Design op de kamer

Boutique- of designhotels veroveren het hart en de portemonnee van de zakenreiziger.

De voorbije jaren zijn twee niches in het hotelwezen tot volle ontwikkeling gekomen: enerzijds de zogenaamde luchthavenhotels – die zich profileren als de nieuwe conferentiecentra – en anderzijds de boutique– (niet te verwarren met boetiek-) of designhotels.

Een boutique- of designhotel wil een eigentijds baken vormen in een sector waar schaalvergroting en uniformiteit sleutelbegrippen zijn. Het klassieke hotelwezen gaat ervan uit dat de gast zich onmiddellijk thuis moet voelen. Hoe kan dat? Door hem of haar overal ter wereld – van Oslo tot Kaapstad – hetzelfde niveau van service te garanderen maar ook bijna dezelfde inrichting. Dat creëert een thuisgevoel.

Een boutique- of designhotel gaat daar helemaal tegenin. Neem een klein hotel, laat daar architecten en designers op los en verras de gast. Het verrassingseffect mag echter niet ten koste gaan van alles, want zo’n boutique- of designhotel moet een hoog luxe- en comfortniveau bieden. Vandaar dat deze etablissementen zich in de hogere prijsklassen situeren.

Dit soort hotels heeft geen vader, wel twee moeders: Christina Ong, die in Azië de scepter zwaait over een mode-imperium, en Grace LeoAndrieu, dochter van een hoteliersfamilie uit Singapore. Leo Andrieu zette in 1990 het eerste designhotel in Parijs neer: het Montalembert op de linkeroever van de Seine. Ong opende een jaar later het Halkin in Londen. Het Montalembert werd ontworpen door Christian Liaigre en vormt een onnavolgbare mix van art deco, Bauhaus en Louis-Philippe. De 56 kamers zien er vanzelfsprekend allemaal verschillend uit.

Grote ketens probeerden vanaf midden jaren negentig het designconcept te recupereren. Zij haalden toppers uit de wereld van styling, design en architectuur binnen om de successen van de boutiquehotels te evenaren. Niet altijd met overtuigende resultaten, want hier botsen twee totaal tegengestelde concepten: een min of meer gestandaardiseerd product afleveren voor een homogene groep klanten en een origineel onderkomen bezorgen aan dikwijls zeer eigenzinnige (zaken)reizigers.

Wat wél lijkt aan te slaan, zijn miniketens van designhotels. De Britse Malmaisons van Ken McCulloch zijn daarvan een voorbeeld. McCulloch ging scheep met designer Amanda Rosa en die vertimmerde oude pak- en herenhuizen in Glasgow, Edinburgh, Manchester of Newcastle. Zo slaat deze niche opnieuw een brug met de traditionele hotellerie, want in elk van de Malmaison-vestigingen moet de reiziger weer dat gevoel krijgen een stukje thuis te zijn.

Marleen Fynhoudt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content