Honger doet eten

De markt voor dagverse kant-en-klaarmaaltijden breidt razendsnel uit. Maar het is ook een uiterst concurrentiële en kapitaalintensieve business. Uitbreiding en vernieuwing zijn een noodzaak. Vaco uit Geel slokte daarom Vivandy Home Made Foods in Olen in één hap naar binnen.

In 1999 haalde Vaco een omzet van 1 miljard frank. Algemeen directeur Jo Verstappen (42) zet de bakens uit: in 2000 wil hij een omzet van 1,5 miljard frank halen en volgend jaar 2,1 miljard. Een stijging van zo maar even 110% in twee jaar tijd. De 335 werknemers eind 1999 moeten er dan ongeveer 400 zijn geworden. Een toename van ‘slechts’ 20%. Maak een sommetje en je komt op een niet onaardig winstcijfer uit.

Vaco is actief in Geel en voegt er nu een nieuwe vestiging in Olen aan toe. Vaco nam er onlangs het bedrijf Vivandy Home Made Foods over. Verstappen: “Vivandy produceerde kant-en-klaarmaaltijden en salades. Omdat die markt almaar competitiever wordt, besloot de eigenaar om de zaak van de hand te doen. We hebben voor 130 miljoen frank de gronden, de gebouwen en 25 man personeel overgenomen; de naam en de producten van Vivandy Home Made Foods zijn overgenomen door een derde.” Vaco gaat de productie van salades in Olen stopzetten en er kant-en-klaarmaaltijden, pizza’s en soepen bereiden.

Pionier.

Vaco groeide uit de centrale keuken voor de snelwegcatering van AC België. Het bereidde kant-en-klaarmaaltijden in Ruisbroek tot het in 1987 naar Geel trok. Vaco, 34 werknemers sterk, haalde toen een omzet van 40 miljoen frank. Als dochter van AC, zelf een dochter van Ahold en de Nederlandse supermarktketen Albert Heijn, werd Vaco’s expertise ook aangesproken door Albert Heijn zelf. “Vanaf dat moment zijn we ons gaan concentreren op de retailmarkt,” zegt directeur Jo Verstappen.

Vaco verschoof gedeeltelijk de productontwikkeling van catering naar retail en supermarkt, en koos voor Albert Heijn en het Belgische GB als vaste partners. In 1995 was het bedrijf gegroeid naar een omzet van 300 miljoen frank, de ene helft gerealiseerd bij Albert Heijn, de andere helft verdeeld over GB, Lunch Garden en de AC Restaurants. “In die jaren vervulden wij samen met nog drie andere bedrijven een heuse pioniersrol. De voedingsmarkt was nog niet helemaal klaar voor deze producten,” zegt Jo Verstappen. “Na die moeilijkere periode is de markt echter stap voor stap beginnen te groeien.”

In 1996 verkocht Ahold Vaco aan het Britse Geest en dat bracht het bedrijf uit Geel in een stroomversnelling. In een jaar tijd groeide het naar een omzet van een half miljard frank en ongeveer 90 werknemers. Geest is de Britse marktleider van fresh convenience food zoals pizza, brood, soep, sauzen, dressings, pasta en gemengde sla. Producten die ook in het aanbod van Vaco zijn opgenomen. Geest kwam bovendien met 110 miljoen frank over de brug voor een nieuwe ultravers-unit in Geel. Daardoor bestaat Vaco’s productengamma vandaag uit koelverse en dagverse maaltijden, koelverse soepen en sauzen en authentieke Indonesische recepten. De omzet steeg snel verder naar 1 miljard frank eind 1999. In augustus vorig jaar werd ook een tweede vestiging in Herselt geopend.

Indonesisch.

“Onze grootste kracht putten we uit de partnerschappen met Albert Heijn en GB,” zegt Jo Verstappen. “We zijn niet product- of marktgedreven, maar wel retailgedreven. Zo’n partnership is een groot voordeel. Op die manier kunnen we samen de markt op de voet volgen en inspelen op nieuwe behoeften.” Het nadeel is wel dat de groei afhankelijk is van het succes van de retailers. Vandaar de ontwikkeling van nieuwe marktsegmenten, zoals getopte broden of de traditionele Indonesische keuken. Die extra groei is nodig, want de business is bijzonder kapitaalintensief. De meeste voedingsproducten hebben een korte levenscyclus en dat kost handenvol geld. De aandeelhouders willen echter ook hun return. Daarom zijn er initiatieven nodig om extra groei te bewerkstelligen.

Fresh convenience food is er zo een. Het is een jong segment bij de retailer en het is zeker het snelst groeiende. Die markt breidt uit, maar is zeer competitief. Verstappen: “De Belgische en de Nederlandse markt vertonen trouwens nogal wat verschillen. In Nederland hebben de familiegerechten veel succes, terwijl in België vooral persoonsmaaltijden populair zijn.”

b.m.