GROEIBEDRIJVEN

Het Vlaams Economisch Verbond (VEV) heeft een actieprogramma klaargestoomd om Vlaamse groeibedrijven versneld tot wereldspelers te maken. Het programma kwam tot stand na een enquête bij 53 Vlaamse beursgenoteerde bedrijven en 71 bevoorrechte waarnemers (zoals beursvennootschappen, banken, onafhankelijke bestuurders en investeringsmaatschappijen).

Volgens het VEV speelt de beurs een essentiële rol in het stimuleren van de internationale groeikracht van ondernemingen. Maar de beurs heeft ongeveer 3000 miljard frank extra nodig om het niveau van de betere Europese concurrenten te halen. Uit de enquête blijkt dat de overheid en de ondernemingen zelf veel kunnen doen om potentiële beleggers naar de beurs te lokken.

Wat kan overheid doen?

Wat groeibedrijven vooral van de overheid wensen is bescherming en flexibiliteit. Daarbij doelen ze op een modernisering van de vennootschapswetgeving. Bedrijven die meer dan 50% van hun aandelen op de beurs aanbieden, verliezen nu de controle over het bestuur. Dat moet veranderen. Als voorbeeld dienen de Nederlandse structuurvennootschappen.

Werknemersparticipatie staat als tweede op het verlanglijstje. De groeiers dringen aan op een wettelijk kader met voldoende vrijheidsgraden om medewerkers duurzaam te kunnen betrekken bij de resultaten van het bedrijf.

Fiscale stimuli staan als derde prioriteit vermeld. De overheid moet zorgen voor belastingvoordelen bij pensioensparen en voor werknemersparticipaties, en voor belastingafspraken die fiscale planning mogelijk maken en risicodragend kapitaal belonen.

Wat kunnen bedrijven doen?

Ook het bedrijfsleven zelf kan maatregelen nemen om beleggen aantrekkelijker te maken. Opvallend is de grote aandacht voor internationale themas.

Vooral geografische expansie is wat ondernemingen aantrekkelijk maakt. Om dat te verwezenlijken moeten de bedrijven in de eerste plaats meer informatie en ervaringen onderling uitwisselen. Het netwerk van Export Vlaanderen zou een bijdrage kunnen leveren in de zoektocht naar buitenlandse partners.

Tweede op de lijst staan internationale portfolio’s. Vlaamse aandelen zouden makkelijker in buitenlandse beleggingsfondsen worden opgenomen als de bedrijven een groter deel van hun aandelenkapitaal op de beurs zouden noteren en ze transparanter zouden rapporteren.

Meer zichtbaarheid voor de Vlaamse aandelen is ook belangrijk. Themaweken in het binnenland (via de technologievalleien) en roadshows in het buitenland (in samenwerking met de Dienst Investeren in Vlaanderen) zouden de schijnwerpers op de Vlaamse aandelen kunnen richten.

VEV-actieprogramma

Het actieprogramma dat het VEV uit de enquête destilleert, wil vooral een strategische visie ontwikkelen, in samenspraak met andere ondernemingsorganisaties, om de overheid te beïnvloeden.

De tweede doelstelling is het creëren van een overlegplatform met groeibedrijven, dat Beursplatform Vlaanderen zou gaan heten. Dat platform moet aan onderzoek doen en een strategie uitstippelen (inventaris van de beleggingscriteria van grote buitenlandse fondsen, analyse van de Vlaamse beursgenoteerde bedrijven op verschillende groeibepalende factoren…).

Het Beursplatform moet ook sensibiliseren, bijvoorbeeld door een beleggingsfonds op te zetten met de grootste ondernemingen van Vlaanderen, of een alliantiefonds met andere kleine landen. Een tiental themaweken die een bepaalde sector of markt belichten, moeten leiden tot een grotere zichtbaarheid van de betrokken ondernemingen.

Ten slotte moet het platform het beleid stimuleren tot de modernisering van de vennootschapswetgeving, de vorming van pensioenfondsen, fiscale incentives en werknemersparticipaties.

Kris Rogiers e.a., ‘Prioriteiten van de (potentiële) beursgenoteerde ondernemingen met internationale groeiambities’, Vlaams Economisch Verbond, Brouwersvliet 5 bus 4, 2000 Antwerpen, website: www.vev.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content