HET MOEIZAME BEGIN VAN HET EINDE

Goele Geeraert Freelancejournalist

Met de babyboomgeneratie op een zucht van haar pensioen stijgt ook het aantal ondernemers dat zijn bedrijf kan overdragen. Maar dat gebeurt nog te weinig en te traag. De Vlaamse overheid probeert het tij te keren.

Een derde van de familiebedrijven in Europa krijgt in de komende tien jaar met een opvolging te maken. Voor Vlaanderen zou het gaan om ruim 200.000 ondernemingen. Objectief betekent dat een hoop mogelijkheden voor potentiële overnemers en starters. En toch ziet de praktijk er minder rooskleurig uit. Jaarlijks gaan in de EU 600.000 jobs verloren en verdwijnen er 150.000 bedrijven door misgelopen overnames. Ook in Vlaanderen komen nog steeds heel wat rendabele bedrijven niet in de vitrine te staan. Jammer, als je weet dat een overgenomen onderneming doorgaans meer kans op succes biedt dan een oprichting from scratch.

Het is een oud zeer. Al in december 1994 lanceerde de Europese Commissie aanbevelingen om overdrachten wettelijk, fiscaal, administratief en operationeel te ondersteunen en de ondernemer aan te zetten tot een tijdige voorbereiding. In januari van dit jaar peilde ze in het rapport Business dynamics. Start-ups, business transfers and bankruptcy in welke mate de 27 lidstaten en enkele naburen de aanbevelingen intussen hadden uitgevoerd.

Met een score van 12 op 13 behoort België tot de goede leerlingen van de klas. Ons land maakte de afgelopen jaren onder meer werk van de mogelijkheid om de rechtsvorm van het bedrijf te wijzigen en de overdracht zo wettelijk en fiscaal te optimaliseren. Daarnaast zorgde Vlaanderen voor een hervorming van de successie- en schenkingsrechten en kwamen er verscheidene financieringsvormen ten voordele van kandidaat-overnemers. Ook voor mentoring en training kreeg België een pluim.

Maar al die inspanningen ten spijt, worden nog altijd veel bedrijven met economisch potentieel zonder meer stopgezet. Tijd dus voor de grote middelen, beseft ook de Vlaamse overheid. Minister-president en minister van Economie Kris Peeters lanceerde deze maand het Masterplan voor Opvolging en Overname. Het komende jaar gaat de aandacht vooral naar de ondernemer die zijn zaak uit handen geeft, of dat zou kunnen doen.

Zeven jaar voorbereiding

Het grootste euvel bij die groep is dat veel overlaters hun opvolging te laat beginnen voor te bereiden. “Overdracht is emotie”, legt Johan Lambrecht uit. Hij is als hoogleraar verbonden aan het Studiecentrum voor Ondernemerschap aan de Hogeschool-Universiteit Brussel. “Veel ondernemers kunnen geen afstand doen van hun bedrijf omdat ze er te nauw mee verbonden zijn, maar ook omdat ze hun eigen aanwezigheid onontbeerlijk achten voor het voortbestaan ervan. Soms speelt ook de druk van de partner of de medewerkers die een wissel van de wacht niet zien zitten.”

Volgens een pas verschenen enquête van Unizo Overnamecoach en Integraal vzw is bijna 60 procent van de ondernemers ouder dan 55 niet bezig met zijn opvolging of de overdracht van zijn onderneming. Nochtans is zeker bij familiale opvolging een tijdige voorbereiding nodig. Het vinden van een goede opvolger geldt voor ruim een derde van de familiale ondernemers als probleem nummer één. “Wie pas na zijn 55ste met zijn opvolging begint, riskeert de trein te missen”, weet Luc Van Laere van Unizo Overnamecoach. “Dat geldt des te meer vandaag, nu de kinderen de zaak niet meer per definitie overnemen. Het komt er dus op aan hen tijdig te coachen en aan te geven dat ze als potentiële bedrijfsleider worden gezien. Een degelijk opvolgingproces neemt makkelijk zeven jaar in beslag. Tegelijk is niet elk kind geschikt om het roer over te nemen. Maar die zaken moet je eerst onderkennen voor je naar externen op zoek kunt.”

