TIME-MANAGEMENT
Bill Gatesin de schommelstoel
Bijna een eeuw geleden besefte Henry Ford hoe belangrijk het was dat zijn werknemers tot rust konden komen. Daarom bracht hij de zesdaagse werkweek terug tot een vijfdaagse. Uiteraard bevatte zijn ingreep ook een vermetel marketingplan. Zo gaf hij zijn personeel een prima gelegenheid om meer met hun auto te kunnen pronken, wat ook hun buren en kennissen naar een wagen zou doen verlangen.
Het andere doel van de extra rustdag waarmee Ford pionierde, wordt nu echter vaak vergeten. Een kleine 100 jaar voor time-management, stressbeleid of wellness-recepten als vehikel van dure colloquia fungeren, zag de entrepreneur pur sang al het nut in van een gezonde verdeling tussen werk en ontspanning. Dat hoefde hij niet eens uit een of andere vorm van solidariteit te doen. Uitgeruste personeelsleden zijn immers minder ziek en werken geconcentreerder. Kortom, de zinvolle paradox van Ford toont aan dat werknemers die wat meer tijd krijgen om op adem te komen, productiever zijn.
Het Ford-verhaal vinden we zowat halverwege het boek Time-shifting van de Amerikaanse arts en voortrekker van de welzijnsbeweging Stephan Rechtschaffen. Om zijn managementpubliek vlugger te bekoren, had hij deze passage beter in het begin geplaatst. Zelden hebben we immers, op nauwelijks een halve bladzijde dan nog, een overtuigender (want winstgevend) pleidooi gelezen voor een accuraat stress-programma.
Elders in het boek heeft Rechtschaffen ook aandacht voor de werkelijke gang van zaken. In plaats van lessen te trekken uit Fords voorbeeld, werkt de doorsnee Amerikaan nu 138 uren langer dan 20 jaar geleden. Die toename vertaalt zich ook in de terminologie van de businessboeken. Merkt Rechtschaffen op : “In de jaren tachtig raakte het Engelse woord excellence in zwang, misschien wel door Tom Peters‘ boek In Search of Excellence. In de jaren negentig echter vormt efficiency het toverwoord. Hoe sneller we een klus kunnen klaren, hoe meer we kunnen doen.”
We zijn erop vooruitgegaan, geeft de auteur grif toe, maar dan wel ten koste van onze tijd, met alle relationele en gezondheidsproblemen vandien. Hij wijst onder meer op kashori, de Japanse omschrijving voor de plotselinge dood op de werkplek. In Japan kunnen nabestaanden in sommige gevallen een uitkering krijgen. Maar om officieel voor kashori-slachtoffer in aanmerking te komen, moet je zeven dagen lang ten minste 16 uur achtereen hebben gewerkt, ofwel 24 uur achter elkaar, alvorens definitief het loodje te leggen.
Als evenwichtig alternatief stelt Rechtschaffen zijn concept time-shifting voor. Het is geen trucje, maar een levenswijze die de tijdsarmoede moet verdrijven. We moeten bewust op een andere manier naar onze tijd kijken, zo doceert de auteur. Dat leert hij vooral aan door te wijzen op hoe we leven en hoe het anders, gezonder en zinvoller kan. Dit is geen puur time-management, dat enkel met wenken voor efficiënt produceren te maken heeft, al volgen ook hier wel concrete tips. We komen, bijvoorbeeld, te weten dat Bill Gates tijdens vergaderingen gemoedelijk op en neer in zijn stoel schommelt. Zo wil hij zichzelf tot rust brengen en de anderen hierin meevoeren.
LDD
Stephan Rechtschaffen, Time-shifting. Forum, 247 blz., 550 fr.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier