‘Een risico op meerdere fronten’: nieuwe eenjarige staatsbon moet 13,5 miljard euro opbrengen

Minister van Financiën Vincent Van Peteghem.
Sebastien Marien
Sebastien Marien Redacteur bij Trends

In 2024 komt er opnieuw een staatsbon met een looptijd van een jaar. Dat heeft Jean Deboutte, directeur van het Agentschap van de Schuld, donderdag bevestigd. Het Agentschap wil met de eenjarige staatsbon volgend jaar 13,5 miljard euro ophalen. Herman Matthijs, hoogleraar openbare financiën aan de VUB en de UGent, zegt dat de regering op meerdere fronten risico’s neemt.

De eenjarige staatsbon die het Agentschap van de Schuld deze zomer uitbracht, was goed voor een opbrengst van 21,9 miljard euro. Het is nog niet duidelijk of de nieuwe uitgifte ook zal gebeuren met een verminderde roerende voorheffing van 15 in plaats van 30 procent. Dat kan nog tot 30 juni en is een beslissing van de regering. “Ik ga er vanuit dat de regering daar gebruik van zal maken”, zegt Deboutte. Wanneer we de eenjarige staatsbon precies mogen verwachten, is nog niet bekend. “De regering kan nog tot 30 juni beslissen om de staatsbon met 15 procent roerende voorheffing te geven. Tegen dan zijn er twee uitgiftes van staatsbons gepland.”

De opbrengsten van de staatsbons die deze maand worden uitgegeven, stellen voorlopig teleur. Ze bieden een brutocoupon van respectievelijk 2,60 procent (op vijf jaar) en 2,90 procent (op acht jaar). De belegger moet daar nog 30 procent roerende voorheffing op betalen, waardoor het nettorendement 1,82 en 2,03 procent bedraagt. Dinsdag raakte bekend dat het Agentschap voorlopig 26,3 miljoen euro heeft opgehaald. Dat is minder dan verwacht.

In september was de eenjarige staatsbon met een verlaagde roerende voorheffing volgens de minister van Financiën Vincent van Peteghem (cd&v) een middel om druk te zetten op de banken. Zij moesten hun spaarrente verhogen. Inmiddels is dat toch gebeurd?

HERMAN MATTHIJS. “Inderdaad. Ik weet ook niet hoe de regering een nieuwe fiscaal voordelige staatsbon wil verantwoorden. Het is natuurlijk een makkelijke manier om de putten in de begroting op te vullen, maar in feite is het ook niet meer dan een lapmiddel. Zo’n staatsbon biedt geen structurele oplossing voor de begrotingsproblemen, en het is ook nog maar de vraag of hij hetzelfde succes zou hebben als de uitgifte van september.”

Heel wat analisten vragen zich of het een goed idee is om de fiscaal voordelige eenjarige staatsbon te herhalen. Wat denkt u?

MATTHIJS. “De overheid neemt een risico op meerdere fronten. Met de stijgende langetermijnrente kunnen de kosten voor de schatkist hoog oplopen. Het is op het eerste gezicht voor veel spaarders interessant, maar de overheid moet het opgehaalde geld wel op tafel leggen na de looptijd.

‘De grootbanken geven de staatsbon zelf uit en achteraf komt het geld weer op de effectenrekening te staan. Maar wat zijn de gevolgen voor de minimumreserves van de kleinere banken?’

Herman Matthijs, hoogleraar openbare financiën aan de VUB en de UGent

“Een tweede mogelijk probleem ontstaat bij de banken, die hun deposito’s zien wegvloeien richting de staatsbons. De hoofdreden waarom banken aarzelend de spaarrente verhoogden, was dat ze van de ECB een financiële buffer moesten opbouwen. Straks vloeit voor de tweede keer in korte tijd geld van de spaarrekeningen naar de eenjarige staatsbon. De vraag is welke schade we daarmee berokkenen aan de banken, in het bijzonder de kleinere. De grootbanken geven de staatsbon zelf uit en achteraf komt het geld weer op de effectenrekening te staan. Maar wat zijn de gevolgen voor de minimumreserves bij banken zoals Argenta en Bank van Breda?

“Een derde aspect zijn de verkiezingen van 2024. Volgend jaar gaat de huidige regering in lopende zaken in afwachting van een nieuwe coalitie. Verwacht wordt dat de machtsverhoudingen dan heel anders kunnen liggen. Maar de huidige regering schuift de hete aardappel door naar de volgende. Er worden nu beloftes gedaan rond een eenjarige staatsbon, maar wat als de huidige coalitie haar meerderheid verliest in het parlement? Dat kan problemen opleveren.”

Benoît van den Hove, de CEO van Euronext Brussels, hekelt de fiscale voordelen voor een belegging die niet bijdraagt aan onze economie. Dat zei hij onlangs in een interview met Trends. Bent u het met hem eens?

MATTHIJS. “Ja, absoluut. Het is oneerlijk ten aanzien van andere beleggingsproducten. En daarnaast kunnen we inderdaad de vraag stellen of we niet beter beleggingsproducten stimuleren die echt een bijdrage leveren aan ons land. In de jaren 80 was er bijvoorbeeld de wet Cooreman-De Clercq, die het kopen van aandelen van Belgische bedrijven fiscaal voordelig maakte. Daarmee vond het spaargeld zijn weg naar de reële economie, en dat is een stuk interessanter. Natuurlijk is er vandaag een interne markt. Dat maakt zo’n nieuwe wet moeilijker.”

Lees ook

Partner Content