Spector, de kameleon van Wetteren
Onder druk van de voortijlende digitalisering van de fotomarkt moet het beursgenoteerde Spector zich voortdurend aanpassen. Met overnames en strategische partnerships probeert het management in te pikken op de nieuwe markt-omstandigheden.
Volgend jaar zal het beursgenoteerde multimediabedrijf Spector er totaal anders uit zien. Tenzij er op de valreep nog een onverwachte kink in de kabel komt, kondigt het bedrijf uit Wetteren namelijk eerstdaags, misschien al tijdens de vakbeurs Photokina die volgende week in Keulen van start gaat, een joint venture aan van zijn postorderactiviteiten met die van de Zwitserse sectorgenoot Valora. Een niet onbelangrijke operatie, want hiermee slaan de twee Europese marktleiders in dit specifieke segment de handen in elkaar. Met deze samenwerking bewijst het management van Spector dat het niet lijdzaam toekijkt op de snelle evolutie in het kleine fotowereldje.
“Op korte termijn vormt de digitalisering nog altijd een bedreiging voor ons bedrijf,” moet gedelegeerd bestuurder Tonny Van Doorslaer toegeven. Hij kan ook moeilijk anders. De omzetten in analoge fotografie imploderen, terwijl de digitale consument nog volop zijn weg aan het zoeken is. Studies dichten traditionele kiekjes binnen vijf jaar nog een marktaandeel tussen 25 en 50 % toe. Van Doorslaer kiest voor de gulden middenweg: “Ik denk dat analoge fotografie binnen drie jaar tegen 30 of 35 % zit en vervolgens niet veel meer zal zakken.”
Bij Spector zijn ze ervan overtuigd dat er in de analoge markt nog geld te verdienen valt en het bedrijf wil in dat tanende marktsegment dan ook een hoofdrol opeisen. Die strategie staat nochtans haaks op die van wereldleider Kodak, dat alle analoge laboratoria in sneltreinvaart van de hand doet. Ook Litto-Color, het enige Belgische lab van de multinational, staat in de etalage.
Dat net Spector kandidaat nummer één is voor de overname van het Oostendse lab, dat voornamelijk voor de grootdistributie produceert, roept grote vraagtekens op. In het jongste jaarverslag staat namelijk letterlijk te lezen dat Spector in ons land bewust nooit actief is geweest in dit segment, dat bekend staat om zijn lage marges. Vanwaar die plotse ommezwaai? “Grootdistributie is op zich nooit een taboe geweest,” licht Van Doorslaer zijn tegendraadse visie toe. “Dat was enkel het geval wanneer we te afhankelijk werden van een beperkt aantal klanten. Wij zijn trouwens nog altijd kandidaat om op een goedkope manier volumes in huis te halen. Je mag ook niet vergeten dat het orderboek van Litto-Color overvol zit. Bovendien is deze investering in de analoge markt minder risicovol dan het lijkt. De apparatuur voor analoge en digitale ontwikkeling is namelijk voor 90 % dezelfde.”
Zweedse proefkonijnen
Meer verschil zit er in de businessmodellen van analoog en digitaal. Voor Van Doorslaer zijn afdrukken van digitale foto’s nog het best te vergelijken met nabestellingen. Wie digitaal fotografeert, kan zijn beelden onmiddellijk op het toestel bekijken, ze thuis op de pc overzetten en de meest verrassende of ontroerende kiekjes naar vrienden en familie doormailen. Alleen wie ze echt wil bewaren, beslist om de foto’s op papier te zetten. Het is duidelijk dat er met een digitaal toestel veel meer foto’s genomen worden. De cruciale vraag is echter hoeveel er daarvan ooit afgedrukt worden. Daar kan momenteel niemand een duidelijk antwoord op geven. Op dat vlak moet de digitale consument nog opgevoed worden en daar ligt een belangrijke missie voor Spector. “Zo zijn er nog altijd mensen die telkens een nieuwe geheugenkaart kopen als de vorige vol is,” lacht secretaris-generaal Chris Van Raemdonck. Bij Spector tasten ze ondertussen volop de markt af op zoek naar het ideale kanaal om de consument over de drempel te krijgen.
Het belangrijkste verkoopkanaal voor afdrukken van digitale foto’s is nog altijd de website. Spector is met lokale websites aanwezig in landen als België, Nederland of Zwitserland, maar ook in Australië. Daarnaast heeft de firma partnerships afgesloten met onder andere Telenet en onlangs nog MSN. Surfers kunnen er hun digitale kiekjes opslaan in een elektronisch album, maar daarnaast is het natuurlijk ook mogelijk om de beelden op papier te laten zetten. “We bieden opslagcapaciteit zonder enige beperking en dat is uniek in onze sector,” merkt CEO Van Doorslaer op. De Amerikaanse gigant Kodak deed lange tijd hetzelfde, maar schrijft deze dagen zijn gebruikers aan om hen te waarschuwen dat hun albums op het net gewist zullen worden als ze niet regelmatig een bestelling plaatsen. Opslagcapaciteit op het net blijft immers duur, al minimaliseert Van Doorslaer dat argument: “We kopen onze capaciteit in het groot in, dat drukt de prijzen.”
In Zweden gaat Spector zelfs al een stapje verder. Extrafilm, het Europese merk van Spector, lanceerde er deze zomer Extrafilm Hemma. Het is een gratis pakket, dat via de website kan besteld worden en dat de software bevat waarmee digitale afdrukken voorbereid en besteld kunnen worden, plus een beschrijfbare cd voor wie zijn beelden liever in de winkel afgeeft in plaats van ze via het internet te bestellen.
Maar Spector beschikt nog over een andere belangrijke troef om de zoekende consument over de streep te trekken: een netwerk van zowat 700 zelfstandige fotospecialisten (500 in België, 200 in Nederland). Sinds begin dit jaar heeft het bedrijf de installatie van digitale kiosken bij de vakfotografen versneld, waardoor er ondertussen al bijna tweehonderd staan. De Pixbox is een compact toestel waar bezitters van digitale camera’s terechtkunnen met de speciale geheugenkaartjes die hun toestel gebruikt om beelden op te slaan. Ze kunnen er de beelden bekijken, ze enigszins bewerken en natuurlijk afdrukken. De eigenlijke afdruk gebeurt ter plaatse op een professionele printer, via een minilab in de winkel of via de diensten van Spector in Wetteren. Aanvankelijk moest de fotograaf zelf de minimaal 5000 euro ophoesten om zo’n toestel in zijn winkel te krijgen. Om het installatieritme op te drijven, heeft Spector echter beslist om een deel van de nieuwe kiosken zelf voor te financieren.
Negatief eigen vermogen?
Spector wil te allen prijze een voortrekkersrol spelen in de digitalisering van de fotomarkt, maar dat is natuurlijk niet zonder gevaar. De begin deze maand gepubliceerde halfjaarcijfers illustreerden dat het bedrijf nog altijd in een overgangsfase zit, want de digitale opmars is nog verre van voldoende om de klappen in de analoge markt op te vangen. Het nettoresultaat dook voor maar liefst 3,8 miljoen euro in het rood. Traditiegetrouw is de eerste jaarhelft altijd zwak, maar de put was wel onbehoorlijk diep.
Toch vindt Van Doorslaer het nog altijd een realistisch doel om over het hele jaar in winst te eindigen, maar dan zal het derde kwartaal wel zeer goed moeten zijn. Analist Dirk Saelens van KBC Securities, trouwens de enige analist die het aandeel nog opvolgt, gelooft daar niet meer in en verwacht dat de groep zal eindigen met een nettoverlies van 1,4 miljoen euro. Hij hakte ook fors in op zijn eigen koersdoel voor het aandeel door het te verlagen van 9 naar 6,5 euro. Vorige week betaalden beleggers 7,30 euro voor een aandeel. “Er zijn nog te veel vraagtekens,” verklaart Saelens zijn drastische ingreep. “In de eerste plaats is het natuurlijk bang afwachten hoelang de daling in de analoge markt zal aanhouden. Bovendien zou de fusie met de postorderdivisie van Valora nog een boel extra kosten kunnen meebrengen. Ik twijfel echter niet aan de digitale strategie van Spector, want die lijkt me de juiste.”
Op zich hoeft een nettoverlies niet meteen een probleem te vormen, maar de balans kan toch niet al te veel grote uitschuivers verdragen. Bovendien bestaat bijna één vierde van het balanstotaal uit immateriële vaste activa die het gevolg zijn van het activeren van marketingkosten. En als er iets is waar analisten allergisch voor zijn, dan is het dat wel. Met het oog op de nakende invoering van de boekhoudnorm IAS/IFRS zou dat wel eens tot problemen kunnen leiden. “In principe zal dat niet meer kunnen, maar een definitief antwoord is er nog niet,” aldus analist Dirk Saelens. “In het slechtste geval moet dat volledige bedrag van het eigen vermogen worden afgeschreven en dan zal daar niet veel meer van overblijven. Maar er zullen ongetwijfeld ook positieve herwaarderingen zijn, waardoor de uitkomst niet zo negatief hoeft te zijn.”
