LEUGENS EN KORRUPTIE. VOLHOUDEN EN OVERLEVEN. Slechte voorbeelden
De leugen is de stof van elke dag in de politiek, en zelfs in haar diverse vormen bestaat weinig variëteit. Het komt daarom zelden voor dat de leugen zelf het gewone politieke gedoe overheerst en het andere politieke gedruis overstemt. Dit is in België de laatste weken het geval geweest. Waren de leugens hier krasser, was het verband dat er steeds is met de politieke korruptie hier duidelijker, was de magistratuur bekwamer of heeft het toeval een rol gespeeld ?
Men kan het allemaal toeschrijven aan een toenemend algemeen verval van de politiek, ook buiten België, of aan een algemene reaktie van degenen die dit willen veranderen en herstellen. Toch is er een verband met enkele specifieke trekken van deze Belgische samenleving tegen het einde van de twintigste eeuw, en die zelf met elkander in verband staan.
PSEUDO-ETIEK.
Dit is een land waar het moralizeren een grotere plaats inneemt dan in andere, in vele andere. Misschien door het ontbreken of het verdringen van reële vragen die in de politiek thuishoren, wordt de politiek hier geregeld overrompeld vanuit de etiek of de pseudo-etiek.
Men kan misschien ook verwijzen naar de omvang van de katolieke komponent in het openbaar leven (en het ontbreken van een typisch protestantse), naar de politieke onmondigheid van een meerderheid (de Vlaamse uiteraard), naar een algemene bevoogding waartoe ook de monarchie heeft bijgedragen (als instelling in het algemeen, en sommige monarchen in het bijzonder).
Een opflakkering van de koorts van de deugdzamen kan men steeds verwachten. Maar de fundamentele gegevens van het land leveren ook de middelen om ermee klaar te komen. Niemand neemt de krisis tragisch op.
Men kan de scheidingslijnen benutten. Allereerst de partijpolitieke uiteraard, maar bovendien is ook de communautaire scheidingslijn of kloof bijzonder bruikbaar. De vraag rijst vanzelf of wij ons gaan laten doen door de anderen wie die “wij” ook mogen zijn.
PLUTOKRATEN.
Een bedrevenheid in het institutionalizeren, het afhandelen met instellingen (bestaande of nieuwe), komt hier goed van pas. In feite hadden nieuwe wetten of nieuwe instellingen zelfs het omkopen van partijen en partijpolitici reeds onmogelijk gemaakt, voor de toekomst althans, toen deze krisis uitbrak.
Het opsporen van de overtreding zal voortaan overbodig zijn, maar wordt toch beter georganizeerd. Zoals het arbitragehof waakt over het naleven van de communautaire deugden, zo kan het ook bevoegd worden voor de politieke deugdzaamheid in het algemeen.
Dit maakt dan de anti-politiek overbodig, die als remedie toch erger is dan de kwaal. Met verenigde inspanningen moet de anti-politiek uit de politiek worden gehouden. Stille plutokraten die op vaste posities in de ekonomie kunnen steunen om hun doeleinden te bereiken, maar toch volkomen te onderscheiden zijn van de korruptie (aktief of passief), sluipen binnen in de macht. Dit binnensluipen is volop aan de gang, en de plutokraten zijn te verkiezen boven de demagogen.
OVERLEVEN.
Wat de politieke wereld te doen staat, ligt voor de hand : eenvoudig voortdoen, volhouden, blijven, niet weggaan. Het ene probleem duwt immers het andere weg. Na verloop van tijd zal het wel overgaan en zullen de andere, de echte problemen terug hun plaats innemen, bijvoorbeeld reeds bij algemene verkiezingen.
Volhouden en overleven wekt een bewondering op die van sportief overgaat op politiek en van politiek op etiek. Bijvoorbeeld : kan de NATO nu een betere topman of “baas” hebben dan Willy Claes, die in de Belgische politiek eens te meer zijn inkasserings- en uithoudingsvermogen schitterend heeft bewezen ? “Was uns nicht umbringt, macht uns stärker” (wat ons niet kapot maakt, maakt ons alleen sterker). Deze woorden van Nietzsche heeft Claes misschien niet gelezen bij de auteur, maar dezelfde boodschap wordt gebracht door een deel van de Duitse muziek die hij soms dirigeert.
VOORBEELDEN.
Door deze en nog enkele andere fundamentele gegevens is het verdere verloop gekonditioneerd. De ineenstorting van de Belgische politieke klasse is niet voor morgen en ook niet voor overmorgen. Aan de gang is een langzame uitputting van haar reserves, karakteriële en menselijke, een slijtage-verbruik.
Dat breidt zich voortdurend uit, want op geen enkel gebied wekken voorbeelden zoveel navolging als in de politiek en dan vooral slechte voorbeelden. De goede voorbeelden ontbreken overigens. De politici verspelen hun geloofwaardigheid en daarbij ook hun waardigheid, kortweg hun krediet en hun gezag, en putten zich uit in hun inspanningen om dit tegen te houden.
Wat men kwijt is op één gebied heeft men niet meer ter beschikking op een ander. Het laagtepunt is dus niet bereikt, maar : “Things must go worse before they can go better” (het moet slechter gaan vooraleer het beter kan gaan). Zo is door deze jongste krisis de werkelijkheid in haar volle omvang weer voor velen duidelijk geworden. Zij spreekt namelijk voor zichzelf. In de media kunnen beheerste kommentaren reeds volstaan, of zelfs, en in toenemende mate, karikaturen.
LODE CLAES
Lode Claes is voorzitter van de redaktie-adviesraad.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier