Geen feest

In de jongste IMD-analyse van de distributie, exclusief in Trends, steekt weer veel slecht nieuws over de sector : gemiddeld daalde de omzet van de 18 grootste distributeurs met 1,2 %, het aantal winkels verminderde met 0,7 %, het personeelsbestand met 8,3 %.

Het begint vertrouwd, ja zelfs wat afgezaagd in de oren te klinken : de distributiesector in ons land stelt het niet goed. Globaal bekeken, tenminste. Want individueel komen er wel een paar winnaars uit de bus. Colruyt en Aldi bijvoorbeeld konden in ’94 opnieuw hun omzet, bedrijfsresultaat en marktaandeel een duw in de goede richting geven. Ook Delhaize bleef een vaste waarde, terwijl de marktaandelen van de ketens uit de GIB Group voort afkalfden (in ’95 werd die daling wel gestopt). “Toch zijn er een aantal veranderingen,” zegt Chris Opdebeeck. En hij kan het weten. Deze consultant van het marketing- en managementbureau IMD worstelde zich door meer dan 1000 jaarrekeningen van distributiebedrijven (zie ook kader De analyse) en pende voor de achtste keer de Sectoriële analyse van de grootdistributie in België, 1994-1995.

De eerste verandering ten opzichte van de analyse van vorig jaar is positief nieuws : de detailhandelsomzet is in 1994 (meest recent beschikbare cijfers) niet voort gedaald. In ’93 was die namelijk voor het eerst sinds decennia afgegleden : naar 1870 miljard frank. In ’94 steeg de detailhandelsomzet in ons land echter weer. En volgens de eerste ramingen zou deze opwaartse trend zich in ’95 hebben doorgezet. Domper op dit broze geluk : het aandeel van de detailhandelsomzet in de totale privé-consumptie blijft wel afnemen, van 48,9 % in ’80 naar 43,7 % in ’90, 41 % in ’93 en 40 % in ’94 en ’95. Om dit op te vangen, doen distributeurs testen met andere producten en diensten, zoals het opnemen van geld aan de kassa’s met Bancontact/Mister Cash, het verkopen van postzegels bij Delhaize, of nog, een vertegenwoordiging van het reisbureau Carlson Wagonlit Travel bij hypermarkt Bigg’s. Innovatie is echter niet de sterkste kant van de Belgische distributie.

Dit kan meteen ook een van de redenen zijn waarom de marges hier zo laag blijven, gemiddeld 1,3 % netto. De GIB Group-insignes zitten onder dit gemiddelde met een nettoverkoopsmarge van 0,5 % voor GB, 0,4 % voor Unic, 0,5 % voor Nopri. Discounters Colruyt en Aldi werken tegen een hogere verhouding nettowinst/omzet, respectievelijk 3,4 % en 4,8 %, en scoren daarmee het beste voor België maar laag ten opzichte van bijvoorbeeld de Engelse distributeurs Tesco (5,5 %) en Marks & Spencer (8,3 %).

De goede nettoverkoopsmarge van Aldi verbaast des te meer, gelet op Aldi’s lage aankoopmarge (omzet min inkopen, gedeeld door omzet). Een hoge aankoopmarge betekent doorgaans dat men zeer voordelig aankoopt, zoals bijvoorbeeld GB dat een aankoopmarge heeft van 24 % (tegen een gemiddelde van 20,1 % voor de detaillisten) of Unic dat veelal een beroep doet op de aankoopcentrale van GB van 23,2 %. Aldi heeft met zijn aankoopmarge van 14,6 % dus heel wat minder speelruimte dan GB, dat zijn voordeel evenwel teloor laat gaan in z’n zware structuur. Zo bedraagt het aandeel van de personeelskosten in de omzet bij GB 16,8 %, tegenover slechts 6 % bij Aldi. Zegt Chris Opdebeeck : “Aldi heeft weinig personeel en het personeel dat er werkt, is zéér efficiënt. De omzet per personeelslid (voltijdse equivalenten) bij Aldi bedraagt 21,1 miljoen frank, bij GB 6,2 miljoen, terwijl het marktgemiddelde 9,4 miljoen is.”

LIDL ?

Tweede opbeurend nieuwsfeit voor het werkjaar 1994-’95 : het nettorendement op het eigen vermogen, dat in ’93 nog negatief was ten belope van 4,6 % voor het geheel van de detailhandel, heeft zich in ’94 hersteld tot 9,4 %. Ook hier kaapt Aldi de gouden medaille weg met een nettowinst op het eigen vermogen van 189,4 %. Het zeer lage eigen vermogen van diverse Aldi-vennootschappen in België (hun financiële stabiliteit is gegarandeerd op het niveau van het Duitse moederbedrijf) heeft hier natuurlijk veel mee te maken ; hetzelfde geldt overigens voor Makro. Ter vergelijking : Colruyt haalt een nettorendement op het eigen vermogen van 14,4 % (12,2 % in ’93), Delhaize 7,9 % (8,6 % in ’93), de Delhaize-aangeslotenen (dit zijn de AD-Delhaize-superettes) 15,2 % (13,3 % in ’93). Het Nederlandse Vendex glijdt dieper, met een negatieve nettowinst op het eigen vermogen van 264,7 %. Daarmee wordt duidelijk dat de turnaround van Edi/Eda niet lukt. In Frankrijk heeft Vendex Food overigens onlangs zijn 34 Eda-winkels verkocht. Vendex is in België ook eigenaar van Battard en Central Cash. Twaalf Battard-winkels zijn intussen omgedoopt tot Inter Battard, idem dito voor zes Edi-winkels. Of de naam Inter Battard aanslaat in Nederlandstalig België, waar de meerderheid van de 55 Edi/Eda-winkelpunten zijn gevestigd, zal moeten blijken.

Evenveel vragen zijn er over de toestand van Lidl, de Duitse hard-discounter die pas in ’95 van wal stak in ons land en hier eind vorig jaar reeds 24 vestigingen telde. Bij de directie heerst een compleet stilzwijgen over plannen en financiële resultaten. Er is ook geen Belgische vennootschap opgericht, alle activiteiten ressorteren onder het Duitse Lidl Belgium GmbH & Co. KG. Volgens de IMD-schattingen boekte Lidl in ’95 293 miljoen frank omzet per m², wat ons echter biezonder hoog lijkt : dat cijfer ligt immers meteen boven het gemiddelde van de beschouwde F1- en F2-ketens (221 miljoen frank per m²).

Intermarché, met 1900 winkels in Frankrijk, haalt in België niet het aanvankelijk vooropgestelde expansieritme van één opening per maand en 45 winkels tegen eind ’95. Begin dit jaar had Intermarché 30 uitbatingen in ons land, uitsluitend in het Waalse landsgedeelte. (Op 7 juni jl. werd een eerste stap gezet in Vlaanderen : de oprichting van de nv Lochrim, met zetel in Denderleeuw, om een terrein aan te kopen waarop “later” een Intermarché-vestiging zal komen.)

De nieuwe vestigingswet van midden ’94 maakt winkelopeningen wel heel moeilijk. In ’95 waren er nauwelijks 69 voor de 30 grootste distributiebedrijven, of 8 % minder dan het jaar voordien. Een aantal ketens heeft nog vergunningen in portefeuille, zoals Colruyt, maar onderlinge overnames worden talrijker. Zo nam Lidl een Unic, een Super GB, een Dial en een Aldi over. Intermarché legde de hand op een Aldi en een Unic.

MOERAS.

Opvallend is hoe slecht de ketens uit de Louis Delhaize-groep het (blijven) doen. Dat geldt zowel voor hypermarkt Cora als supermarkt Match, discounter Profi en grossist Delfood (een samenraapsel van het oorspronkelijke Delfood met Welvaart en EPC, voluit Economie Populaire de Chiney). Cora dat het tot ’93 beter deed valt in ’95 terug op zijn marktaandeel van 1987.

Profi kende in ’94 een negatief rendement op eigen vermogen van 70,2 % (77,5 % in ’93). Het realiseert slechts 105.000 frank omzet per m² winkelruimte, wat minder dan de helft is van het gemiddelde van de beschouwde F1- en F2-distributiebedrijven. Ter vergelijking : concurrent Aldi realizeert 294.000 frank omzet per m² winkelruimte, Colruyt 339.000 frank. Match scoort met 6.290.000 frank omzet per werknemer bijzonder laag een heel stuk lager dan het gemiddelde van de beschouwde 30 ketens (9.487.000 frank).

