‘Binnenkort maken we ons meer zorgen over de Verenigde Staten’

Patrick Claerhout
Patrick Claerhout redacteur bij Trends

De eurocrisis blijft erin hakken, tot afschuw van veel banken in de eurozone. Toch weigert KBC-bestuursvoorzitter Thomas Leysen zich bij de doemdenkers over Europa te scharen. “Mijn buikgevoel zegt me dat we ons over achttien maanden meer zorgen zullen maken over de Verenigde Staten en de dollar.”

Vier mandaten als voorzitter van de raad van bestuur heeft Thomas Leysen (KBC, Umicore, Corelio en De Vijver), maar zonder aarzelen noemt hij dat bij KBC Groep als het meest uitdagende, meest tijdrovende en meest kritische. “Als CEO van Umicore heb ik gewerkt aan de groei en de transformatie van een bedrijf. Dat proces was maar mogelijk dankzij de steun van een aantal banken, waaronder KBC. Ik heb aan den lijve ondervonden hoe belangrijk een bank voor de economie kan zijn, zeker met een beslissingscentrum in eigen land.”

Bijna een jaar zit Leysen het bestuur van KBC voor. “Als industrieel heb ik veel moeten leren over hoe banken en verzekeraars in elkaar zitten en functioneren”, geeft hij toe. In dat jaar zette KBC onverdroten zijn door Europa opgelegde desinvesteringsprogramma voort. Doel: de balans en de risicoactiva afbouwen, en voldoende middelen verzamelen om de overheidssteun aan België en Vlaanderen terug te betalen. KBC kreeg ook een nieuw management, onder leiding van de 47-jarige Johan Thijs.

THOMAS LEYSEN: “We moeten nederig blijven. Er blijft nog altijd een deel van het verleden over dat we moeten opruimen. We doen dat stap voor stap, terwijl we opnieuw focussen op ons basismodel van een geïntegreerde bank-verzekeraar. Eigenlijk staan we al vrij ver in dat proces. Er resten nog een aantal obstakels: het afwerken van het desinvesteringsprogramma, de afbouw van onze CDO’s, de aanhoudende turbulentie op de financiële markten en de ongunstige context in landen zoals Ierland en Hongarije. Maar ik denk dat we het kantelmoment gepasseerd zijn. Toen ik een jaar geleden begon, spendeerden het directiecomité en de raad van bestuur tot 80 procent van hun tijd aan de emanaties uit het verleden. Nu is dat maar 20 tot 30 procent meer. We kunnen ons steeds meer richten op de toekomst en het uitbouwen van onze sterktes.”

Terug naar de historische kern, is uw boodschap. Maar is dat een voldoende rendabele activiteit?

LEYSEN. “Jazeker, dat hebben de cijfers bewezen. Ondanks de vele desinvesteringen en de afbouw van onze internationale zakenbankactiviteiten is de onderliggende winst sterk gebleven. Analisten en waarnemers erkennen de sterkte van ons businessmodel. KBC bezit een heel gezonde kernactiviteit als bank-verzekeraar, en daar willen we ons op concentreren. Die strategie moet de klantenbinding versterken en een extra commerciële dynamiek genereren.”

Wat verwacht de raad van bestuur van het nieuwe management?

LEYSEN. “Dat ze de standaard zet van wat een uitstekende bank-verzekeraar in de 21ste eeuw is. KBC wil uitgroeien tot een referentie op zijn kernmarkten. De beste zijn? Ja, zo kunt u het verwoorden. Ik zou zeggen: het potentieel ten volle waarmaken. In Centraal-Europa bijvoorbeeld hebben we moderne bank-verzekeraars gemaakt van enkele maatschappijen die uit het communistische tijdperk stammen. Daar is ruimte om onze marktpositie te verstevigen. In het begin deed iedereen nogal meewarig over die kleine Belgen met hun bancassurance, maar zowel in Tsjechië als in Hongarije zijn we aan het bewijzen dat het werkt.”

België blijft de belangrijkste markt voor KBC. Kunt u hier als bank-verzekeraar nog fors groeien?

LEYSEN. “Spectaculaire groei op een mature markt is niet mogelijk. Maar als enige internationale bankgroep met een hoofdzetel in dit land moeten we een belangrijke rol spelen. Onze positionering is uniek: we zijn bank, verzekeraar en vermogensbeheerder. De combinatie van die drie metiers biedt ons een competitief voordeel.”

In 2008 waren verscheidene banken ‘ too big to fail‘. Volgens onze premier vormen enkele Belgische banken door hun omvang nog altijd een bedreiging.

LEYSEN. “Door hogere kapitaaleisen op te leggen en het toezicht te verbeteren, doen de overheid en de regelgevers er alles aan om te vermijden dat banken failliet gaan. Maar een financieel systeem met alleen maar kleine bankjes die geen systemisch karakter hebben, is niet realistisch. Dat zou enorm inefficiënt zijn. Onze economie heeft behoefte aan banken van een zekere omvang. Wat niet betekent dat groter altijd beter is.”

Wat vindt u van het voorstel om retail- en zakenbanken te splitsen?

LEYSEN. “Een splitsing is niet zaligmakend. Het is zeker niet de sleutel om alle problemen op te lossen. We hebben in 2008 gezien dat zowel pure zakenbanken als pure retailbanken onderuit zijn gegaan, en dat ook pure zakenbanken zoals Lehman een systemisch karakter hadden. Ik vind een Belgisch wetgevend initiatief weinig opportuun, omdat je dan snel verzandt in discussies over waar je precies de grens trekt. Veel banken hebben trouwens zelf al een keuze gemaakt.

“Wat KBC betreft, wij geloven niet in het model van de universele bank, we kiezen resoluut voor de retailbank-verzekeraar. Er zijn nog een beperkt aantal zakenbankactiviteiten, maar dan enkel om middelgrote en grote ondernemingen op onze thuismarkten van dienst te zijn. Heel de activiteit van de structured finance, met kantoren in New York en Londen, is afgebouwd. KBC heeft nog een marktenzaal, en we doen daar ook nog wat trading voor eigen rekening, maar dat is op een beperkte schaal.”

De Nationale Bank van België geeft de voorkeur aan hogere kapitaaleisen voor systeemrelevante instellingen boven een opgelegde splitsing. Volstaat dat als maatregel?

LEYSEN. “Onderschat de impact van de nieuwe regelgeving niet. Strengere kapitaaleisen hebben wel degelijk een reële impact. Observatoren beweren vaak dat er niets is veranderd in de financiële sector. Ik kan u verzekeren dat er in dit huis de voorbije drie tot vier jaar heel fundamentele zaken veranderd zijn. Enerzijds door de lessen die we zelf hebben getrokken, anderzijds door de verstrengde regelgeving.”

Vindt u dat banken te veel worden gereglementeerd?

LEYSEN. “Toen ik mijn functie bij KBC opnam, was het enorme gewicht van de toezichthouder en de regelgeving op het dagelijkse beleid voor mij als industrieel de grootste verrassing. Na wat er in 2008 en 2009 wereldwijd is gebeurd, heb ik alle begrip voor de toevloed aan nieuwe regulering. Maar op een gegeven moment moeten we de vraag durven te stellen of alle regels wel even doeltreffend zijn. Soms ben ik verbaasd over hoe detaillistisch het allemaal is en over de administratieve processen die erbij komen kijken.”

U maakt zich sterk dat KBC de overheidssteun kan terugbetalen en toch voldoende sterke kapitaalbuffers kan aanhouden. Een kapitaalverhoging, waarop werd gespeculeerd, komt er niet?

LEYSEN. “We hebben in onze kwartaalrapportering aangegeven hoe we aan de Basel III-eisen zullen voldoen nadat we een eerste deel van 4,6 miljard euro aan steun hebben terugbetaald. Voor de resterende 2,4 miljard hebben we meer tijd. Een kapitaalverhoging is momenteel dus niet aan de orde. Maar helemaal uitsluiten kan je het niet. De marktomstandigheden kunnen wijzigen, of we zouden misschien een kans kunnen zien om via een kapitaalverhoging de overheidssteun versneld terug te betalen. Dat kan altijd.”

Zitten uw aandeelhouders niet in de eerste plaats te wachten op een dividend?

LEYSEN. “Ik wil me nog niet uitspreken over het dividendbeleid van de komende jaren. Maar we zullen alleszins een voorzichtige politiek voeren. Op termijn – en dat kan op relatief korte termijn zijn – moet het natuurlijk de bedoeling zijn een dividenduitkering te hernemen. Misschien kan dat al vanaf volgend jaar. Maar zoiets kan je pas beoordelen als je het resultaat van het volledige boekjaar kent.”

De coöperatie Cera, die in KBC participeert via de tussenholding KBC Ancora, zit op een forse schuldenpositie en zou daarmee gebaat zijn. Houdt u als voorzitter rekening met de besognes van een specifieke aandeelhouder?

LEYSEN. “Het is de taak van een voorzitter rekening te houden met de belangen van alle stakeholders. KBC heeft het voordeel over referentieaandeelhouders te beschikken die op lange termijn denken en die zich op moeilijke momenten als één blok achter de instelling hebben geschaard. Dus is het logisch dat je aandacht hebt voor hun belangen. Cera ziet het als zijn kerntaak als verankeraar van KBC op te treden en voor ons is dat een geweldige troef. Maar iedereen beseft dat het tijd zal vergen om de schuldgraad van Cera naar beneden te krijgen.”

Tien jaar geleden streefden veel banken een Europese schaal na, nu hebben de meeste zich teruggeplooid op hun thuisland. Wat brengt de toekomst?

LEYSEN. “De voorbije jaren hebben aangetoond dat schaal niet de cruciale factor was. Maar het is als retailbank wel nodig een belangrijke speler op je kernmarkten te zijn. Kijk naar het succes van Banco Santander, dat sterk staat in bepaalde landen, maar zeker niet aanwezig is in alle grote landen van de eurozone. Eigenlijk is dat ook de strategie van KBC: de markten goed uitkiezen, en ter plaatse het verschil maken en een rol van betekenis spelen.”

Hongarije lijkt niet zo’n geslaagde keuze.

LEYSEN. “Als je zoals KBC aanwezig bent in een vijftal kernlanden, zal er altijd wel eentje tussen zitten waar het op een gegeven moment wat minder gaat. Hongarije heeft op dit moment moeilijkheden, maar Tsjechië en Slowakije hebben de voorbije jaren goed gepresteerd. In Tsjechië staat de economie nu wel iets meer onder druk. Zo gaat dat. Een goede mix van landen is een vorm van risicospreiding.”

Hoe evalueert u de houding van de ECB? Eerst besliste de centrale bank de banken de kans te geven zich goedkoop te herfinancieren, maar zonet heeft ze beslist opnieuw papier van noodlijdende landen op te kopen.

LEYSEN. “De ECB heeft in de voorbije twaalf maanden wijze beslissingen genomen in een heel moeilijke omgeving. Als we naar een Europese bankenunie evolueren, wat ik van harte toejuich, zal de rol van de ECB alleen maar belangrijker worden. Ik vind ook dat Europa de voorbije twee jaar ingrijpende maatregelen heeft genomen. Het beslissingsproces was niet altijd mooi om naar te kijken, maar ten gronde is er heel wat gebeurd.

“Ik behoor niet tot de doemdenkers over Europa. Ik denk dat we ons over achttien maanden meer zorgen zullen maken over de monetaire en financiële situatie van de Verenigde Staten en over de dollar.”

Waarom denkt u dat?

LEYSEN. “Omdat de budgettaire problemen van de Verenigde Staten nog helemaal niet zijn aangepakt, en er geen politieke consensus bestaat over hoe dat het beste gebeurt. Integendeel, er is een polarisatie die riskeert uit te monden in een complete blokkering. Intussen gaat de schuldopbouw in de Verenigde Staten al een hele tijd door. Op een bepaald moment bots je tegen de limieten. De Amerikanen hebben tot nu toe hun problemen opgelost door geld bij te drukken, maar de vraag is of dat de goede weg is.”

Als VBO-voorzitter sprak u ooit de gevleugelde woorden: ‘Als er niets verandert, dreigen we het Griekenland aan de Noordzee te worden’. Hoe sterk staat België vandaag?

LEYSEN. “Een stuk sterker dan een jaar geleden. Toen waren we een kandidaat-PIIGS-land. Het heeft weinig gescheeld of mijn doembeeld was uitgekomen. We stonden op enkele centimeters van het ravijn en hebben net op tijd een bocht genomen. In korte tijd zijn we erin geslaagd weer aan te sluiten bij de kopgroep in Europa, en dat is een prestatie. Maar we kunnen zeker niet op beide oren slapen. Er moet nog heel wat gebeuren – budgettair en inzake structurele hervormingen.”

KBC heeft vorig jaar veel Belgisch overheidspapier gekocht. Bijna de helft van uw obligatieportefeuille is geïnvesteerd in de nv België. Voelt u zich daar comfortabel bij?

LEYSEN. “Ik voel me er oké bij. Maar mocht u me die vraag een jaar geleden hebben gesteld, dan zou mijn reactie wellicht anders zijn geweest. Er was toen toch wat onrust rond deze tafel.”

Bent u optimistisch dat de noodzakelijke veranderingen in België er komen?

LEYSEN. “Veel mensen, ook in de ondernemerswereld, zien alleen het negatieve. Ik bekijk de zaken genuanceerder. Als we onze welvaart op peil willen houden, moet nog heel wat gebeuren. Maar ik geloof in onze fundamentele sterktes. Ik erger me aan het permanente geklaag. Wie de zaken positief bekijkt, wordt als een naïeve dromer weggezet. Dat is een verkeerde instelling. Zo bouw je niets op en creëer je geen welstand.”

PATRICK CLAERHOUT

“Een kapitaalverhoging is momenteel niet aan de orde. Maar helemaal uitsluiten kan je het niet”

“Wij geloven niet in het model van de universele bank, we kiezen resoluut voor de retailbank-verzekeraar”

“België stond op enkele centimeters van het ravijn en we hebben net op tijd een bocht genomen. Maar we kunnen zeker niet op beide oren slapen”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content