DE ANDERE TELEBOETIEK

In de Limburgse regio bouwt Luk Lowette een alternatief circuit uit van “Teleboetieks” – los van Belgacom. Een ongewoon concept.

Geboren en getogen Haspengouwenaar Luk Lowette (48 j.) moest enkele weken geleden zijn skireis onderbreken om de prijs “Zelfstandig Ondernemer van het Jaar” van het Liberaal Verbond voor Zelfstandigen ( LVZ) in ontvangst te nemen. “Ik vernam dat mijn participatief management één van de criteria was waarom de jury mij verkoos,” glimlacht de zaakvoerder van het Beringse telecombedrijf Essec.

Dat blijkt te kloppen. Eind 1996 slaagde Luk Lowette erin om, samen met zeven van zijn medewerkers, het Nederlandse beursgenoteerde elektronicabedrijf Neways – toen goed voor 50% van de aandelen – uit te kopen. Op slag werd Essec, dat nu 46 werknemers telt en vorig jaar 295 miljoen frank omzet draaide, opnieuw zelfstandig én opnieuw een beetje familialer. Lowette: “Die uitkoop was eigenlijk een soort management buy-out ( MBO), en noodzakelijk. De samenwerking met Neways had niet de nodige synergie opgeleverd.”

Essec is voorbestemd om klein en flexibel te blijven in een markt die beheerst wordt door grote spelers. En dit al van in 1977, toen Luk Lowette zich samen met zijn broer Stan op de niche van de personenzoeksystemen of interne “beepers” stortte. Zelfs nu nog hebben bedrijven zoals Ford Genk 300 tot 400 van die toestelletjes in gebruik. Maar het is een marktsegment dat vandaag zo goed als gesatureerd is. Essec diende in 1987 noodgedwongen over te stappen naar de bredere telefoniemarkt. Dit gebeurde niet zonder moeite. “We hebben hard moeten vechten om, naast grote jongens als Belgacom, het A-statuut voor de plaatsing en het onderhoud van telefoonapparatuur te verkrijgen,” herinnert Luk Lowette zich.

Toch wist Essec zich in de Limburgse regio een vrij unieke marktpositie te verwerven. Het bedrijf heeft er een netwerk van zeven winkels uitgebouwd, die net zoals de Teleboetieks van Belgacom allerlei telefoonproducten of -diensten aan de man brengen. “We zijn hierbij zowel klant als concurrent van de nationale telefoonoperator,” aldus Lowette. Want sinds 1 februari kan de klant nu ook in de Essec-winkels zijn telefoonaansluiting aanvragen.

Het lijkt een interessante marktevolutie. “Belgacom is op zoek naar alternatieve afzetkanalen om zijn producten aan de man te brengen,” weet Lowette. Zelf heeft hij slechts weet van één concurrent die net zoals hij een keten van telecomshops uitbaat: ARC, in het Antwerpse. Zegt hij: “Maar dit is een franchiseconcept.” Expansie buiten de regio ziet de Limburgse ondernemer wel zitten. “We moeten wel,” voegt hij eraan toe. “De verkoop van telecomapparatuur is geen markt met hoge winstmarges. Schaalgrootte is onontbeerlijk.”

Op de vraag of de liberalisering van de telecommarkt Essec nieuwe perspectieven kan bieden, houdt Luk Lowette het antwoord voorlopig in beraad. “We hebben nu een exclusief contract met Belgacom,” zegt hij. “Als straks Telenet in Limburg operationeel wordt, kan ik dus niet zomaar diensten van deze operator gaan aanbieden. Dan zal de zaak misschien opnieuw moeten worden bekeken.”