Delfood haalde net als in ’93 negatieve bruto- en netto-verkoopmarges (resp. 0,6 % en 1,3 %), een negatieve rentabiliteit (12,6 %) en een negatief bedrijfsresultaat (54 miljoen frank). Idem dito bij Match. De negatieve rentabiliteit steeg van 21,7 % in ’93 naar 52,5 % in ’94, het negatief exploitatieresultaat van 19,5 miljoen frank naar 104 miljoen frank. De aandeelhouders van Cora kregen in ’93 nog een nettorendement van 4,8 %, in ’94 nog slechts 3,3 % of nauwelijks een derde van het sectorgemiddelde. De interne strijd in de Belgische tak van Louis Delhaize, waar Pierre Delhaize begin vorig jaar aan de deur is gezet na een machtsgreep door Jean-Marie Hendrickx in naam van de Franse aandeelhouder Bouriez, laat dus zijn sporen na.

Bij de GIB Group zit men ook nog in het moeras. Vergelijkingen op jaarbasis van de financiële gegevens worden wel steeds moelijker omwille van de permanente herschikkingen en filialisering. Zo was er in ’93 de creatie van New Gib (waaronder de Brico-, Inno- en GB-Unic-activiteiten ressorteerden) en in februari ’94 de opsplitsing van New Gib in GB-Unic (waaruit Inno verzelfstandigd werd) en Brico Belgium. “En nu volgt een verschuiving van de afsluitdatum van het boekjaar van 31 maart ’96 naar eind januari ’97. Dit bevordert de doorzichtigheid niet,” zucht Chris Opdebeeck. Hoe dan ook, het resultaat van de GIB Group blijft ondermaats. De geconsolideerde omzet (zonder BTW) daalde van 232 miljard in ’94 naar 227 miljard in ’95, het nettoresultaat (aandeel van de groep) was voor 4,3 miljard frank negatief in ’94, de cash-flow per GIB-aandeel daalde van 234 frank in ’94 naar 139 frank in ’95. Bij GB-Maxi & Super lijkt de neerwaartse beweging van het marktaandeel in ’95 wel tot stilstand gebracht, maar of daar nu ook een stijgende beweging op zal volgen valt nog af te wachten. De opening van hypermarkt Bigg’s in Waterloo eind ’94 blijkt voor GIB wél een hit en goed voor een omzet (inclusief BTW) in het eerste volledige boekjaar ’95 van bijna 4 miljard frank. Vorige maand opende een tweede Bigg’s de deuren in Kuringen. Sinds november ’95 heeft het Franse Promodès een participatie van 20 % in Bigg’s. Dat dit een voorbode is van, op termijn, een verdere verfransing van GIB of onderdelen van GIB valt niet uit te sluiten.

De internationalisering van de distributie in België zet zich door. Buitenlandse distributeurs krijgen hier bij ons een voet aan de grond (Vendex, Intermarché, Promodès). Maar onze distributeurs zoeken ook expansie in het buitenland. GB startte eind ’91 in Polen, waar de Globi-keten nu al twaalf vestigingen telt. Delhaize kocht in ’94 een meerderheidsparticipatie in de Noord-Franse keten PG, en was al langer actief in de VS ( Food Lion, sinds ’74), Tsjechië ( Delvita, sinds ’91) en Griekenland ( Alpha-Beta Vassipoulos, sinds ’92). Colruyt deed de meest recente “aankopen” : in november ’95 verwierf het een participatie van 40 % in de Portugese inkoopcentrale Modis, in februari ’96 nam het de Franse keten Ripotot volledig over. Wie volgt ?

CATHY BUYCK RAF PAUWELS

CHRIS OPDEBEECK (IMD) Er zijn ook lichtpunten. De totale detailhandelsomzet is na een dip in ’93 terug gestegen in 1994. En het nettorendement op eigen vermogen is voor de sector in z’n geheel verbeterd.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content