Hoe machinebouwer Valvan het pad effent voor hoogwaardige kledingrecyclage
Trends verzamelt spraakmakende thema’s en verhalen. Valvan verdient het label omdat het inzet op de verduurzaming van de textielberg. Valvan ontwikkelt machines om textielrecyclage te vergemakkelijken. Ze sorteren kleding automatisch en halen elke onzuiverheid eruit. Die automatisering is welgekomen, leert een reportage die ons van West-Vlaanderen via Nederland helemaal tot in India brengt.
In een hoekje van het beursgebouw zwaaien Jean-François Gryspeert en Gaetane Decloedt, beiden salesverantwoordelijken bij Valvan, hartelijk naar me. We bevinden ons op de Circular Textile Days in ’s Hertogenbosch, begin juni. Gryspeert heeft net een pitch afgeleverd over het belang van het sorteren van onze kleren. De West-Vlaamse machinebouwer Valvan – tot eind 2022 heette die nog Valvan Baling Systems – staat al 35 jaar bekend om zijn manier om kleding te persen in balen, om ze zo efficiënt mogelijk te vervoeren. Volgens Trendstop haalde het winstgevende bedrijf uit Menen vorig jaar 29 miljoen euro omzet, tegen 21,2 miljoen het jaar ervoor.
Het bedrijf zet sinds 2012 volop in op de verduurzaming van de textielberg. Een van de machines van Valvan vinden we terug in vlasspinnerijen in India. In de buurt van de hoofdstad Delhi bevindt zich de ‘afdankertjeshoofdstad’ van de wereld, Panipat, waar textiel handmatig gerecycleerd wordt. Met machete-achtige messen kappen arbeidsters kledingstukken aan flarden. Ze verwijderen onvolmaaktheden, zoals ritsen of etiketten.
Wat overblijft, wordt op een hoop gegooid, gesorteerd per kleur en bij voorkeur per vezel, en vervolgens uit elkaar gerafeld om nieuw garen van te spinnen. Een stevig werk, in geen al te beste omstandigheden. Van dat garen kun je nadien geen nieuwe kleren maken, daarvoor is de kwaliteit te pover. Dus maken Indiërs er tapijten en dekens van, die ze exporteren naar Afrika – inwoners van Panipat verkiezen synthetische dekens uit China boven gerecycleerde eigen makelij. De nieuwste machines van Valvan bieden alternatieve oplossingen voor dat recyclageproces. Recycleren zelf doet Valvan niet. Wel zet het in op het sorteren van textiel.
Foutief etiket
Een van de redenen waarom de dekens in India niet naar behoren zijn, heeft te maken met de veelheid aan textielvezels die samen tot garen gesponnen worden. Het is niet vanzelfsprekend om op de tast te weten te komen of je te maken hebt met pakweg wol of acryl, de synthetische variant. Vaak gaat het ook om gemengde vezels of blends, maar onderzoek van Centexbel en VITO wijst uit dat die niet hoogwaardig mechanisch te recycleren vallen.
Zelfs al hangt het etiket er nog in, dan nog kan het zijn dat de vezelcompositie die erop vermeld staat, niet klopt. Vier op de tien onderzochte kledingstukken (41%) bleken niet accuraat aan te geven waaruit het kledingstuk juist bestaat. Bij blends gaf liefst 59 procent een foute samenstelling aan. Zo is het moeilijk om te weten waar je mee te maken hebt als recycleur.
Met Fibersort kan Valvan via infraroodstralen de samenstelling van kleding achterhalen. Valvan wil de machine inzetten als een controlemechanisme voor textielinzamelaars, die onverkoopbare kledij doorverkopen aan recycleurs. Gryspeert: “Per seconde kan Fibersort één kledingstuk verwerken. Een 3D-camera en een RGB-camera (red, green en blue, nvdr) detecteren het volume, de afmeting en de kleur van het kledingstuk. De infraroodstralen analyseren tot slot de samenstelling.” Met die informatie kunnen textielrecycleurs aan de slag. Zo kunnen we onze kleren hoogwaardiger recycleren. Dat is een noodzaak, want uit de recentste cijfers van de Amerikaanse belangenorganisatie Textile Exchange blijkt dat slechts 0,6 procent van onze afdankertjes opnieuw tot kleren gerecycleerd wordt. Het merendeel van onze kleren wordt ‘gedowncycled’ (laagwaardig gerecycleerd) tot poetsdoeken, isolatiemateriaal of dekens, of het belandt op een stort, in een verbrandingsoven of in de natuur.
Gerecycleerde vezels zijn nog te weinig aantrekkelijk, omdat nieuwe vezels spotgoedkoop zijn’ Jean-François Gryspeert, Valvan
Knippen en kappen
Het is niet omdat we weten wat in een kledingstuk zit, dat we zomaar in staat zijn het te recycleren. Daarvoor zitten te veel onvolmaaktheden in veel kledij. Neem een gewone jeansbroek. Daaraan hangt een rits en een knoop, meestal van metaal, die recyclagemachines sneller doen verslijten. “Ze mogen er dus niet in, anders lopen de onderhoudskosten te hoog op”, zegt Gaetane Decloedt. Een etiket van polyester, een andere stof dan katoen, moet er ook nog af. “En dan heb je nog vaak metalen studs aan de broekzakken, en een leren lapje met het merk achteraan. Het is onbegonnen werk om dat manueel te verwijderen. Toch in Europa, waar de arbeidskosten hoog liggen.” Dat verklaart het knip- en kapwerk in Panipat.
Een nieuwe machine van Valvan kan ook dat euvel verhelpen. De Trimclean kan detecteren of een stuk textiel ‘proper’ is of niet. Onzuiverheden zoals de leren lapjes, metalen studs, knopen en ritsen, vliegen eruit. “Kledingstukken die met Fibersort gesorteerd zijn, worden eerst in lapjes van vijf op vijf centimeter gesneden met snijmachines”, legt Decloedt uit. “Daarna gaan de lapjes in de Trimclean, waar we met cameratechnologie en artificiële intelligentie de onzuivere lapjes automatisch scheiden.” Een lapje stof met pakweg een knoop is verloren. Zo verliest de machine 10 of 15 procent van het textiel dat in principe nog bruikbaar is. “Je kunt dat een nadeel vinden”, aldus Decloedt. “Maar het proces verloopt zoveel sneller dan manueel werk. De kleine verliezen zijn van ondergeschikt belang.”
Ecodesign
De nieuwste versie van de Fibersort werd aan het publiek getoond in december 2022. Afgelopen zomer werd de Trimclean voorgesteld op allerlei beurzen, van ’s Hertogenbosch tot ITMA in Milaan. De reacties waren bijzonder enthousiast. “Als een zwerm bijen kwamen ze erop af”, ervoer Decloedt in Milaan. De technologie lijkt dan ook geen moment te vroeg te komen. Begin juli heeft het Europees Parlement gestemd voor wetgeving op ecodesign. Die stelt onder meer dat producten herstelbaar en herbruikbaar moeten zijn. De textielindustrie is een van de belangrijkste sectoren die het daarmee op het matje wil roepen, staat ook in de Europese Textielstrategie, die in juni aangenomen werd. In het geval van textiel betekent ecodesign dat kleding van betere kwaliteit en recycleerbaar moet zijn. Ook komen er regels over de samenstelling van textiel. De kans bestaat dat onze kleren niet enkel recycleerbaar moeten zijn, maar ook gerecycleerd materiaal moeten bevatten.
De producenten kwamen als een zwerm bijen op onze Trimclean af’ Gaetane Decloedt, Valvan
Dat klinkt als muziek in de oren voor Jean-François Gryspeert en Gaetane Decloedt. “Dit soort machines zijn een enorme investering”, geeft Gryspeert toe. “Gerecycleerde vezels zijn nog te weinig aantrekkelijk, omdat nieuwe vezels spotgoedkoop zijn.” Gryspeert verwijst naar synthetische vezels zoals polyester, waar ruim de helft van onze kleerkast uit bestaat. Die zijn gemaakt van petroleum, wat de prijs enorm drukt. Als beleidsmakers producenten zullen opleggen gerecycleerd garen te gebruiken, speelt dat niet enkel in de kaart van recycleurs maar ook van innovatieve machinebouwers, zoals Valvan. “Dat is toch onze hoop. Vandaag zien we dat kledij vaak niet kwalitatief genoeg is om opnieuw te dragen, en toch valt er nog steeds weinig geld te verdienen met recyclage.”
Ook daarom is het belangrijk de goede van de povere kwaliteit te onderscheiden, een van de voornaamste doelen van Fibersort. In 2025 zullen Europese lidstaten verplicht worden minstens de helft van al het textielafval in te zamelen na gebruik. België en Nederland halen dat percentage al, door onder meer gemeentelijke inzamelingen en regelgeving die bedrijven verplicht hun textiel weer op te halen. Die ‘uitgebreide producentenverantwoordelijkheid’ (UPV) is in Nederland verplicht sinds 1 juli, maar ook in België zien we steeds meer terugnamebakken in winkels. Andere landen komen nog bijlange niet aan dat collectiepercentage. “Er zit dus een enorm potentieel in deze markt”, weet Gryspeert. “Daar willen wij mee aan de slag.”
De auteur reisde naar India met de steun van het Fonds Pascal Decroos voor Bijzondere Journalistiek.
0,6 procent van onze afdankertjes kan opnieuw tot kleren worden gerecycleerd.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier