Erik Bruyland

Wouter Beke botst tegen grenzen van België

Erik Bruyland Erik Bruyland is senior writer bij Trends.

CD&V-voorzitter Wouter Beke verdient waardering. Maar een ‘encommissionering’ van wat hij ‘ballast’ noemt, is illusoir. Didier Reynders (MR) zegt nu al te zullen opkomen voor de ‘rechten van de Franstaligen’. Dan weet je het wel.

Stellen dat deze generatie politici onbekwaam is, is niet alleen onjuist. Het is vooral onrechtvaardig en getuigt van een gebrek aan historisch en politiek inzicht. Want sinds de Grendelgrondwet van 1970 heeft 60 procent van de Belgen er zich bij neergelegd dat zijn democratische meerderheid aan banden wordt gelegd – ad vitam eternam. Zodra een Vlaamse partij uit dat keurslijf probeert te breken, krijgt zij de stempel ‘extremistisch’ opgekleefd.

CD&V-voorzitter Wouter Beke deed een verdienstelijke poging om de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde eindelijk gesplitst te krijgen. De Vlamingen zullen daarvoor niet alleen een hoge economische prijs betalen, maar bovendien zal van een ‘encommissionering van de ballast’ – zoals Beke de onaanvaardbare toegevingen in Brussel en de Vlaamse rand bestempelt – niets in huis komen. Omdat het Belgische federale systeem de Vlaamse meerderheid breekt. Het is dat, of de onbestuurbaarheid van het land.

‘Economisch welzijn’

In zijn 21 juliboodschap, goedgekeurd door de regering-Leterme II, waarschuwde koning Albert II voor een aantasting van het socio-economische welzijn van alle Belgen als de politieke impasse blijft duren. Maar de economische remedies waar een meerderheid van de Vlaamse partijen voor kiest, botsen op Franstalige veto’s.
De Vlaamse partijen kunnen niet alleen hun economisch programma niet realiseren, ze kunnen evenmin hun met een ruime meerderheid in het Vlaams Parlement goedgekeurde resoluties voor een meer efficiënte staatshervorming uitvoeren.

In de logica van ‘Belgische compromissen’ zoals die in de federale staatstructuur ingebakken zit, kan die blokkering alleen ongedaan worden gemaakt als de Vlamingen hun standpunten afzwakken en afstellen op de eisen van de Franstaligen. Het alternatief leidt immers naar separatisme.

‘Poujadisme’

Zolang de Vlamingen niet toegeven – of anders gezegd het systeem blokkeren – blijft de impasse duren. En dat houdt volgens de koning een risico in van poujadisme die de democratie kan schaden. Het is in die context uitgesloten dat Beke, zonder een Belgische revolutie te ontketenen, de Franstalige eisen voor Brussel en de faciliteitengemeenten definitief in de vuilbak kan kieperen.

In ruil voor de grondwettelijk vastgelegde politieke vergrendeling van hun meerderheid kregen de Vlamingen een pariteit in de Brusselse regering. Die staat nu nog niet op de helling, maar dat komt nog wel. Voor een bescheiden terugdringen van de bevoorrechte positie van Franstalige inwijkelingen in Vlaamse gemeenten rond Brussel en de splitsing van BHV wil formateur Di Rupo de tweetaligheid van de ambtenaren in Brussel afschaffen.

Hoe valt die Franstalige eis te rijmen met de oproep van de koning voor een grotere verstandhouding en belangstelling voor elkaars cultuur? Het ongedaan maken van de administratieve tweetaligheid van de hoofdstad, zou de taalwetten uit de jaren dertig (waarbij en passant de Franstaligen een veralgemeende tweetaligheid van België weigerden) definitief ondermijnen. Ook tweetalige kieslijsten in Brussel zouden ons terugkatapulteren naar het verleden door de baan te effenen voor ‘Flamands de service’. Terwijl de Vlamingen jaarlijks wel het gros van de 461 miljoen euro voor Brussel moeten betalen.

Franstalig separatisme

Hoe dan ook zal de splitsing van BHV, zoals ze nu voorligt, op termijn de facto binnen de fédération Wallonië-Bruxelles de begeerde corridor realiseren. Dit kan, na de Grendelgrondwet van 1970, wel eens de achilleshiel worden die de Belgische constructie fataal kan worden.

Sinds enige tijd werken de Franstaligen aan een ‘plan B’ waarin de ‘corridor’, een rechtstreekse verbinding tussen Brussel en het Waalse grondgebied, cruciaal is voor de toekomst. Het plan B is wel degelijk een politieke realiteit, omdat de Franstaligen beseffen dat de ingebakken minorisering van de Vlaamse meerderheid op termijn onhoudbaar is. Vlaamse partijen die uit goodwill toegevingen doen in de rand rond Brussel, werken dus paradoxaal een Belgische boedelscheiding in de hand.

Internationale merknaam

Vermijden dat de corridor tot stand komt, is ook om economische redenen belangrijk voor Vlaanderen: Chinezen, Indiërs of Brazilianen hebben er geen flauw idee van wat ‘Flanders’ betekent, maar associëren ‘Brussel’ wel met Europa. Daarom is het strategisch belangrijk dat – indien Wallo-Brux ooit een aparte politieke entiteit wordt -, Brussel ingebed blijft in Vlaanderen. Alleen dan kunnen Vlaamse bedrijven voor hun internationale herkenbaarheid blijven refereren aan Brussel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content