“Mislukking Phenix is zaak van informatica, niet van politiek”

De informatisering van Justitie blijft een haalbaar project. Vergelijk het met de invoering van enterprise resources planning (ERP) in een groot bedrijf,” zegt Jan Deprest, hoofd van de federale overheidsdienst Informatica over het Phenixproject dat justitieminister Laurette Onkelinx (PS) vorige week afblies.

Volgens Deprest is het dossier veel minder politiek dan wordt beweerd en liggen er fundamentele problemen met de architectuur van het systeem aan de basis van het verbreken van het contract met Unisys, dat verantwoordelijk was voor ontwerp en implementatie. Volgens Deprest is Unisys het project begonnen in een zogenaamde tweelagige ( two tier) architectuur, waarin een gebruiker ( client) gegevens vraagt aan een centrale computer (server). Moderne architecturen werken met een tussenlaag van gespecialiseerde servers ( application servers), die een aantal taken van de databaseservers overnemen. Deze architecturen zijn complexer om te programmeren, maar ook flexibeler en makkelijker te onderhouden. Ze vallen ook minder snel uit bij zware belasting.

Opmerkelijk is dat een andere goedgeplaatste bron de bewering van Deprest bevestigt, maar erop wijst dat three tier-architecturen krachtige servers en performante netwerkverbindingen vergen. En daar wringt het schoentje volgens deze bron. De zware Bullservers zijn pas begin 2006 beschikbaar gesteld – twee jaar te laat – en dus was volgens deze bron Unisys doorgegaan met ontwikkelingen op two tier-basis, met de bedoeling ze later te converteren. Toen het zover was, doken ernstige problemen op met de component die de conversaties met de databaseservers moest voeren. Dat is kennelijk het breekpunt geweest, omdat Unisys in afwachting van een oplossing wou doorgaan met een two tier-ontwikkeling, terwijl Justitie op het contract bleef staan, dat een three tier-ontwikkeling voorzag. Volgens Jan Deprest was de three tier-aanpak van bij de start in december 2001 gespecificeerd en in detail hernomen in het bijcontract, dat in oktober 2005 werd getekend na de mislukking van het eerste proefproject in Turnhout.

In een communiqué verwijt Unisys, dat in België de overheid als grootste klant heeft, Onkelinx “haar falen om bij Justitie het noodzakelijke draagvlak voor het project te creëren”. Unisys wil een vergoeding eisen voor het schaden van zijn goede naam (zie blz. 114).

Justitie heeft zich maandenlang voorbereid op de mogelijkheid van de verbreking van het contract. Vandaar dat er voorbije dinsdag al een nieuwe aanpak ter goedkeuring voorlag. Die voorziet volgens Deprest enerzijds in een overbruggingsscenario, dat de bestaande Mammoettoepassing bij Justitie op korte termijn wil moderniseren. Anderzijds komt er een doorstartscenario voor het eigenlijke Phenixproject, dat voor de volgende minister van Justitie zal klaarliggen.

Volgens Deprest is er geen sprake van om de fundamentele technologische keuzes van Phenix – een Javaplatform op een Oracle 10-database – te verlaten. Daarmee weerlegt hij de speculatie dat Justitie zou overschakelen naar het .Netplatform van Microsoft. Volgens Onkelinx is er tot nog toe voor Phenix 8,967 miljoen euro betaald aan Unisys (bedrag dat ze wil terugvorderen), naast 11 miljoen euro aan andere investeringen die herbruikbaar zijn (de Bullservers en een centrale drukeenheid).

B.L.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content