SCHEIKUNDE

Eind 1493 werd in het onooglijke Zwitserse dorp Einsiedeln Theophrastus Bombastus von Hohenheim geboren. Geruime tijd werd aangenomen dat het woord bombast (dat verwijst naar een gezwollen, hoogdravende maar holle stijl) van zijn naam afgeleid was. Bombastus werd berucht onder de naam Paracelsus, de rebelse alchemist met zijn heksenlaboratorium, maar ook met zijn belangrijke medische experimenten en zijn aanzet tot de chemie. In het boek Mendelejevs droom, waarin de scheikundige én filosoof Paul Strathern (docent aan Trinity College in Dublin) de geschiedenis van de vroege scheikunde vertelt, speelt Paracelsus een sleutelrol. Hij was immers niet alleen een notoire zuipschuit en een waanzinnige alchemist, maar ook één van de voorvechters die de wetenschap aan de starheid van de Middeleeuwen onttrok.

Vanuit historisch opzicht had Paracelsus een januskop. Als een duistere middeleeuwer bleef hij koppig op zoek naar de steen der wijzen, naar de magische formule om een stof om te smeden tot goud. Maar als een telg van de ontbolsterende Nieuwe Tijden, verloste hij wetenschap en geneeskunst van heel wat waanideeën. Hij leidde zelfs al het principe van het vaccineren af. Schrijft Strathern: “In zijn visie was het universum geschapen door een uitmuntende chemicus. Hij geloofde dat de scheppingsmythe, zoals verteld in de bijbel, slechts een chemische allegorie was, waarin een zeven dagen durend macro-experiment werd beschreven.”

Paracelsus ontdekte dat bepaalde ziektes (zoals jicht) veroorzaakt werden door een chemische onbalans in het lichaam (bijvoorbeeld als gevolg van een onevenwichtig dieet). Hij vond zelfs doeltreffende medicijnen, zoals laudanum (een brouwsel van ruwe opium), waarvoor hij rijke patiënten een fortuin aanrekende. Gniffel niet te luid, ruim 300 jaar later maakte een jonge Weense arts dezelfde fout, zij het dan door cocaïne als wondermiddel naar voren te schuiven. Die arts was Sigmund Freud.

De alchemisten zijn lang niet allemaal zo kleurrijk als Paracelsus, die het weliswaar een tijdlang uithield als academisch docent en arts van de heersende klasse, maar die ook geregeld op de dool was, hele boerenherbergen uitdaagde om het tegen hem op te nemen in het drinken en finaal te veel machtige mensen tegen hem in het harnas joeg. Via een bonte stoet van alchemisten komt Strathern uiteindelijk terecht bij de Rus Dimitri Mendelejev. Hij krikte alchemie definitief op tot de wetenschap chemie en legde in 1869 de basis van het beroemde periodiek stelsel van de elementen (dat u al dan niet vervloekt hebt tijdens uw studies).

Paul Strathern, Mendelejevs droom. Contact, 336 blz., 995 fr.

ldd

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content