Bij Spector hebben ze die oefening natuurlijk al langer gemaakt, maar deze koersgevoelige informatie wil Van Doorslaer niet lossen. Al is de glimlach op zijn gezicht veelbetekenend. “Er gaapt een brede kloof tussen de boekhoudkundige regels en de realiteit van het bedrijfsleven,” geeft hij nog mee. “Wij zijn altijd heel open geweest in onze communicatie met betrekking tot het activeren van die marketingkosten, omdat we vinden dat onze balans een correcte weerspiegeling van de realiteit is.”
De lange benen van Johan Mussche
Al heeft Spector op dat vlak de voorbije jaren serieuze inspanningen geleverd, de balans oogt nog altijd een beetje gammel. Dat is de erfenis van een Duits avontuur. Met het oog op een diversificatie van de activiteiten lanceerde Spector zich in 1996 namelijk in de retailsector. Het bedrijf haalde meteen het grove geschut boven en nam in één klap de winkelketens Photo Hall (België), Föfoto (Hongarije) en Photo Porst (Duitsland) over. Vooral die laatste winkelketen bleek een miskoop en woog jarenlang zwaar door op de resultaten van de groep. Van Doorslaer & co. waren dan ook maar wat blij toen ze vijf jaar na de overname de probleemdochter van de hand konden doen.
Het winkelconcept van Photo Hall onderscheidt zich van de rest door de focus op vier verschillende productcategorieën: foto, telecom, hifi en multimedia. Photo Hall zweert ook bij de grote merken. “De relatie met onze leveranciers staat centraal,” legt Van Doorslaer uit. “Dat verklaart ook waarom wij er nog altijd zijn, terwijl concurrenten als Roels, Tandy, Telefusion en onlangs nog Megapool van de markt verdwenen zijn.” Ondertussen telt de groep bijna vierhonderd winkels en behoort de groep in België, Hongarije en Luxemburg tot de marktleiders. In eigen land is er nog plaats voor een dertigtal extra winkels, maar de expansie wordt afgeremd door een gebrek aan panden en aan geschikt personeel. De vijf Franse winkels, allemaal in Elzas-Lotharingen, moeten gezien worden als een verkenning van de markt. Van Doorslaer vindt het nog te vroeg om het project te evalueren.
Photo Hall moet echter meer worden dan een winkel waar de consument terecht kan om een gsm of een televisietoestel te kopen. “In het digitale tijdperk is Photo Hall niet alleen een belangrijke verkoper van apparatuur, maar ook en vooral van diensten,” legt Van Doorslaer uit. “Dankzij dit platform kunnen we de link leggen tussen consumentenelektronica en het fotogebeuren.” Het is de bedoeling om voor het einde van het jaar in alle vestigingen van Photo Hall ook de Pixbox te installeren. Tegelijk krijgt het personeel de opdracht om bij de verkoop van een digitale camera ook even de kiosken ter sprake te brengen.
De diversificatiestrategie dateert nog uit de periode dat het bedrijf geleid werd door Johan Mussche, de laatste operationele telg van de stichtende families. Drie jaar geleden overleed de Trends Manager van het Jaar 1995. “Ik was meteen mijn beste vriend kwijt,” mijmert Van Doorslaer. “Johan was een man met lange benen, letterlijk en figuurlijk, want soms wou hij wel eens te snel gaan. Hij was een man met visie, die ver op zijn tijd vooruit was. De professionalisering van het familiebedrijf was zijn stokpaardje.” Toch telt de raad van bestuur op dit ogenblik amper vier onafhankelijke bestuurders, waarvan Luc Vansteenkiste ( VBO en Recticel) de bekendste is. Daarnaast zetelen er negen bestuurders die de referentieaandeelhouders Stichting Administratiekantoor Consortium ex-IPG en Fotoinvest (onder andere Philippe Vlerick) vertegenwoordigen. Naast een aantal kaderleden konden enkel de uitvoerende bestuurders in het verleden intekenen op aandelenopties, maar geen enkele werd tot nu toe uitgeoefend. Met een uitoefenprijs van 37,16 euro is de kans vrij klein dat er ooit iemand zal kunnen genieten van het eerste aandelenoptieplan dat december 2007 als laatste uitoefenperiode heeft. Al is Tonny Van Doorslaer daar nog niet zo zeker van. “In onze sector kan het ontzettend snel gaan.”
Raphael Cockx Dirk Van Thuyne
“Op korte termijn
vormt de digitalisering
nog altijd een bedreiging
voor Spector.”
“In het digitale tijdperk is
Photo Hall niet alleen een belangrijke verkoper van apparatuur, maar vooral van diensten.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier