De ene zijn dood is de andere zijn brood. Parijs vloekt, Laakdal juicht
Binnenkort vertrekt jaarlijks voor 30 miljard sportkledij vanuit Laakdal naar alle uithoeken van Europa. Daardoor verliezen meer dan 200 Parijzenaars hun job. De schuldige ? De Europese eenmaking.
Locatie : Saint-Ouen-l’Aumône.
Vakbondsverantwoordelijke Daniel Bousson van de CGT (Confédération Générale du Travail) staat mistroostig te kijken naar het sjieke gebouw van de producent van sportkledij en -schoenen Nike in Saint-Ouen-l’Aumône nabij Parijs : “Muren tellen voor een onderneming niet meer, ze vertrekken toch, alsof het om een kruidenierszaak ging. ” Nike, die binnenkort zijn jaarresultaten bekendmaakt, besliste om zijn entrepôt in Saint-Ouen-l’Aumône op te doeken, enkel het commerciële team blijft. In de plaats daarvan zal Nike zijn distributie-aktiviteiten koncentreren in het Belgische Laakdal dat op termijn heel Europa moet bedienen.
Volgens een Franse sportkrant zouden zo 244 jobs “gedelokalizeerd” worden naar België. De plaatselijke Nike-woordvoerder wil enkel kwijt dat de Parijse vestiging 248 werknemers telt.
Bousson droomt van de tijden toen hij in de rode gordel rond Parijs werkte, de industrie ontstaan vlak na WO II. “Daar heb je nog klassieke fabriekspoorten waar arbeiders om 5 uur ‘s namiddags met termosfles en broodzak buitengaan, en dus gemakkelijk te benaderen zijn. ” Nike heeft echter een toegangsweg met slagbomen en een bewaker die in een portiershuisje op televisieschermen kijkt. De werknemers, die blijkbaar van flexibele werktijden genieten, rijden tussen 4 en 8 uur ‘s avonds haastig naar buiten, veinzend dat ze ons teken om te stoppen niet zien. De enkelen die toch kommentaar kwijt willen, spreken van bruits de couloir over een sluiting en onderhandelingen met personeelsvertegenwoordigers. “Iedereen krijgt het voorstel om in Laakdal te gaan werken, ” spot iemand, “maar de direktie doet zo’n voorstel alleen omdat ze weet wat een magazijnier als ik daarop zal antwoorden. Naar het buitenland gaan, dat doen alleen kaderleden. “
INMIDDELS IN LAAKDAL
doet direkteur Karel Lauwers moeite om zijn fierheid te verbergen ? Toch boffen dat Nike deze plek koos, terwijl Nederland, waar het Europese hoofdkwartier gevestigd is, voor de hand lag. “Door het mooie weer zag dit terrein er prachtig uit toen de grote bazen in februari ’93 kwamen kijken, ” vertelt Lauwers. “Zoiets speelt ook mee. ” Laakdal heeft uitstekende aansluitingen op de Europese autowegen, met het Albertkanaal vlakbij en een spoorweg wat verderop “tegen dat het autoverkeer dicht zit”. Een goede verstandhouding met de Vlaamse ambtenaren en de steun van het IOK (Intercommmunale Ontwikkelingsmaatschappij der Kempen) deden de rest, zodat Lauwers, op dat moment baas van Nike Belgium, de 25 werknemers in het toenmalige Nike-entrepôt van Arendonk een nieuwe toekomst kon bieden.
Het distributiecentrum van Laakdal is immens en futuristisch. Mensen tikken gegevens in op handcomputers, vreemdsoortige, geluidloze kranen nemen pakken uit torenhoge rekken. “Wanneer we in juni ’96 op volle toeren draaien, ” zegt Lauwers, “zal dit centrum 5 miljard gekost hebben, 450 mensen tewerkstellen en jaarlijks 30 miljard aan handelswaarde verzenden. “
WAAROM DIT CENTRUM ?
“Toen Nike tegen het begin van dit decennium alle onafhankelijke verdelers in Europa overgenomen had, harmonizeerde het eerst de marketingpolitiek, ” antwoordt Lauwers. “In het ene land een positionering als sportschoen, in het andere als vrijetijdsschoen, dat kon niet langer. In de distributie was de nood nog dringender. Eind ’91 hadden we weet van 32 entrepôts in Europa, vermoedelijk waren het er meer. Ieder land had een eigen voorraadbeheer. Was er ergens een tekort aan een bepaalde schoen, dan was er elders een overschot. Dat kostte een bom geld in termen van gemiste verkopen en verouderde produkten. “
Niet alleen één grote Europese opslagplaats zou Nike bevrijden van de kopzorgen, ook het uitbesteden van de distributie. “Per land sloten we een kontrakt met een transporteur die een eigen depôt of hub gebruikt voor de verdere verdeling, ” Lauwers. “80 % van de leveringen krijgen we zo binnen de 24 uur ter plekke. “
Als outsourcing kan dat tellen, meent KUL-professor Herman Daems : “Steeds meer bedrijven stoten aktiviteiten met lage toegevoegde waarde af, ook al omdat ze de deskundigheid niet altijd hebben. “
Daar hebben ze in Saint-Ouen-l’Aumône geen boodschap aan. “Je zult die Europese koncentratie in de distributie niet kunnen tegenhouden, ook niet in de produktie, ” besluit Daems. “We zien nu dat de eenheidsmarkt, die we altijd gewild hebben, begint te werken. Sommigen winnen daarbij, anderen verliezen. “
JVG
DANIEL BOUSSON (CGT) BIJ FRANSE NIKE-VESTIGING “Muren tellen voor een onderneming niet meer. “
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier