Aangepaste regeling voor btw bij opslag in het buitenland
Welke btw-voet moet worden gebruikt als er betaald moet worden voor de opslag van goederen in het buitenland. Is dit de btw-voet van de woonplaats van de klant? Is dit de btw-voet van de woonplaats van de dienstverlener? Of is het de btw-voet van de plaats waar de opslagruimte is gelegen? De btw-administratie heeft de knopen doorgehakt.
Een eerste mogelijkheid is dat de goederen worden opgeslagen op een plaats die exclusief aan de klant ter beschikking wordt gesteld en waartoe hij permanent toegang heeft. In dat geval moet de btw-voet van de plaats waar het onroerend goed is gelegen worden toegepast. Heeft de klant daarentegen geen exclusieve toegang – bijvoorbeeld bij een opslag in een gebouw van een transporteur of in een distributiecentrum waarin ook andere goederen liggen – dan vindt de dienstprestatie in het geval van een bedrijfsklant plaats op de plaats waar de ontvanger zijn economische activiteit heeft. Er zal dan de btw worden aangerekend die geldt op de plaats van de (Belgische) bedrijfsklant. Voor een particulier is dit anders. Hier wordt de prestatie geacht plaats te hebben op de plaats waar de dienstverrichter zijn economische activiteit heeft. Dus geldt hier de btw van de plaats waar de buitenlandse leverancier gevestigd is. Indien de opslag van goederen gepaard gaat met andere (economische) activiteiten die verband houden met de opslag en die worden verricht door de eigenaar van de opslagruimte, dan vallen we eveneens terug op de voorgaande regeling. Het gaat dan immers niet meer om een loutere opslag, maar om een ruimere activiteit. Bij bedrijven wordt de dienst geacht plaats te vinden op de plaats waar de (Belgische) afnemer is gevestigd. Is de afnemer een particulier, dan wordt de dienst gelokaliseerd waar de dienstverrichter gevestigd is. De bijgewerkte regeling geldt voor de opslagdiensten sinds 1 juni 2014. (Belga)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier