EEN BERG VAN RUBBER

Vlaanderen kreunt onder een berg van meer dan 75.000 ton vaak illegaal gestort rubberafval. De meeste storters zijn failliet. Draait de overheid op voor de kosten ?

Het failliete autobandenbedrijf Montulet in het Zuid-Limburgse Sint-Truiden laat 20.000 ton autobanden na. Iets verderop, in Genk, tekent de firma Vangeneugden voor een kleine 15.000 ton. En het ook al failliete BRC ( Belgian Recycling Company) liet, in Antwerpen, Willebroek en Zeebrugge 40.000 ton rubberafval achter. Er is nog meer : in Vlaanderen liggen, verspreid over een twintig bedrijfjes, nog enkele duizenden tonnen, al dan niet illegaal gestort, rubberafval. In zowat 85 % is de eigenaar van de stortplaatsen bovendien failliet of spoorloos. In het Antwerpse Meerhout ligt zowat de grootste illegaal gedeponeerde hoop rubber. Alleen : over “die partij” maakt Ovam ( Openbare Afvalstoffenmaatschappij van het Vlaamse Gewest) zich nog het minst van al zorgen. De Duitse overheid heeft namelijk erkend dat het rubberafval vanuit Duitsland naar Meerhout is getransporteerd. De Duitsers zullen dan ook instaan voor de sanering van het terrein én de verwerking van de rubber.

Erger is het gesteld met de andere dossiers. En met de prijskaartjes die aan de sanering van de sites hangen. Het opruimen van het Truidense Montulet-terrein zou op 100 miljoen frank komen ; het verwijderen van de banden van de Genkse Vandegeneugden-site op 20 miljoen.

Ovam beschikt dit jaar over 1,4 miljard frank, waaruit het, na goedkeuring door de Vlaamse regering, kan putten om dergelijke blackpoints te saneren. De sites van Montulet, Vangeneugden en BRC moéten eerst en vooral proper worden ; zo wil het de openbare afvalstoffenmaatschappij die voor de sanering zopas een offerte-aanvraag publiceerde.

Ovam zoekt ondernemingen die willen/kunnen instaan voor de sanering en verwerking van enerzijds 35.000 ton rubberafval afkomstig van de Limburgse bedrijven Montulet en Vangeneugden ; anderzijds van 40.000 ton van BRC. Kandidaten krijgen 500 dagen om de boel naar behoren te kuisen. Toch legt Ovam strenge voorwaarden op. Zo moet de verwerking en of vernietiging gebeuren binnen de EU, en niet, zoals eerder gebeurde, ergens in een Baltische staat waar controle amper mogelijk is. Ovam hoopt ook dat geïnteresseerde bedrijven uitpakken met nieuwe verwerkingsideeën momenteel wordt rubberafval grotendeels gebruikt als brandstof voor cementbedrijven.

Deze twee dossiers betreffen ambtshalve verwijderingen van rubberafval. Ovam betaalt de rekening en kan de sommen later terugvorderen van de bedrijven. Ook al wordt dat “echt moeilijk” bij bedrijven die failliet zijn. Of waarvan de bedrijfsleider niet te vinden is.

RUBBERAFVAL Failliete bedrijven, spoorloze eigenaars,… Hoe moet Ovam de gemaakte kosten dan terugvorderen ?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content