2012 was meestal goed jaar voor basismetalen

Met uitzondering van nikkel hebben alle zes basismetalen die noteren op de London Metals Exchange (LME) het jaar hoger afgesloten.

De prijs van een ton nikkel daalde met 6,5 procent. De daling viel volgens Royal Bank of Scotland met name toe te schrijven aan de lagere vraag naar staal en het toegenomen gebruik van het goedkopere nikkelijzer.

De International Nickel Study Group (INSG) verwacht dat het aanbodoverschot in 2013 nog verder zal toenemen. Tin zette de beste prestatie neer met een klim van 22,4 procent.

Tin is het enige basismetaal waarbij de vraag hoger ligt dan het aanbod en dit deficit wordt verwacht dit jaar verder te zullen toenemen.

Er werd de voorbije jaren erg weinig geïnvesteerd in nieuwe productiecapaciteit. Daarbij komt dat Indonesië, de grootste exporteur van tin, regelmatig uitvoerbeperkingen oplegt.

Lood presteerde eveneens erg goed met een prijsstijging van 18,9 procent. Lood profiteert met name van de hoge vraag naar batterijen voor de auto-industrie maar ook voor de sterk groeiende markt van elektrische fietsen.

Daarnaast kent lood volgens Royal Bank of Scotland ook verschillende toepassingen in de consumentenelektronica. Aan de aanbodzijde wordt lood vooral als bijproduct ontgonnen. Het aanbod uit primaire loodmijnen blijft beperkt. Vraag en
aanbod waren in 2012 grotendeels in evenwicht.

Bij zink was er wel een fors aanbodoverschot en dit zal volgens Royal Bank of Scotland ook dit jaar nog zo zijn. Toch werd een ton zink in 2012 nog 12,9 procent duurder.

Bij aluminium bleef de prijsstijging beperkt tot 4,6 procent. Aluminium beschikt over de minst goede vraag- en aanbodfundamenten van het metalencomplex.