Ik zie de rol van schoonmoeder niet zitten

“Ik zit aan mijn limiet”, geeft Karel Boone toe. Al is hij al een hele poos niet meer de CEO van Lotus Bakeries, bestuursmandaten bezorgen de ex-VBO-voorzitter nog steeds een volle agenda. Toch waant Boone zich allerminst onmisbaar. Na 45 jaar maakt hij, exclusief voor Trends, de balans op.

Lembeke, in hartje Meetjesland. Moeilijk te geloven dat achter de saaie en sobere gevel een beursgenoteerde koekjesmultinational huist. Geen franje in het kantoor van Karel Boone, ‘Charles’ voor de familie, vrienden én werknemers. Gedurende tientallen jaren was hij de bezieler en architect van Lotus Bakeries. Geen zweempje grootspraak ook in het discours van de baron en ‘family man’. Zijn vader zou het graag horen, want die droeg bescheidenheid hoog in het vaandel.

Anderhalf jaar geleden gaf hij de CEO-fakkel door aan zijn jongere broer Matthieu, die daarvoor vele jaren zijn onvolprezen rechterhand en klankbord was. Toch draaft Karel Boone onverdroten voort. Tot 2012 blijft hij voorzitter van Lotus en diens controlerende familiale holding. Ook bij de farmagroep UCB en het voedingbedrijf Vandemoortele is hij voorzitter, en dat zorgt voor meer hooi op de vork dan verwacht. Reken daarbij bestuursfuncties bij AXA Belgium, Bank Degroof en Bois Sauvage, plus zitjes in allerhande remuneratie- en auditcomités, en zijn werkweek is gauw gevuld.

Boone wordt ook geprezen om zijn voortrekkersrol in deugdelijk bestuur. Het belang van ‘corporate governance’ heeft hij al lang geleden in het eigen familiebedrijf ingevoerd om te vermijden dat mogelijk gekrakeel over strategie en financiën een implosie van het bedrijf zou veroorzaken. De twee broers hebben ook hun opvolging al grondig voorbereid. Jan Vander Stichele, schoonzoon van Karel, en Matthieus zoon Jan worden klaargestoomd om de fakkel over te nemen.

Intussen is het 45 jaar geleden dat Karel Boone aan de slag ging bij het familiebedrijf. Voor Trends blikt hij terug én kijkt vooruit. “Nu doe ik het toch al iets rustiger aan. Ik kan al eens een halve dag zeggen dat ik niet werk. Vroeger was dat ondenkbaar”, aldus de 67-jarige topman.

KAREL BOONE (LOTUS). “De officiële naam is Karel, maar mijn ouders hebben me altijd Charles genoemd en ik wist pas dat ik Karel heette toen ik twaalf was. Vanaf mijn humaniora werd ik ook zo aangesproken. En in de beroepsverenigingen zegt iedereen Karel, terwijl de familie of mensen in de streek hier Charles zeggen.”

Uw vader stampte het bedrijf uit de grond. Welke lessen gaf hij u mee?

BOONE. “Hij was veeleisend. Ik heb een strenge opvoeding gehad en dat was goed. Wij moesten bescheiden zijn en trachten dat nog steeds te doen. Dat wil niet zeggen dat je jezelf in een hoek moet laten duwen. Je moet daarin een evenwicht zoeken. Elke deugd is trouwens het evenwicht tussen twee kwalen. Mijn vader had ook een rotsvast geloof in zijn bedrijf, zodat hij mij overtuigd heeft om dit te doen. Omdat hij zo trots was op het bedrijf, was ik dat ook.”

Hoe zou u een Boone omschrijven?

