‘Ik fiets het best met tegenwind’

Voka-topman Hans Maertens heeft na een drukke werkweek de buitenlucht nodig. De West-Vlaming houdt van fietsen in de polders, komt tot rust in zijn tuin en vindt dat macht wordt overschat.

Wat was uw grootste avontuur?

“Ik ben niet zo avontuurlijk aangelegd, maar een paar jaar terug heb ik eens in één dag de Mont Ventoux via de drie zijden opgefietst. Dat is een vrij zware fysieke inspanning. Je moet je krachten goed doseren, maar het is genieten als het lukt.”

Wat was uw beste investering?

“Mijn tuin. Daar kan ik echt tot rust komen. Als ik ‘s avonds thuiskom, ga ik altijd nog even de tuin in. Ik heb niet echt groene vingers, maar mijn tuin is voor mij een rustpunt. Ook ‘s morgens vroeg, voor ik naar Brussel vertrek, ga ik eerst even in de tuin kijken of er sterren aan de hemel staan.”

Wat doet u in uw vrije tijd?

“Ik ben verslaafd aan het lezen van kranten en tijdschriften. In het weekend probeer ik ook twee keer te fietsen. Na een werkweek heb ik die buitenlucht nodig. Ik woon in West-Vlaanderen en fiets graag in de polders, le plat pays. Ik wil de wind voelen. Ik fiets het best met tegenwind.”

Wie of wat wordt overschat?

“Macht. Iedereen heeft zijn plaats en moet zijn plek verwerven, maar ik vind dat macht, belangrijkheid, ijdelheid worden overschat. De samenleving zou er baat bij hebben als er wat minder machtsspelletjes worden gespeeld. Macht moet nu en dan gerelativeerd worden.”

Wat is de fout waaruit u het meeste leerde?

“Ik heb geleerd dat je de dingen moet doen op het juiste moment en op de juiste plaats. Ik heb in mijn carrière heel wat initiatieven genomen in tal van functies. Timing is enorm belangrijk. Als je te vroeg of te laat in de markt komt, heb je een probleem.”

Waar droomt u van?

“Ik heb me in mijn gemeente geëngageerd in Cinema De Keizer, een oude dorpsbioscoop uit de jaren twintig. Toen de zaal verloren dreigde te gaan, hebben we met een aantal mensen de cinema nieuw leven ingeblazen. Ik hoop dat project uit te bouwen tot een cultuurhuis, waar we meer dingen kunnen doen dan nu het geval is. Ik droom ervan ooit een monoloog te schrijven waarin ik een deel van mezelf kan leggen, en dat stuk dan in die zaal op de planken te brengen.”