‘Bedrijven moeten samenwerken’

Als Vlaanderen als logistieke draaischijf aan de Europese top wil blijven, moet het meer inzetten op duurzaamheid, efficiënt ruimtegebruik en technologische innovatie. Dat blijkt uit het project ‘Grenzeloze Logistiek’. De Provinciale Ontwikkelingsmaatschappijen willen het bedrijfsleven stimuleren om hun grenzen te verleggen en meer samen te werken.

Een prominent thema in de projecten van het Europese Interreg-project ‘Grenzeloze Logistiek’ is het bundelen van stromen. “Ik doe een oproep aan bedrijven om samen te werken”, zegt Danny Vanrijkel, projectmanager business development POM Oost-Vlaanderen en coördinator van het grensoverschrijdende project. “Besparingen en optimalisaties liggen voor het rapen in de logistiek, alleen moeten bedrijven durven informatie te delen en moeten dienstverleners en verladers samenwerken.”

Vanrijkel (48) komt uit de privésector. Hij was internationaal actief voor technologiebedrijven als Barco, Renson en Helioscreen. Hij weet waar het schoentje knelt. “Informatie- en goederenstromen bundelen, doen bedrijven niet of nauwelijks uit eigen initiatief. Veel bedrijven kijken alleen naar hun eindresultaat en logistiek is dan een dienst achter de schermen. Met de projecten van ‘Grenzeloze Logistiek’ willen we bedrijven voorbeelden aanreiken van hoe de logistiek efficiënter en duurzamer kan. En niet aan de hand van klassieke studies met beleidsaanbevelingen waar ondernemers weinig of geen boodschap aan hebben”, zegt Vanrijkel.

De Provinciale Ontwikkelingsmaatschappijen becijferden in hun cases telkens de return on investment (ROI) van de projecten. “Dat is ontwikkelen, de eerste zijn om initiatieven te bekijken, te becijferen en te promoten. Wij ondersteunen en begeleiden, het is dan aan de bedrijven om innovatief uit de hoek te komen en realisaties neer te zetten.” Zo werden projecten uitgewerkt rond het bundelen van luchtvracht voor Brucargo, het efficiënter omgaan met verpakkingen, het digitaal in- en uitklaren van containers, het bundelen van bioreststromen enzovoort.

Noorse vis per luchtschip

Het meest in het oog springende project in Vlaanderen was dat van POM Antwerpen. In het project ‘hybride luchtschepen’ onderzocht het studiebureau Buck Consultants International de economische haalbaarheid van het luchtschip als transportmodus voor projectcargo en goederentransport. Voor POM Antwerpen werden twee goederenstromen onderzocht: de aanvoer van verse vis vanuit het Noorse Bergen naar Antwerpen en het transport van windturbines van Kolding (Denemarken) naar Antwerpen.

In het geval van de verse vis bleek het luchtschip met een laadvermogen van 200 MT iets duurder uit te komen dan transport per vrachtwagen en per trein. Het luchtschip was wel heel wat sneller, wat in het geval van vis een grote meerwaarde oplevert en het verschil in transportkosten compenseert. Grote luchtschepen met een laadvermogen van bijvoorbeeld 400 MT blijken op deze stromen nog concurrentiëler. Voor de windturbines bleken de luchtschepen 15 tot 25 procent goedkoper dan transport per vrachtwagen.

“POM Antwerpen is ook naar de VS getrokken voor een werkbezoek aan een producent van prototypes voor cargo, om duidelijk te maken dat Antwerpen klaar is om een Europees proefproject uit te testen”, weet Danny Vanrijkel.

Limburgse binnenvaart

Twee projecten van het Logistiek Platform Limburg (LPL), actief onder de koepel van POM Limburg, focussen dan weer op minder file op de as Antwerpen-Limburg (E313) en meer goederenvervoer via de binnenvaart (Albertkanaal). “Samen met de Limburgse bedrijven zetten wij sterk in op de omschakeling van goederenvervoer over de weg naar de binnenvaart”, zegt Marc Vandeput, voorzitter POM Limburg. Op basis van een analyse bij vijf grote Limburgse bedrijven is een potentieel gedetecteerd van 13.000 containers per jaar die via de binnenvaart in plaats van via de weg kunnen worden getransporteerd. De bedrijven zijn Scania Parts Logistics (Opglabbeek), H. Essers (Genk), Bose (Tongeren), Konings (Zonhoven) en Punch Powertrain (Sint-Truiden). “Door de modal shift kunnen er jaarlijks minimaal 6550 vrachtwagenritten van of naar Antwerpen worden vermeden. Dat is een vermindering van de CO2-uitstoot met 1600 ton, en de bedrijven kunnen er zo’n 400.000 euro mee besparen”, stelt Vandeput.

Daarnaast ontwikkelde het Vlaams Instituut voor de Mobiliteit (VIM) in opdracht van het LPL een concept voor een gemeenschappelijke trailerparking voor Limburgse transportbedrijven in het Antwerpse havengebied. Nog dit voorjaar zullen de Vereniging van Limburgse vrachtvervoerders VVL-Febetra en de Antwerpse vervoerdersvereniging SAVA dit concept implementeren. Wegtransporten van Limburg naar Antwerpen moeten dan zo veel mogelijk tijdens de daluren (‘s nachts en vroege ochtend) worden uitgevoerd. De trailers worden bij aankomst op de trailerparking in de haven afgekoppeld en gestationeerd. Overdag worden ze dan naar de juiste bestemming in het havengebied vervoerd. “De congestie op de E313 zorgt vandaag voor verliesuren en bijkomende kosten die heel wat transporteurs vaak niet kunnen verhalen op hun opdrachtgevers”, zegt Roel Smets, voorzitter van VVL-Febetra. “Door een gemeenschappelijke trailerparking in het Antwerpse havengebied winnen de deelnemende bedrijven aan efficiëntie — het gaat om ongeveer 30.000 transporten per jaar via de E313 — en vermijden ze onnodige kosten.”

West-Vlaamse binnenvaartterminal

POM West-Vlaanderen gaat het verst in haar logistieke ambitie. De Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij nam eind vorig jaar zelf de concessie voor de uitbating van de River Terminal Wielsbeke over van Katoen Natie, die de activiteiten van de binnenvaartterminal eind 2013 stopzette. De logistiekedienstverlener Delcatrans uit Rekkem en het Antwerpse binnenvaartbedrijf Shipit werden aangesteld als exploitanten. In een eerste fase kunnen wekelijks tachtig containers vanuit Wielsbeke via het water worden verscheept. Op termijn moet de terminal 15.000 TEU op jaarbasis verschepen. Het is de bedoeling dat er een dagelijkse verbinding komt tussen Wielsbeke en Antwerpen.

“Een belangrijke drijfveer voor ons is de ondersteunende rol van transport en logistiek voor de talrijke producerende industriële ondernemingen in West-Vlaanderen”, zegt Jean de Bethune, voorzitter van de POM. “Ik ben overtuigd van het strategische voordeel van een efficiënte binnenvaartoplossing voor de competitiviteit van onze industriële kmo’s.”

Multi purpose en open access zijn de belangrijkste exploitatieprincipes voor de reactivering van de River Terminal Wielsbeke. Multi purpose betekent dat verschillende soorten goederen op de terminal worden behandeld. Een belangrijke plaats is voorbehouden voor containers, maar ook vervoer van bulk en palletten zullen aan bod komen. Open access impliceert dat de terminal open- staat voor alle verladende partijen.

In dat kader lanceerde POM West-Vlaanderen vorige maand een proefproject voor het vervoer van 343 ton bodemverbeteraars via het Watertruck-concept vanuit de terminal in Wielsbeke naar het Noord-Franse Péronne. Het project werd uitgevoerd met een aangepaste duwboot en duwbakken door binnenvaartoperatoren C.B.O. en L. Broeckaert – De Koning in opdracht van de verlader Fita Compost uit Tielt.

KURT DE CAT

“Besparingen en optimalisaties liggen voor het rapen in de logistiek” Danny Vanrijkel

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content