz.) benaderen ook bij de prêt-à-porter zo dicht mogelijk de couture-stijl van Gerald Watelet. Het gaat dus om prêt-à-porter met klasse. Om de verschillende lijnen van het huis te kunnen onderscheiden, moet men een echte kenner zijn en de materialen betasten. Watelet: “Een vest in kasjmier met satijnen voering en een wollen jas met katoenen voering voelen uiteraard niet hetzelfde aan, al kan de lijn van beide modellen wel sterk gelijkend zijn.”

Hoewel Couture en Almost Couture ook avondkleding voorstellen, ligt de nadruk van de prêt-à-porter toch op kledij voor alledag. Voorlopig zijn beide lijnen enkel beschikbaar in de winkel aan de Louizalaan, maar vanaf de volgende collectie zal de Ready-to-Wear ook verkocht worden in vijf verkooppunten in Vlaanderen. Voor elk van de drie Watelet-lijnen zijn er twee collecties per jaar. De accessoires van het merk blijven voorlopig beperkt tot riemen, handtassen en enkele juwelen.

De defilés van Watelet vinden plaats in de salons van het huis, om al te grote kosten te vermijden (tijdens de couture-hoogdagen uit de beginperiode kostte een defilé in Parijs soms vijf miljoen). “Aangezien de kledij van Ready-to-Wear heel eenvoudig is, moet men ze zien terwijl ze gedragen wordt”, onderstreept Watelet.

Volgens de ontwerper wordt de cliënteel van het huis momenteel steeds jonger, hoewel de klanten uit de beginperiode niet afgehaakt hebben. Bovendien trekt het winkelconcept steeds meer mensen aan. Belgische en buitenlandse voorbijgangers komen uiteraard veel gemakkelijker een kijkje nemen in een winkel dan in een gesloten salon.

Het ziet ernaar uit dat het huis Watelet nu zijn kruissnelheid heeft bereikt. Eenvoud primeert, hoewel dat nog niet helemaal is doorgedrongen tot de buitenwereld, gezien het couture-imago dat de ontwerper van bij het begin met zich meedraagt.

En de prijzen van deze prêt-à-porter? Een trui vindt men vanaf 5000 frank, een rok vanaf 8000 en een vest vanaf 16.800 frank, om een paar voorbeelden te noemen. Een mantelpakje in de collectie prêt-à-porter draagt een prijskaartje van zowat 30.000 frank, terwijl dat in de Almost Couture tussen 50.000 en 75.000 frank moet kosten.

Professioneel doet Gerald Watelet niets bijzonders ter gelegenheid van het jaar 2000. “Ik zou wel willen, maar op het ogenblik heb ik niet de middelen om de dingen te doen zoals ik zou willen of zoals ik ze volgens mijn imago zou moeten aanpakken. Dus wacht ik liever af. Ik wil geen treinen meer inleggen zonder zeker te zijn dat ik genoeg kolen heb om ze aan het rijden te houden.”

Gerald Watelet, Louizalaan 268 in 1050 Brussel, tel. (02) 647.35.50.

Tekst: Serge Vanmaercke Foto’s: Jan Caudron

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content