We moeten kleiner en goedkoper bouwen

© belga

Het staat in de sterren geschreven: we zullen compacter en goedkoper moeten bouwen. In een hoger tempo ook. En niet zomaar overal.

In een recent rapport zet de Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) de demografische uitdagingen voor onze woningmarkt op scherp. Op basis van de bevolkingsprognoses van het Planbureau “en de verder lopende gezinsverdunning” gaat de VCB ervan uit dat er tegen 2020 309.000 gezinnen bij komen. Het blijven voorspellingen, afwijkingen zijn goed mogelijk. Minder economische groei bijvoorbeeld, zet een rem op de gezinsvorming en de immigratiestroom. Maar de analyse dat de demografische ontwikkelingen de al relatief krappe Vlaamse woningmarkt nog meer onder druk zullen zetten, blijft overeind. We zullen dus meer moeten bouwen in Vlaanderen. En wellicht ook anders, want de kwantitatieve uitdaging staat niet los van wijzigende kwalitatieve noden.

1. Grenzen aan suburbia

Bruno Meeus en Pascal De Decker doorgronden in het boek De geest van suburbia het fenomeen van de suburbanisatie in Vlaanderen en het afgeleide woonmodel: de verkavelingswoning met tuin en garage, op veilige maar niet zo grote afstand van de stad. “Hoe je het ook draait of keert, in de stad is het drukker, er is minder ruimte en meer overlast. Bovendien zijn de woningprijzen gestegen. Als je dan als jong gezin de balans opmaakt, dan is keuze om de stad te verlaten niet zo verwonderlijk”, zegt De Decker. Maar die keuze heeft op maatschappelijk niveau wel ongewenste effecten. Zo neemt het suburbane wonen veel (open) ruimte in beslag, heeft het een hoge publieke kostprijs (nuts- en andere voorzieningen) en draagt het in belangrijke mate bij aan de mobiliteitsproblemen. Volgens Meeus en De Decker botst suburbia dan ook op zijn grenzen. De voorspelde bevolkings- en gezinstoename daar opvangen, zou de bovenvermelde neveneffecten alleen maar versterken.

2. Slimmer (ver)bouwen en soms afbreken

Onze nieuwbouw moet energiezuiniger. Dat heeft de Vlaamse regering beslist. In 2021 moeten nieuwbouwwoningen een E30-peil halen. Tegenover de doelstellingen voor nieuwbouwwoningen staan voorlopig weinig harde maatregelen voor de bestaande woningen. “Nochtans valt dat daar het meest te winnen”, zegt Joost Callens, CEO van de woningbouwer Durabrik Hij pleit er dan ook voor ook voor bestaande woningen een traject (op lange termijn) met duidelijke energieprestatienormen op te leggen.

3. Kleiner en goedkoper

Volgens data van de federale overheidsdienst Economie is de gemiddelde bewoonbare oppervlakte van een Belgische nieuwbouwwoning in vijftien jaar met bijna 19 procent gedaald, van 129 naar 105 vierkante meter. Vergelijkingen met buurlanden zoals Frankrijk en Nederland, waar de gemiddelde oppervlakte ongeveer 75 vierkante meter zou bedragen, suggereren dat er nog marge is voor nog meer oppervlaktebesparing. Een aantal krachten op de woningmarkt, zoals de hogere grondprijzen, de hogere bouwkosten en de evolutie naar appartementen, stuwen de trend om kleiner te bouwen. Aan de vraagzijde speelt ook de gezinsverdunning in de kaart van kleiner wonen.

4. Delen

Zal de fameuze generatie Y, die nu stilaan de woningmarkt betreedt, wonen anders invullen? Tom Palmaerts, trendwatcher en partner van Trendwolves meent dat elementen van de sharing economy vertaalbaar zijn naar de woningmarkt. “Cohousing refereert daaraan”, zegt hij. “Mensen kiezen niet voor cohousing omdat het goedkoper is. Wel omdat ze dan bijvoorbeeld een grote tuin – een zekere luxe – kunnen hebben en omdat je samen dingen kunt doen. Het is ‘ik’ in de groep. Iedereen heeft zijn eigen plek, en daarnaast zijn er ruimtes die de bewoners delen.”

5. Doorstroming stokt

Van generatie Y naar de babyboomers. Die generatie is door haar numerieke gewicht en kapitaalkracht erg bepalend in de vastgoedmarkt, stelt Lucien Kahane, expert vastgoed en ruimtelijke ontwikkelingen bij IDEA Consult. “Er is lang geopperd dat we in snel tempo rusthuizen en serviceflats bij moesten bouwen, maar komt men toch wat op terug. We zien het fenomeen dat mensen in hun te grote woning blijven wonen nadat de kinderen de deur uit zijn. Met als gevolg dat de natuurlijke doorstroming op de woningmarkt stokt.” (LV)
Het volledige artikel leest u in de vastgoedrubriek van Trends van deze week.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content