BOONE. “We hebben dezelfde basiswaarden: betrouwbaarheid, openheid, respect voor de mensen. Maar in benadering en redenering zijn mijn broer en ik totaal verschillend. Dat is verrijkend. De menselijke geest is beperkt en als we daar niet van overtuigd zijn, maken we nog veel meer fouten. Soms maak ik een perfect logische redenering en kan Matthieu die overhoop gooien en er iets helemaal anders van maken. Dat is een schok, maar dan moet ik hem soms wel gelijk geven. En dat is goed. Wij zijn geen klonen ( lacht).”

Uw broer heeft u als CEO opgevolgd. Is het moeilijk om niet de rol van schoonmoeder te spelen?

BOONE. “Je moet daarin vastberaden zijn. Ik houd me sinds lang bezig met corporate governance. Toen ik voorzitter van het VBO was, is er een eerste comité opgericht, en ik zat ook van bij het begin in het comité van Maurice Lippens, dat trouwens nog regelmatig vergadert. Vroeger sprak ik dagelijks met mijn broer ‘Matty’. Ik was CEO en hij COO, maar wij namen geen enkele beslissing zonder te overleggen. Ik heb mij voorgenomen dat niet meer te doen, omdat ik hem dan direct zou beïnvloeden.

“Hij pleegt nu overleg met Jan Vander Stichele en Jan Boone, die later ook een duo moeten vormen. Ze zullen fouten maken, maar ik heb er misschien meer gemaakt. Ik heb er vertrouwen in. Strategische beslissingen komen trouwens toch naar de raad van bestuur.”

U bent de oudste met de meeste ervaring. Wringt dat soms?

BOONE. “Neen. Ik zit nog geen twee jaar in mijn nieuwe rol, maar ik vind dat ik hem perfect speel. Deze rol speel ik graag. Ik ben trouwens ook voorzitter van onze familieholding Bisinvest en de Stichting Administratiekantoor die er boven staat.”

Door uw prominente rol in het comité-Lippens moet u natuurlijk wat heiliger zijn dan de paus.

BOONE. “Ik moet niets, maar ik ben overtuigd dat het een heel goede zaak is voor een bedrijf om dat onderscheid te hebben.”

Is er in België voor deugdelijk bestuur nog veel werk aan de winkel?

BOONE. “Fundamenteel gaat het de goede weg op. We hebben op korte termijn enorm veel vooruitgang geboekt.”

Het is voor Lotus niet allemaal rozengeur en maneschijn geweest. Zo stonden jullie in 2001 ruim 4 miljoen euro in het rood.

BOONE. “We hebben slechte periodes gekend, zoals in 1973 toen er ook een plotse stijging van de grondstofprijzen was en we onze prijzen niet tijdig konden aanpassen omdat ze waren vastgelegd door het ministerie. Toevallig was dat ook het jaar waarin we Lotus Biscuits wilden fuseren met Corona.

“Een andere moeilijke periode was inderdaad 2000-2001. Maar de basis dat Lotus het vandaag goed stelt, is toen gelegd omdat we heel doelbewust hebben gewerkt aan een sterker Lotus. Het was wel moeilijker dan gedacht. We hebben ons totaal vergist in privatelabelwafels. We dachten dat dit een gezonde markt kon worden, maar dat was niet zo. We namen verscheidene wafelbedrijven zoals Suzy en Interwafel over en hadden de illusie dat we daardoor de markt zouden saneren. We zijn daarin mislukt. We moesten herstructureren, fabrieken sluiten en productie herschikken. Terzelfder tijd voerden we ons ERP-softwareprogramma in en werden Corona, Suzy en Cremers ondergebracht in één merk: Lotus.

“We moesten niet alleen de externe aandeelhouder geduld vragen maar ook onze familiale aandeelhouders overtuigen dat het de enige weg was, en vragen of ze trouw wilden blijven. Dat is ook voor een groot deel gelukt.”

Die merken samenvoegen, was gewaagd. Anderen, en niet van de minsten, pronken juist met een breed merkengamma. Nooit getwijfeld of het de juiste keuze was?

