Nieuwe wet voor eenpersoonsvennootschappen: ‘Negeer gerust deze overbodige en dure ingreep’

Hans Brockmans
Hans Brockmans redacteur bij Trends

De wet verplicht eenpersoonsvennootschappen dit jaar langs de notaris te gaan en via een statutenwijziging een volwaardige besloten vennootschap te worden. Professor vennootschapsrecht Joeri Vananroye zegt dat de eenpersoonsvennootschappen die wet gerust kunnen negeren bij gebrek aan noemenswaardige sanctie. Het is een overbodige en veel te dure ingreep.

Voor het einde van dit jaar zijn de vennoten van een besloten vennootschap (bv) wettelijk verplicht voor de notaris de statuten aan te passen en zo een volwaardige statuut als bv te krijgen. De voorbije week ontstond over de toepassing van die wet voor eenpersoons-bv’s een interessante discussie op sociale media. Een “lex imperfecta” of onvolmaakte wet, bestempelt professor ondernemingsrecht Joeri Vananroye het artikel in het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV), dat de verplichting in 2020 invoerde. De sanctie op de niet-naleving is immers uiterst zwak. Volgens de professor mag de ‘rationele overtreder’ redeneren dat de regel niet moet worden nageleefd als er toch geen echte sanctie is. “Dat is zeker niet proper, maar is het erg?” meldt hij via LinkedIn.

Grondige hervorming

Het WVV was de start van een grondige hervorming van het vennootschapsrecht. De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid (bvba), de afgeleide éénpersoons- en de starters-bvba  verdwenen en werden vervangen door de bv of besloten vennootschap. Die mag voortaan bestaan uit één vennoot en hoeft geen minimumkapitaal te hebben bij de oprichting.

De WVV vormt alle bvba’s automatisch om tot bv’s. Het bestuur is wel verplicht ervoor te zorgen dat de statuten tegen het einde van dit jaar worden aangepast aan de nieuwe situatie. De wet voorziet in een sanctie als dat niet gebeurt: de bestuurders zijn aansprakelijk voor schade veroorzaakt aan de vennootschap of derden wegens de niet-aanpassing.

Vananroye: “Mijn fantasie schiet te kort om mogelijke schade te bedenken die eenpersoons-bv’s kunnen veroorzaken door die verplichting te negeren. De aandeelhouders komen daar meestal goed overeen, zodat onduidelijke statuten geen problemen vormen. Voor bv’s met meerdere vennoten heeft de aanpassing wel zin, omdat die de mogelijke conflicten over de nieuwe wettelijke situatie later beperkt.”

De verplichting werd ingevoerd om te voorkomen dat er in de statuten bepalingen staan die ingaan tegen nieuw ‘dwingend’ recht, waarvan ze niet mogen afwijken. Dat vindt Vananroye  veel te omslachtig, terwijl de filosofie achter het WVV toch vooral de noodzaak aan een soepel juridisch kader was. “Men wilde de aandeelhouders gelukkiger maken met meer soepele bepalingen”, ironiseert hij. “Moeten die echt tegen hun zin voor het einde van het jaar gelukkig worden gemaakt?”

Vananroye, ook advocaat, zal alvast niet gehaast zijn om de statuten van zijn eigen bv aan te passen. Ook andere eenpersoons-bv’s moeten zich niet haasten, gelooft hij. Hij krijgt in de sociale media daarvoor onder meer de steun van zijn collega, professor vennootschapsrecht Marieke Wyckaert. Het was immers net de bedoeling  dat “een groot deel van de bvba’s na hun oprichting nooit meer met de notaris in aanraking komen”, zegt ze. En: “De bvba is van rechtswege een bv geworden, het kapitaal is van rechtswege omgezet in eigen vermogen. Het is geen drama als ze hun vaak plain vanilla (uiterst gesimplificeerde, nvdr) statuten niet aanpassen.”

Op Twitter wijst professor overheidsmanagement Steven Van de Walle  (KU Leuven Public Governance Instituut) op de economische kostprijs die een statutenwijziging bij de notaris met zich brengt. Hij verwijst naar een dossier, waar een vennootschap 1.290 euro moet betalen om (eenvoudige) statuten te wijzigen. Voor de 400.000 bvba’s leidt dat tot een gemeenschappelijke last van een half miljard euro, los van de tijd die de vennootschap erin steekt. “Vrij nutteloze administratieve kosten”, noemt hij dat.  Voor die prijs kan men het Justitiepaleis van Brussel renoveren én de gerechtelijke achterstand wegwerken, monkelt Simon Deryckere (auteur van Justice in time, Maklu, 2020) op hetzelfde medium. “Politiek = penny wise, pound foolish.” Of hoe de overheid streng bespaart op kleine bedragen, maar het geld elders met miljoenen over de balk smijt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content