PROMOTEN IN DE POESTA

“Hongarije biedt kansen die je niet voor mogelijk houdt,” zegt Peter Sterck, een 31-jarige Kortrijkzaan. De West-Vlaming, expatriate sinds hij zijn ouders naar een Bekaert-vestiging in de VS vergezelde, heeft een Hongaarse blitzcarrière gemaakt. Op 22 jaar richtte hij het Euro Info Centre op, een onderdeel van het Investment and Trade Development Agency (ITDH) dat buitenlandse investeringen moet aantrekken. Na een ommetje richting Nederland – bij DSM – verhuist hij naar Samsonite in Hongarije, maar wordt daar in 1997 weggehaald door Walter Dumarey, om Punch te starten. Sinds januari heeft hij er een eigen bedrijfje, Ithaka. “Genoemd naar het eiland van Odysseus… Ik heb een klassieke opleiding, zie je,” lacht Sterck.

Ithaka verhuurt zijn zaakvoerder als crisismanager, start-up-manager en reorganisator. “De markt is enorm,” gelooft Sterck, “omdat Hongarije nood heeft aan rationalisatie naar westers voorbeeld. De verwachte inflatie weegt immers zwaar op de loonkost.”

Ithaka zoekt klanten bij de grote Vlaamse enclave (onder andere Buchmann en Massive hebben belangrijke vestigingen in Hongarije), bij buitenlandse investeerders, maar net zo goed bij Hongaarse bedrijven. Sterck spreekt namelijk vloeiend Hongaars. “Niet omdat ik een Hongaarse vriendin heb,” schudt hij, “want onder elkaar spreken we altijd Engels. Wel omdat de voertaal in onze vriendenkring het Hongaars is. Het was kiezen: de taal leren of mij vervelen.”

Voor zijn prospectie kan Sterck ook altijd bij het ITDH aankloppen. Zelfs in het West-Vlaams. Johan De Jonghe, een 27-jarige marketeer uit Knokke die Philippe Santens opvolgde als enige buitenlander binnen het ITDH en in 1998 één op de vijf buitenlandse investeringen in Hongarije zijn bureau zag passeren, is zijn vaste squashpartner en een goede vriend. De twee liepen elkaar tegen het lijf op een van de vele avonden die de Vlaamse expatriates organiseren. “Er is een sterke band onder de Vlamingen in Hongarije,” verzekert De Jonghe. “Ook al hebben velen van hen hier hun familie en een Hongaarse vriendenkring.”

Ook De Jonghe volgde zijn vriendin naar zijn tweede thuisland. “We hebben elkaar ontmoet in Ierland, waar ik in het kader van een Erasmusproject terechtkwam,” vertelt hij. “Terug thuis vroeg ik bij de BDBH een lijst op van alle Vlaamse investeerders in Hongarije en ik schreef ze één voor één aan.” Uiteindelijk startte De Jonghe voor een van hen de Hongaarse voetbaltoto op. Drie jaar later haalt hij voor de Hongaarse overheid bijna 16 miljard frank investeringen op. Of hij daarmee Vlaanderen geen schade berokkent? Peter Sterck antwoordt in zijn plaats: “Niet Samsonites investering in Hongarije betekende de dood van de Torhoutse vestiging van de kofferproducent, wél een gebrek aan flexibiliteit die de goedkopere Hongaarse lonen moet compenseren.”