BOONE. “We hadden twee basismerken, Corona voor cakes en wafels, en Lotus voor speculoos. Maar we constateerden na jarenlange inspanningen dat de merkbekendheid van Corona in België ondermaats bleef, en zeker in het buitenland waren we niet in staat om verschillende merken te onderhouden. We hebben dan door de zure appel heen gebeten. En de reactie was veel positiever dan gedacht.”

Hoe is de beursgang er gekomen?

BOONE. “In 1986-1987 gingen een paar bedrijven van onze omvang naar de beurs, zoals het vleeswarenbedrijf Ter Beke, terwijl ook veel bedrijven werden overgenomen. Omdat sommige aandeelhouders wilden verkopen, was het gevaar reëel dat er een hele beweging zou ontstaan van familiale aandeelhouders die wensten te verkopen, en daar hadden wij toen geen oplossing voor.

“We wisten niet hoe we de juiste prijs moesten berekenen om iedereen tevreden te stellen, en wisten ook niet of we überhaupt in staat waren om die aandelen over te nemen. Dus was het voor mij de goede oplossing om naar de beurs te gaan en zo tot een correcte prijs per aandeel te komen.”

Houdt u nu nog vast aan de verhouding van bijna 70 % van de aandelen voor de familie, en 30 % vrij verhandelbaar?

BOONE. “We maken eigenlijk geen punt van die 30 %. Dat kan even goed 40 % of 45 % zijn. De drempel van 50 % is een andere discussie.”

Cirkelen er aasgieren boven Lotus?

BOONE. “We mogen dat niet overdrijven. Iedereen weet dat we een stevige verankering hebben. Er zullen onvermijdelijk nog periodes komen waarin het minder gaat, maar zolang de familiale aandeelhouders zien dat wij de middelen hebben om op langere termijn onze ambities te vervullen, zullen zij Lotus als onafhankelijk bedrijf steunen. Je moet in staat zijn om het leiderschap te verwerven of te behouden in je markt. Zo loop je het risico niet om overgenomen te worden. Wij hebben dan ook gekozen voor bepaalde segmenten. We hebben nooit een algemene biscuiterie willen zijn, en al goed, want dan hadden we ons al lang moeten overgeven. Maar ik kan me voorstellen dat wij interessant zijn voor de een of andere.”

Werd u al benaderd?

BOONE. “Meestal zijn het specialisten in fusies en overnames die ons aanmoedigen, en ons graag zouden voorstellen aan geïnteresseerde partijen, maar dat couperen wij.”

Kan Lotus ook op lange termijn onafhankelijk blijven?

BOONE. “Ja. En nu is het gemakkelijker om dat te zeggen dan tien jaar geleden.”

Zou het een nachtmerrie zijn als het toch tot een overname komt?

BOONE. “Ik zie het nut gewoon niet. Een overname is zinvol als daardoor de activiteiten beter, sneller en rendabeler kunnen gebeuren. Als een overname die voordelen niet biedt, is het niet meer of minder dan geld incasseren en weglopen. Dat is niet onze natte droom ( lacht).”

De beurskoers is wel fors gestegen. Mogelijk vinden sommige familiale aandeelhouders het nu interessanter om hun aandeel te verzilveren?

BOONE. “Dat zal de persoonlijke beoordeling zijn van iedere aandeelhouder. Je hoort wel aan mij dat ik daar niet toe behoor.”

U bent ook voorzitter bij Vandemoortele. Dat stelt zich steeds transparanter op. Uw invloed?

BOONE. “( lacht) Laat ons zeggen dat de raad van bestuur en de andere onafhankelijke bestuurders de directie daarin zeker stimuleren. Men was schuw op dat gebied. Die verandering heeft ook voordelen voor de personeelswerving.”

Heeft Vandemoortele beursplannen?

BOONE. “Een beursgang is nu niet aan de orde. Zeker is dat Vandemoortele zijn maximale ontplooiingskansen krijgt. Het is voor hen geen absolute noodzaak om alleen maar Vandemoorteles als aandeelhouder te hebben.”

Hebt u lang getwijfeld om voorzitter van UCB te worden?

BOONE. “Ik had nooit gedacht dat ik voorzitter zou worden maar men had graag een Belg met ervaring binnen het bedrijf, en ik zit er intussen al acht jaar in de raad van bestuur. Zoals bij alle belangrijke beslissingen heb ik toch wat geaarzeld, want ik weet dat we voor een moeilijke periode staan door het vervallen van octrooien op belangrijke producten als Zyrtec en Keppra.”

U stopt op uw 70ste. Wat dan?

BOONE. “Ha, dan stopt het. Dat zal even gedecideerd gebeuren als de beslissing om niet langer CEO te zijn. Niemand zal mij kunnen overtuigen om nog verder aan te blijven. Je moet er een deadline op zetten, hoe graag ik het ook doe. Ook mooie liedjes hebben een einde.”

Dat de opvolging al bijna is geregeld maakt het een stuk eenvoudiger?

BOONE. “Natuurlijk. Als ik dat hier zo rustig kan zeggen, is het omdat ik het volle vertrouwen heb in het team dat we hebben. De twee Jannen zullen de zaak goed verder leiden, en daarom zie ik de rol van schoonmoeder niet zitten. Hun mening is zeker zo goed als de mijne.”

Het zal er lang niet overal zo aan toe gaan.

BOONE. “Klopt, maar is het niet hoogmoedig om te denken dat iemand anders het niet zou kunnen?”

Het is menselijk, want u hebt het bedrijf per slot van rekening groot gemaakt.

BOONE. “Juist, maar dat wil niet zeggen dat een ander het niet even goed of beter kan en zal doen. Ik zeg altijd tegen mijn opvolgers: ‘ik verlang maar één ding, dat het bedrijf twee keer zo snel groeit en twee keer zo winstgevend is als in mijn periode.’ En ik meen dat. Ik heb mijn taak goed gedaan, maar als een ander het beter kan doen, waarom niet?”

Neemt u te veel hooi op de vork?

BOONE. “Ik heb geen schrik van werk. Maar ik zit wel aan mijn limiet. Ik ben natuurlijk gewoon geweest van heel veel te werken. Toen ik mijn job combineerde met het VBO was dat heel zwaar. Nu doe ik het toch al iets rustiger aan. Ik kan al eens een halve dag zeggen dat ik niet werk. Vroeger was dat ondenkbaar.”

U bent een workaholic.

BOONE. ( aarzelt) “Ik verveel mij niet. Het moet verschrikkelijk zijn om je te vervelen. Ik heb ook geen behoefte aan lang slapen. Zelfs als ik een nacht oversla omdat ik in het vliegtuig zit, is dat niet erg.”

Verder afbouwen doet u nog niet?

BOONE. “Als om de een of andere reden een mandaat niet wordt vernieuwd, zal ik daar niet om treuren. De taak van bestuurder is de laatste tien jaar veel verzwaard. Je hebt ook de remuneratie- en nominatiecomités. Bij UCB bijvoorbeeld ben ik al acht jaar lid van die comités. We hebben daar enorm veel veranderingen gehad en dan moet je telkens al die kandidaat-opvolgers zien. Daar zitten Amerikanen, Duitsers of Engelsen bij en die laat je niet zomaar even op een morgen allemaal de revue passeren. Ik zit ook in diverse auditcomités, en gezien de IFRS-regels en de instabiliteit daarvan, vraagt dat toch wel enige kennis van zaken.”

Waar bent u het meest trots op?