De zoektocht naar een externe overnemer blijkt evenmin makkelijk. Veel starters richten liever een eigen zaak op. Vooral jonge starters leggen nog steeds liever hun eigen ei. “Ze denken dat ze dan meer hun ding kunnen doen. Bovendien kost de opstart van een zaak doorgaans een stuk minder dan de overname”, verklaart Van Laere. Een probleem is dat veel kandidaat-overnemers te weinig zicht hebben op wat er financieel allemaal kan. “De meeste overnemers en hun boekhouders geloven nog altijd dat de financiering van een bedrijfsoverdracht enkel via een banklening verloopt, en hebben geen weet van het alternatieve financieringsmogelijkheden genre Participatiefonds, PMV, Gimv en businessangels.”

Gebrek aan expertise

Volgens de enquête beschouwen bijna vier op de tien ondernemers financiering als een moeilijkheid. Daarbij gaat de overlater niet vrijuit. Potentiële overnemers verwachten een uitgebreide financiële analyse als basis voor de overdracht. En die blijkt niet altijd voorhanden. “Voor veel zelfstandige ondernemers is zo’n financieel verslag een complex gegeven, waarin ze vaak onvoldoende worden begeleid”, stel Luc Van Laere. Hetzelfde geldt voor de waardebepaling van de onderneming. “Waardebepaling is een ingewikkelde materie waar veel ondernemers uit zichzelf niet makkelijk aan beginnen. Bovendien horen ze liever niet dat de waarde van hun zaak lager ligt dan verwacht. Ongeveer de helft schuift de zaak voor zich uit met het gevolg dat uiteindelijk de tijd ontbreekt om eventueel nog waarde bij te creëren en de overnameprijs te boosten.

Behalve de financiering en de waardebepaling verhogen fiscale en juridische knelpunten voor een hoop ondernemers de drempel om de stap naar een overdracht te wagen. “We hebben het dikwijls over een administratieve vereenvoudiging, maar er is nog veel werk aan de winkel”, zegt Van Laere.

Een gebrek aan expertise en informatie speelt de overlaters dus parten. Johan Lambrecht knikt: “Vraag aan ondernemers welke moeilijkheden ze verwachten bij de overdracht van de dagelijkse leiding van hun bedrijf, en ze geven blijk van onwetendheid en onderschatting. Onderzoek toont dat meer dan 31 procent van de ondernemers die binnen de tien jaar de leiding overdragen, geen problemen verwacht.” Maar de praktijk bewijst het tegendeel. Bovendien blijkt ook de vertrouwenspersoon zich niet altijd van zijn anticiperende functie bewust. Een boel ondernemers neemt wel een professioneel adviseur in de arm als ze aan het opvolgings- en overdrachtproces beginnen, alleen zou dat veel vroeger moeten gebeuren.

Masterplan

Informeren, sensibiliseren, bewustmaken en ondersteunen luidt de boodschap. En laat dat nu net de ambitie van Peeters’ masterplan zijn. Als het masterplan slaagt, zouden overname en opvolging uit het verdomhoekje moeten verdwijnen. Luc Van Laere verwacht er in ieder geval veel van. “Het is de eerste keer dat de overheid zo grootschalig rond de problematiek van overnemen en overlaten wil sensibiliseren. Twee jaar terug dacht 12 procent van de respondenten uit de eindeloopbaanenquête eraan zijn zaak binnen twee jaar te verkopen. Dat aantal steeg intussen tot 16 procent. Bij gelijke tred klokken we over twee jaar op 20 procent af. Met zo’n vooruitzicht kan je als beleidsmakers niet aan de kant blijven staan.”

GOELE GEERAERT

” We hebben het dikwijls over een administratieve vereenvoudiging, maar er is nog veel werk aan de winkel”Luc Van Laere (Unizo Overnamecoach)

” Overdracht is emotie. Veel ondernemers kunnen geen afstand doen van hun bedrijf” Johan Lambrecht (Studiecentrum voor Ondernemerschap)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content