Een symbool van vlees en bloed
Een leider kan van zichzelf denken dat hij de beste is en dat wat hij doet altijd perfect is, gewoon omdat hij nu eenmaal de leider is. Zo iemand duldt geen tegenspraak, want dat zou zijn positie als leider aantasten. Maar wie zo redeneert, geeft geen blijk van echt leiderschap. Wat betekent het eigenlijk “de beste te zijn”? Het belangrijkste is de perceptie. Men hoeft dus niet de beste te zijn om de beste te zijn. Gelukkig maar voor u en voor mij.
Wat van de leider wel wordt verwacht – en men ook mag verwachten – is dat hij op een hartverwarmende manier streeft naar perfectie. Niet omwille van zichzelf, maar omwille van de mensen die hem willen zien als leider. Doordat ze hem als hun leider beschouwen, stellen ze hem een vraag. Streven naar perfectie is zijn antwoord. Rekening houden met zijn beperktheid hoort daarbij. De leden van een groep weten dat de leider een mens is, “een van de onzen”, maar ze verwachten ergens wel dat hij perfect is, een figuur larger than life, een supermens. Een leider is een mens en een symbool tegelijk. Leiderschap brengt die twee componenten samen tot iets heel nieuws. Het begrijpen daarvan is een levenswerk.
Mensen willen dat de leider in hun perceptie de beste is, een rolmodel, een figuur die vertrouwen wekt. Dat symbolische leiderschap kan heel veelzijdig zijn: een ouderfiguur, een leraar op school, een aanvoerder van een jeugdbende of een bedrijfsleider. Een popidool kan een leider van emoties zijn en bij optredens ook een leider van het publiek. Het beeld dat hij de beste is, maakt deel uit van het brede beeld van de leider.
Het is oké dat een leider toestaat dat zijn mensen hem zien als de beste, en dat ze die perceptie behouden en cultiveren. Het beantwoordt aan een diepere behoefte. Mensen leven niet van brood en poëzie alleen, maar ook van leiderschap. In essentie hangen die drie elementen samen. Een leider is heel grootmoedig door met zijn leiderschap daaraan tegemoet te komen. Het is voor iedereen van het grootste belang dat hij altijd voor ogen houdt dat het draait om wat leeft binnen in mensen, zelfs los van zijn persoon. Maar hij moet proberen te vermijden dat hij zich daarmee opblaast, want dan is hij niet meer de leider maar de stropop van een stuurloze massa. We zien daar jammer genoeg heel wat voorbeelden van.
Een leider geeft veel gratis en krijgt veel gratis. De combinatie van vlees en bloed en symboliek is zelfs heel aantrekkelijk. Het betekent ook dat de leider nog reserves heeft bij zichzelf. Zijn ster vliegt misschien vanzelf vooruit. Zijn leiderschap groeit echter alleen vanuit zijn persoon. Hij moet daarvoor zijn totaliteit aanspreken. Zijn charisma of zijn spreken komt vanuit zichzelf… of het komt niet. Leider is men niet zozeer, men wordt het steeds meer. Het is organisch. Stilstaan is niet alleen achteruitgaan, het is doodgaan… als leider.
Men ziet dat laatste fenomeen ook weleens opduiken in de pers. Eerst wordt iemand opgehemeld, dan afgebroken. Dat weerspiegelt een steeds terugkerend patroon, maar dan op een goedkope manier. Eerst wordt een mogelijke leidersfiguur opgehemeld. Dan wordt hij getest. Als hij niet voldoet, wordt hij opgeruimd, om plaats te maken voor een volgende. Dat kan flink pijn doen, maar er zit ook een kans in. Pijn kan de aanzet geven tot groei. Voor wie de les – en zelfs de diepe bedoeling – daarvan tijdig inziet, hoeft de dip op zijn weg niet groot te zijn. Het is deel van het natuurlijke spel.
Het is interessant klaar te zijn voor leiderschap. Het is even interessant zich tijdens het parcours goed te laten begeleiden, in goede en in kwade dagen. Het is mooi als men later van iemand kan zeggen: hij kwam, hij viel, hij stond weer op en werd de beste.
De auteur is arts, master in cognitieve wetenschappen en A.I., doctorandus in medische wetenschappen
JEAN-LUC MOMMAERTS
Een leider is een mens en een symbool tegelijk. Leiderschap brengt die twee componenten samen tot iets heel nieuws.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier