Managers van het Jaar pleiten voor langere carrières en kleinere optiepakketten
De Managers van het Jaar van Trends hebben een jarenlange ervaring opgestapeld. Wat is hun mening over de affaire-Coene, de geplande gedragscodes en de strengere publicatieverplichtingen?
Een groot onderscheid moet blijven gelden tussen een genoteerde en een niet-genoteerde onderneming, oordelen de Managers van het Jaar van Trends. Voorzitter Fernand Huts van Katoen Natie: “Een beursbedrijf werkt met het geld van iedereen, dus daar is het logisch om lonen en voordelen te publiceren. Bij een niet-beursbedrijf is de omgekeerde regel het uitgangspunt. Het geld is daar van de privé-aandeelhouders, dus lonen en voordelen zijn bedrijfselementen waar de buitenwereld geen uitstaans mee heeft.”
“Het is duidelijk dat de affaire- Coene de ondernemingswereld niet in een goed daglicht stelt,” meent Luc Bertrand van Ackermans & van Haaren. “Mij lijkt een verwatering van 20 % overdreven. Ik dacht dat zulke excessen in België onmogelijk waren zonder het akkoord van de algemene vergadering. Om die reden moet ik aanvaarden dat in de toekomst de verloning van chief executive officers van beursgenoteerde bedrijven publiek gemaakt zal worden. We weten allemaal dat de voorzitter van Picanol goede bedoelingen had, maar bedoelingen zijn niet genoeg.”
Als een remuneratiecomité binnen een raad van bestuur wordt opgericht, verwacht Bertrand dat de buitengewone vergoeding – onder meer de instappremie – van de nieuwe CEO goedgekeurd wordt door het remuneratiecomité. “Het is inderdaad de bevoegdheid van de raad van bestuur en het remuneratiecomité om de compensatie van de CEO te bepalen. Als dat in volle openheid gecommuniceerd is aan de bestuurders van Picanol, heb ik daar weinig commentaar op. Als buitenstaander heb ik evenmin commentaar bij de grootte van de remuneratie.”
De mening van Luc Van Nevel (ex- Samsonite, bestuurder van Picanol) is sterk beïnvloed door een jarenlange loopbaan bij een Amerikaanse beursgenoteerde onderneming. “Voor beursgenoteerde ondernemingen ben ik voor het publiceren van de vergoedingen van alle bestuurders en van de vijf best betaalde executives die geen bestuurdersmandaat hebben,” zegt Van Nevel. “De publicatie moet hun totale vergoeding omvatten, met inbegrip van bonussen, pensioenbijdragen en vergoedingen in opties en warrants. Dat mag gerust individueel gebeuren. Ik ben me er ten volle van bewust dat de publieke opinie niet klaar is voor zo’n doorzichtigheid, maar dat moeten we er dan maar bijnemen.”
De bekendmaking hoeft van Van Nevel niet te gebeuren in het jaarrapport, maar zou voorbehouden worden aan de aandeelhouders die intekenen voor de algemene vergadering. “Ik merk op dat het in Amerika helemaal niet verplicht is om de vergoedingen kenbaar te maken in het jaarrapport, maar wel in het stemformulier voor de algemene vergadering. De reden ligt voor de hand: een geïnteresseerde aandeelhouder heeft recht op die informatie, een niet-aandeelhouder kan die ook krijgen maar moet een inspanning doen, namelijk het opvragen van het stemformulier. Dat is een fair en correct systeem.”
Hugo Vandamme, ondervoorzitter van Barco, pleit voor lange carrières bij ondernemingen. Hij was dertig jaar dagelijks actief bij Barco: “We moeten teruggrijpen naar verloren waarden. Waarom zou het goed zijn dat een manager om de vijf jaar van bedrijf verandert? Hij of zij mist de motivering om voorbij de korte termijn te zien en kan amper een visie ontwikkelen die uiteraard gebaseerd zal zijn op kennis, ervaring en inzicht. Die verwerf je pas na vele jaren.” Bovendien stelt Vandamme: “De medewerkers moeten zich goed voelen. Cruciaal daarbij is de vergoeding doorheen de hiërarchie. Een evenwicht tussen variabele en vaste vergoedingen en incentives op lange termijn moet.”
Meer problemen dan oplossingen
Martine Reynaers van Reynaers Aluminium: “Een wettelijke verplichting om de vergoeding van topondernemers te publiceren, creëert volgens mij problemen en geen oplossingen. Hoe definieert men ‘topondernemers’ en ‘lonen’? Kan onze rechtsstaat goed omgaan met een eventuele verplichting? Politici hebben een essentiële taak in het creëren van een omgeving waar maatschappelijk verantwoord ondernemen beloond wordt. Ze moeten bestaande structuren steunen (zoals CSR Europe en Business and Society in België) en constructieve initiatieven aanmoedigen (zoals de corporate-governancecode van de commissie- Lippens) en dat alles in een klimaat van vrije meningsuiting en pers, waarbij stakeholders goed geïnformeerd worden over de prioriteiten die de bedrijven en hun leidinggevenden hebben bepaald.”
Rose Claeys van Kinepolis: “Ik ben een voorstander van doorzichtigheid, in zoverre dat lonen en vergoedingen niet individueel moeten worden meegedeeld, maar als algemeen cijfer. Dat geldt zowel voor de vergoedingen van de bestuurders die niet actief zijn in het dagelijks bestuur als voor het totaal van de vergoedingen en verloningen die worden uitgekeerd aan het uitvoerende bestuur en het topmanagement. Individualisering en verdere specificatie kan alleen leiden tot vergelijking en mogelijke frustraties, wrevel en misnoegdheid binnen het bedrijf.”
Zo denkt ook Jef Colruyt, voorzitter-bestuurder van Colruyt, erover: “De raad van bestuur is een ploeg die is aangesteld door de aandeelhouders. Dat de aandeelhouders weten hoeveel deze ploeg hun kost, is normaal en logisch. Net zoals een belegger moet weten hoeveel commissie een bank vraagt voor het geld dat hij daar belegt. Ik denk niet dat de individuen naar voor moeten worden gebracht door publicatie van hun individuele inkomen. Het is de ploeg en haar totale kost die telt.”
Frans Crols
“In Amerika is het niet verplicht om de vergoedingen te publiceren in het jaarrapport, maar wel in het stemformulier voor de algemene vergadering.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier