PLANT TECHNOLOGY PRODUCTIONS. Dat verdient een bloemetje…

Ludo Brouwers is een rasechte “selfmade man”. Begonnen als kinesist en artsenbezoeker weet hij zich vandaag zaakvoerder van een “bloeiend” bedrijfje dat de internationale toer op wil.

Ludo Brouwers heeft er geen spijt van dat hij ooit als exportmanager voor een bedrijf dat in pedriatrisch materiaal was gespecializeerd naar een beurs in Duitsland werd gestuurd. “Ik wilde mijn stand moet bloemen en planten versieren. Kunstbloemen lieten zich gemakkelijker vervoeren, en ik kreeg van de leverancier een mandaat om die er achteraf te verkopen. Het merkwaardige was dat ik na afloop van de beurs merkte dat ik meer planten dan medische spullen had gesleten. “

Vandaag wordt het leven van de 36-jarige kinesist volledig opgefleurd door potpourri’s, droogbloemboeketten en geurkaarsen. In het voorjaar 1991 begon hij met zijn eenmanszaak, ondergebracht in een garage en twee bouwvallige kamertjes in Herenthout. In die tijd was de potpourri al erg in trek in de VS en de Angelsaksische landen. In België kon je potpourri vooral vinden in Engelse warenhuizen, zoals Marks & Spencer.

Vrij snel na de start kon Brouwers een order ter waarde van 1 miljoen frank binnenrijven van GB-Inno-BM. “Toen was dat niet slecht. Het kon me wat voortduwen. Het startjaar ’91 met ’92 erbij haalde ik een omzet van 11 miljoen frank. In ’93 steeg het omzetcijfer tot ongeveer 15 miljoen frank, in ’94 tot 23 miljoen en dit jaar tippen we op 40 tot 50 miljoen of zelfs 60 miljoen frank.

HEFBOOM.

In de loop van 1994 sloot Plant Technology Productions een overeenkomst met het Take Off Fonds van de GIMV. Dat “Starters”-fonds komt tussen met bedragen van 2 tot 20 miljoen frank, zowel in het bedrijfskapitaal als in investeringen van KMO’s jonger dan 3 jaar. De rentevoeten zijn wel wat hoger dan die van traditionele banken, maar daar staat tegenover dat de GIMV geen zakelijke waarborgen vraagt.

Het Fonds leende het bloemenbedrijf 3,5 miljoen frank groeikapitaal om de opgang mee te ondersteunen. Brouwers : “Eind 1994 hebben wij een overeenkomst gesloten met het Take Off Fonds voor een kapitaalverhoging van nòg eens 3 miljoen frank. Dat waren eigen centen. Die achtergestelde lening is voor ons een financiële hefboom. Ze wordt immers zowat aanzien als eigen vermogen. De verbetering van de verhouding eigen-/vreemd vermogen geeft ons ook meer krediet bij de banken. “

Ludo Brouwers vraagt zich wel af of die steun opweegt tegen het ondernemingsonvriendelijke klimaat in België. “Als je hier werkgelegenheid wil scheppen, moet je nog langs alle kanten bijbetalen. Wij kregen een aanbod uit Noord-Frankrijk : de grond gratis, gebouwen ter beschikking én staatssteun. “

Wat er ook van zij, inmiddels verhuisde Plant Technology Productions naar een gloednieuw bedrijfsgebouw in Lier. De eenmanszaak is uitgegroeid tot een bedrijf waar vijftien mensen werken onder leiding van een Roemeense produktiechef. In de tweede jaarhelft zijn die vijftien werknemers zelfs niet voldoende. Van half augustus tot eind december realizeert het bedrijf tot drie vierden van de omzet. Daardoor kan de tewerkstelling best boven de twintig man uitstijgen. Geen wonder dan ook dat Ludo Brouwers op dit ogenblik samen met marketing manager Wim Den Daas aan het imago van zijn produkt sleutelt. “Wij willen de idee dat potpourri een seizoensgebonden produkt is de wereld uit. Wie bepaalt dat de eindejaarsfeesten voor ons produkt een seizoenschommeling zijn ? De afnemer. Waarom ? Wij zijn ervan overtuigd dat je een potpourri het hele jaar door kan kopen. Wij hebben displays ontworpen waarmee klanten het hele jaar verder kunnen. Eén schot in de roos kan onze omzet verdubbelen of verdrievoudigen, ” aldus een gedreven Brouwers. “In september moeten we naar de gigantische Duitse grootwarenhuisketen Karstadt. Het volstaat dat men daar zegt “We doen mee”.

VIVE LA FRANCE.

Op de Belgische markt is Plant Technology Production niet erg belust. Naar eigen zeggen omdat de distributie hier minder aantrekkelijk is georganizeerd. Brouwers : “Wij hebben veel meer kleine winkels. In Frankrijk loopt 75 % van de distributie via grote ketens of belangrijke inkoopkanalen. De konsument is er gewoon dat deze produkten niet in een speciaalzaak, maar in een tuincentrum worden verkocht. Wat ook nadelig is voor ons, is dat België geen groeperingen van tuincentra kent. Op dit vlak steekt ons land schril af met de buurlanden. In Nederland zijn er 180 Intratuinen, in Frankrijk vind je Semaphor, Jardiland en andere. Dat zijn groepen van écht grote tuincentra, die dan nog samenwerken ook. Zij gaan buiten de landsgrenzen. Voer je daar geen merkprodukt, dan geraak je niet meer van de grond.

In Frankrijk heeft het bedrijf uit Lier inmiddels vaste afnemers. En alle krachten worden gebundeld om een eigen dealernet uit te bouwen. “We zouden wel eens in een stroomversnelling kunnen geraken, ” besluit de optimistische bloeier.

B.D.B.

LUDO BROUWERS (PLANT TECHNOLOGY PRODUCTIONS) “Ik wil de idee dat potpourri een seizoenprodukt is de wereld uit. “

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content