Meer dan puntjes verbinden

De auteur is eerste minister van Thailand.

Zolang de ontwikkelde economieën het moeilijk hebben in de nasleep van de wereldwijde economische crisis, blijft hun bijdrage tot de wereldvraag en -groei zwak. De vraag is of andere economieën niet het heft in handen kunnen nemen, vooral opkomende en ontwikkelingseconomieën zoals Thailand. Van cruciaal belang is welke weg die landen kiezen. Gaan ze voor protectionisme of drijven ze handel en investeren ze onder elkaar en hebben ze vertrouwen in regionale en globale interactie.

Om de uitdaging aan te gaan, moeten we een nieuwe manier van denken ontwikkelen. We moeten naar onze handelspartners kijken, niet als markten of concurrenten, maar als langdurige partners van wie de groei en de dynamiek essentieel is voor de onze. De economieën van de eurozone, bijvoorbeeld, ondergaan weliswaar een verandering, maar ze blijven een voorname bron van technologie en innovatie, creativiteit en design. Hun bijdrage is fundamenteel voor economieën als de onze, die trachten hogerop te klimmen in de waardeketen van de productie. Uiteindelijk zijn we allemaal elkaars klanten, die voor hun voorspoed op elkaar aangewezen zijn.

Met die houding kunnen we een beter model ontwikkelen voor onze economische betrekkingen. Een model waarin landen ernaar streven met elkaar handel te drijven en in elkaar te investeren om niet alleen hun wederzijdse groei, maar ook hun wederzijdse werkgelegenheid te bevorderen. De beste groei gaat gepaard met de creatie van jobs. Alleen dan is hij duurzaam en leidt hij tot langdurige sociale stabiliteit.

Een belangrijke katalysator om die economische relaties te vergemakkelijken, is de investering in wat ik ‘connectiviteit’ noem: bijvoorbeeld een hogesnelheidsverbinding tussen Thailand en het Mekonggebied en Noordoost-Azië; of een brug tussen de diepzeehavens Dawei en Laem Chabang, die de Indische met de Stille Oceaan verbindt. Zulke projecten vergemakkelijken de wederzijdse handel en investeringen en leiden tot meer jobs. Hetzelfde geldt voor ‘softwareconnectiviteit’, die de doeltreffende grensoverschrijdende beweging van goederen en diensten kan bevorderen. Een voorbeeld is het Single Window-project van de Asean, dat gegevensuitwisseling online mogelijk maakt.

We hebben ook nood aan menselijke connectiviteit om het wederzijdse begrip te vergroten. Dat is een fundamenteel element in de strijd tegen extremisme. Ook een ‘connectiviteit van ideeën’ bevordert de uitwisseling van kennis en is een vitale stimulans voor creatief denken.

Het is dan ook niet verwonderlijk dat connectiviteit werd uitgekozen als kern van de strategie van de Asean om tegen 2015 een productievere gemeenschap te worden met een eenheidsmarkt van meer dan 600 miljoen mensen. Meer connectiviteit stimuleert niet alleen de integratie van de Asean-landen, ze effent ook de weg naar een nieuw model voor de economische betrekkingen met de Asean-partners. Dat stoelt op wederzijdse groei en werkgelegenheid en wordt aangedreven door bilaterale vrijhandelsakkoorden binnen de Asean en het geplande Regional Comprehensive Economic Partnership.

Die nieuwe economische relaties kunnen echter niet functioneren als er geen politieke stabiliteit is. Jammer genoeg blijven grensgeschillen, rivaliteit over natuurlijke rijkdommen en politieke en ideologische verschillen zorgen voor wrijvingen tussen landen. Het is dan ook van vitaal belang om de regionale en multilaterale overeenkomsten en instellingen te versterken, inclusief het regionaal forum van de Asean en de Verenigde Naties.

Laten we tot slot niet uit het oog verliezen dat om wederzijdse groei en werkgelegenheid te bereiken met handel en investeringen, ook binnenlandse stabiliteit vereist is. In economisch moeilijke tijden treedt vaak druk op die de binnenlandse stabiliteit kan aantasten, zoals we in 2012 gezien hebben. Daarom is het belangrijk te streven naar een alomvattende ontwikkeling, waarbij de inkomenskloven verkleinen, de ongelijkheden aangepakt worden en iedereen een aandeel heeft in de voorspoed.

In een wereld waarin zowat iedereen met elkaar verbonden is, kunnen de economische en politieke verwachtingen van de mensen niet genegeerd worden. Ze moeten daarentegen gekoesterd worden. Daarom moeten we groei en werkgelegenheid nastreven op een wijze die de mens centraal stelt, terwijl we trachten de wereldwijde economische uitdagingen van onze tijd te overwinnen.

Uiteindelijk zijn we allemaal elkaars klanten, die voor hun voorspoed op elkaar aangewezen zijn.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content