Het perfecte compromis

Zowat zes maand geleden meldden we dat de nieuwe Mercedes C-Klasse Berline zich opmaakte om in de showroom te verschijnen. Een belangrijk product voor de Duitse premiumconstructeur, want sinds de lancering van de 190 (destijds de aanzet tot wat nu de C-Klasse is) werden meer dan 6 miljoen exemplaren verkocht. In Stuttgart speelden ze het dan ook zeker: vijf jaar lang werd getekend en gesleuteld aan dit nieuwste model, dat maar liefst een recordaantal testkilometers van 2,4 miljoen afhaspelde. Het laat zich voelen in het rijgedrag van de berline, die een zelden gesmaakt compromis tussen dynamisch (ja, politiek correcter dan sportief …) rijden en comfort biedt.

Voor de afstelling van een chassis zijn die twee uitersten inderdaad eeuwige hersenbrekers. Een sportieve auto hoort strak afgeveerd te zijn, omdat hij dan niet gaat wiegen in de bocht. Bij sommige auto’s resulteert dat in een snoeiharde vering die zelfs onaangenaam aanvoelt op wegen die er niet bij liggen als een biljarttafel. Omgekeerd heeft een auto met comfortabel chassis de neiging om over te hellen als je snel door de bocht gaat, omdat de schokdempers een ruimere vering toelaten. Maar Mercedes slaagde er dus in om de uitersten te verzoenen in de nieuwe C-Klasse.

En wat blijkt nu? We reden een dag lang met de breakversie en vonden krek dezelfde kwaliteiten van de berline terug. Zozeer dat we ons bijwijlen afvroegen of we wel met een stationwagen aan het toeren waren. Ook collega’s die ervaring hebben in de racerij, en dus wel eens met extreme kisten op een circuit verschijnen, spraken hun verbazing uit over het onderstel. Zozeer dat een amateur-autoracer zich afvroeg: “Misschien reed ik wel met een versie die was uitgerust met het chassis van AMG (het bijhuis van Mercedes dat de extreem sportieve versies in elkaar zet) .” Neen, niets van aan. Gewoon goed, dat onderstel met de zogenaamde Agility Controlschokdemperregeling.

Dat perfecte compromis op het vlak van rijgedrag zorgt ervoor dat de C-Klasse Break niet alleen heerlijk om rijden is, maar ook een ideale gezinswagen. Deze versie is uiteraard weer iets groter en ruimer dan zijn voorganger. Achterin is plaats voor 485 liter kofferruimte die kan oplopen tot 1500 liter met neergeklapte achterbank. Maar de inrichting van de koffer is vooral praktisch: tussen de wielkasten zet je met groot gemak de nieuwe afwasautomaat. Ook handig: de plooibare boodschappendoos die standaard is.

Natuurlijk is het ook nu kiezen uit een ruim aanbod motoren, maar alhier zal de bulk van de verkoop natuurlijk voor de tweeliter diesel zijn.

+ Zicht- en voelbare deugdelijkheid

Rijgedrag

– Plastic in basisinterieur

Jo Bossuyt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content