BOONE. “Dat we van Lotus een merk hebben gemaakt. Toen mijn vader een merkpolitiek doorvoerde in 1963 was ik nog student en drie jaar later ben ik in het bedrijf gestapt. In die periode waren we heel klein. Slechts 5 % was Lotus en 95 % private label. Toen bedroeg de omzet anderhalf miljoen euro of zo, vorig jaar was het 225 miljoen en dit jaar weer wat meer. Daarvan is meer dan 85 % afkomstig van onze merken Lotus en Peijnenburg (de in 2006 overgenomen Nederlandse peperkoekproducent, nvdr). Nu vind je een merk niet zomaar op een maandagmorgen uit. We hebben daar meer dan 40 jaar aan gebouwd.”

U bent een liefhebber van moderne en hedendaagse kunst.

BOONE. “Ik zit in een paar kunstclubjes en het gebeurt al eens dat ik iets koop, maar een echte verzameling heb ik niet. Ik heb daar ook niet meteen de middelen voor omdat telkens er iemand van de familie zijn pakket aandelen vermindert, anderen – zoals ik – zijn die de aandelen kopen. Maar ik heb wel interessante werken. Moderne kunst is niet moeilijk, hedendaagse kunst wel. Er zijn zoveel stromingen, en 90 tot 95 % daarvan zal binnen twintig jaar niet meer bestaan.”

Ziet u het vaak juist? Hebt u een bijvoorbeeld een Tuymans?

BOONE. “Nee, nee ( grijnst).”

Jammer.

BOONE. “Voilà! ( lacht uitbundig). Het zijn meestal werken van Engelsen en Amerikanen, maar weinig Belgische werken, en dat verwijt ik ons aankoopclubje een beetje.”

En andere hobby’s?

BOONE. “Ik probeer samen met mijn vrouw wat te wandelen of te fietsen, maar een echte sportman ben ik nooit geweest, al kan ik wel een eindje zwemmen. Ik zwom vroeger van de ene baai naar de andere, zodat mijn vrouw dacht dat ze me nooit meer zou terugzien ( lacht).

“Ik hou ook van actieve reizen. Binnenkort bezoek ik een deel van Spanje en ik hang dan niet de hele dag rond het zwembad. Lezen ook, hoewel ik nauwelijks tijd heb voor echte literatuur omdat ik zoveel documentatie moet lezen om bij te blijven. Telkens drie dagbladen, waaronder de Financial Times, plus enkele tijdschriften en bedrijfsdocumentatie. Alleen als ik op reis ben, lees ik boeken. Ik kan op een nacht in een vliegtuig een boek uitlezen.”

U hebt drie dochters.

BOONE. “De oudste is 41, de tweede 40 en de derde wordt 37. Alle drie gehuwd en acht kleinkinderen in totaal. Als er iets is waar ik tijd voor vrijmaak, is het dat wel. Elk jaar spenderen we in november een hele week samen met de familie, vaak in Spanje en dit jaar in augustus in Toscane. Een ongelofelijke tijd. Ik heb er ook geen probleem mee om babysit te spelen, integendeel. De kleinkinderen spelen een grote rol.”

De dochters werken niet in het bedrijf?

BOONE. “Neen, buiten de twee Jannen en Matthieu is er geen enkel familielid, behalve wanneer er iemand stage wil doen. We willen onze organisatie niet verwateren met familie. Het is zeer moeilijk voor mensen in de hiërarchie om er leden van de familie bij te hebben.”

Heeft Lotus uw stoutste dromen overtroffen?

BOONE. “In feite wel. Toen we begonnen, waren we heel regionaal bezig, terwijl nu toch meer dan twee derde van de omzet buiten België wordt gerealiseerd. Sinds onze beursintroductie in 1988 zijn we elke zeven jaar verdubbeld. Een mooi track record. Hadden we dat toen op papier gezet, zou men ons als onbetrouwbaar beschouwd hebben ( lacht). Het is soms beter om geen plannen te maken over twintig jaar. Daarom doen we dat nog altijd niet.” (T)

Door Bert Lauwers/Fotografie Jelle Vermeersch

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content