OP KOSTSCHOOL. Het noodzakelijk kwaad
De internaten in België kennen al decennia lang een neerwaartse trend. Toch blijven ze bestaan, zij het met veel lege bedden en alleen maar dankzij subsidies.
“Of er konkurrentie bestaat tussen de internaten ? Nee, niet echt. Iedere instelling wil en tracht haar kamers zo volzet mogelijk te hebben, uiteraard. Maar er heerst eerder een sfeer van bereidheid om samen te werken. We hebben immers allemaal met dezelfde problemen te kampen, ” zegt Dominiek Hermans (38).
Hermans is sinds 1990 internaatsbeheerder een funktie die toen officieel door het ministerie van Onderwijs in het leven is geroepen en voltijds wordt gesubsidieerd in het katolieke net vanaf 50 internen, in het rijksnet vanaf 30 internen van Bim-Sem. Deze Mechelse school ontstond uit de versmelting in de jaren tachtig van het Berthoutinstituut met het befaamde Klein Seminarie.
Bim-Sem telde in het schooljaar 1994-’95 155 kostgangers. Voor het nieuwe schooljaar waren in augustus al 165 leerlingen ingeschreven voor het internaat, waarvan 10 (!) meisjes. Meisjes op kostschool in het Klein Seminarie ? Hermans lacht. “Ja, na 170 jaar traditie van jongensinternaat werd de school sinds de invoering van het VSO in Mechelen, begin jaren tachtig, gemengd. Nu volgt de kostschool, hoewel “gemengd” hier niet het juiste woord is. We starten met een meisjesinternaat naast het jongensinternaat. ” De reden voor deze expansie ? “De vraag, ” antwoordt de internaatsdirekteur prompt.
Niet elk internaat in Vlaanderen kent echter een stijgende vraag. Het Regina Caelilyceum in Dilbeek, sinds jaar en dag een bolwerk van degelijk katoliek onderwijs, rekent voor het schooljaar 1995-’96 op zo’n 80 internen. “Tien jaar geleden hadden we altijd 110 tot 115 leerlingen in de kostschool, uitzonderlijk zijn we eens tot 125 gegaan. Nu lijkt 10 % internen op het secundaire-schooltotaal de norm, ” aldus de internaatsbeheerder zuster Kristel. Dat het dalende gastencijfer invloed heeft op de omzet en aanverwante financiële cijfers ontkent zij niet. “Zes kostschoolgangertjes minder is als snel een half miljoen frank omzet minder, ” geeft ze schoorvoetend toe. Een leerling op internaat in Regina Caeli betaalt 63.000 frank kostgeld. In Bim-Sem varieert het kostgeld van 62.000 tot 73.000 frank per jaar. Daar komt nog subsidiëring bij door het ministerie van Onderwijs, maar die is niet voldoende om de echte kost van een interne, die heel wat meer beloopt dan 100.000 frank, te dekken. “Wij zouden de prijzen moeten optreken tot 140.000 frank per interne leerling per jaar, maar dat gaat niet, ” aldus Hermans.
OUD ZEER.
25 jaar en meer geleden werd de reële kost van een leerling op kostschool in een instelling van het katoliek onderwijs niet echt becijferd. Religieuzen deden het werk, dag en nacht. Bij Bim-Sem houden nog enkele gepensioneerde priester-leraars pro deo studietoezicht en in Regina Caeli is alleen nog zuster Kristel werkzaam in het internaat. Twee voorbeelden die tekenend zijn voor de evolutie. “Internaten uit het katolieke net worden stiefmoederlijk behandeld, ” vindt Dominiek Hermans van Bim-Sem. “Vorig schooljaar ontvingen wij 4,3 miljoen frank subsidie (nvdr een forfait van 713.000 frank plus 21.400 frank per intern. Als basis geldt het aantal internen van het voorgaande schooljaar, in casu 170). Daarmee betalen wij vier opvoeders. Indien wij een rijksinternaat zouden zijn, hadden wij recht op 7 tot 8 opvoeders, want die krijgen een opvoeder per schijf van 21 internen plus een internaatsbeheerder en een opvoeder. “
Het internaat van Bim-Sem werkt met 11 personeelsleden, waarvan 4 in vast dienstverband en gesubsididieerd. De rest ? “Vrijwilligerswerk, ” aldus Dominiek Hermans. “En veel touwtrekkerij. Zo kan de schooldirektie aan het internaat een aantal dagen en uren afstaan in het kader van de Biezondere Pedagische Taken. We kunnen ook op de school terugvallen voor een aantal diensten zoals het sekretariaat en pedagogisch materiaal. Gelukkig doet het klooster nog de keuken. “
Dat laatste is niet het geval bij Regina Caeli. Hier is de de catering wegens het gebrek aan beschikbare geestelijken al 18 jaar uitbesteed aan ARA. Wie betaalt daar het verschil tussen inkomsten en uitgaven voor een interne leerling ? “De kongregatie van de Zusters van Liefde past bij, ” erkent zuster Kristel.
STRAFKOLONIE.
“Bijpassen” en “kloosterkeuken” zijn woorden die niet besteed zijn aan Frank Boeye, de internaatsbeheerder van het Heidehof en het Irishof, de kostscholen van het gemeenschapsonderwijs in Kapellen bij Antwerpen.
Het Heidehof is het internaat voor de jongens, het Irishof voor de meisjes. Beide zijn leuke en gerestaureerde kasteeltjes, op een 12 hektaren grote campus, samen goed voor 110 bedden. Dit schooljaar zullen er daar 106 van beslapen worden. 10 % van de internen van het Heidehof/Irishof komt niet uit de verbonden schoolgemeenschap. “Wij hebben afspraken met diverse scholen uit de buurt, ” zegt Frank Boeye, “ook uit het katolieke en het stedelijke net. We hebben er nu zelfs die hier op internaat blijven en doorschuiven naar het hoger onderwijs. “
Een leerling uit de basisschool betaalt 4800 frank per maand voor kost en inwoon in het Heidehof/Irishof, een leerling uit het secundair betaalt 6000 frank per maand. “Voor dit geld verwachten, ” dixit Frank Boeye, “de ouders goede studieresultaten, de kinderen een thuis. “
“Wij zijn geen strafkolonie, dit zeg ik ook waar de kinderen én ouders bij zijn, ” meent ook zuster Kristel. “Hier is geen sprake meer van een reglement, wel van afspraken. De leerlingen worden niet meer gewekt met de bel, maar met muziek. “
Ze moeten wel nog zelf hun bed opmaken en het interieur is identiek aan dat van 25 jaar geleden. Bij Bim-Sem daarentegen werden de binnenmuren van de kostschool van het vroegere Klein Seminarie gesloopt en vervangen door ruime kamers met modern interieur en ingemaakte kasten een renovatie die 70 miljoen frank heeft opgeslorpt. “Vanaf 7 jaar hebben ze een kamer alleen, ” zegt Dominiek Hermans. Ze zijn dit thuis zo gewend. “
De redenen om een kind op internaat te sturen, blijken overvloedig. “Wij zijn een noodzakelijk kwaad, ” aldus zuster Kristel, die de uitspraak zelf niet graag hoort. “Wij hebben bijvoorbeeld veel kinderen van gescheiden ouders of van ouders die allebei werken. Trouwens, wat is tegenwoordig nog een internaat ? Vier avonden per week ! “
Winstgevend voor de instelling en de staat is een internaat in elk geval niet meer. Waarom dan nog een internaat open houden ? “Uit traditie maar vooral uit overtuiging, ” zegt Dominiek Hermans. “Wij menen in hart en nieren dat wij een rol vervullen, dat wij kinderen educatief, sociaal en sportief opvangen. “
CATHY BUYCK
DOMINIEK HERMANS (BIM-SEM) Internaten kunnen alleen overleven dankzij vrijwilligerswerk… “En veel touwtrekkerij. “
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier