België trekt weinig hoogopgeleide migranten aan
België scoort niet zo goed in het aantrekken van hooggeschoolde migranten. Dat blijkt uit een studie die werd uitgevoerd in opdracht van hr-bedrijf Randstad.
België telt in vergelijking met heel wat andere landen van de OESO (Organisatie voor economische samenwerking en ontwikkeling) weinig hoogopgeleide migranten ten opzichte van de totale migrantenpopulatie. Meer bepaald is slechts 24 procent van de migranten die naar België komen hooggeschoold. Bovendien is het aandeel tussen 2001 en 2011 ook niet gestegen. In bijna alle andere OESO-landen was er wel een toename, zegt Randstad.
Canada (55 procent), Engeland (48 procent), Australië (43 procent) en Ierland (39 procent) trekken volgens het onderzoek het meest hoogopgeleide migranten aan. Frankrijk en Nederland doen het even slecht als België, Duitsland (19 procent) zelfs nog iets slechter.
De drie belangrijkste factoren die een land aantrekkelijk maken voor hoogopgeleiden zijn een hoog gemiddeld salaris, Engels als voertaal en een lage gemiddelde belastingvoet.
Het valt nog af te wachten hoe problematisch het lage aandeel aan hoogopgeleide migranten in ons land zal zijn. Enerzijds heeft België de komende jaren liefst 1,1 miljoen hooggeschoolden extra nodig door de vergrijzing en de toegenomen vraag op de arbeidsmarkt.
Anderzijds stellen de onderzoekers vast dat er in België een sterke stijging zit aan te komen van het aantal hooggeschoolden in de beroepsbevolking. In 2030 zal volgens hun voorspelling iets meer dan 40 procent van de Belgische beroepsbevolking hoogopgeleid zijn, terwijl de laaggeschoolden nog maar 20 procent van de bevolking zullen uitmaken.
Een hoog aandeel hooggeschoolden verzacht het effect van de zogenaamde demografische tijdbom. Hooggeschoolden werken gemiddeld meer uren per week.