Recessie bij onze oosterburen: ‘Zelfgenoegzaamheid heeft de Duitse industrie echt geraakt. Laat dat een les zijn voor Vlaanderen’
De Duitse economie is vorig jaar gekrompen. Het Duitse bruto binnenlands product (bbp) daalde in 2023 met 0,3 procent ten opzichte van 2022. Is de locomotief van de eurozone het spoor bijster? Carsten Brzeski, de hoofdeconoom van ING Duitsland, en Geert Janssens, de hoofdeconoom van Etion, leggen uit.
Wat is de oorzaak van de Duitse recessie?
CARSTEN BRZESKI. “Een lange reeks factoren is verantwoordelijk voor de slabakkende economie. Belangrijk was de hogere rente van de Europese Centrale Bank. Zowel de particuliere consumptie (afname met 0,8 procent in vergelijking met het jaar ervoor, nvdr) als de industrie (economische activiteit zag afname van twee procent, nvdr) waren zwak in 2023. Zowat het enige wat een kleine positieve bijdrage aan het bbp heeft geleverd, was de overheid, door het wegvallen van de coronamaatregelen.
“Daarnaast lijdt het land onder een combinatie van externe schokken, zoals de oorlog in Oekraïne en de gedaalde vraag uit China. De op een na grootste economie ter wereld trekt niet meer aan, na de pandemie. Intussen kan China steeds meer zonder Duitsland, maar Duitsland niet zonder China. Voor de pandemie ging bijna 8 procent van de Duitse export naar China, nu nog 6 procent. Duitsland heeft China als handelspartner nodig voor onder meer de import van batterijmaterialen en zonnepanelen. Zonder de door China geleverde grondstoffen krijgt Duitsland de energietransitie niet voor elkaar.”
GEERT JANSSENS. “Dat de levensbelangrijke auto-industrie in de elektrificatie wat achteroploopt, is emblematisch. Het probleem is vooral het niet snel kunnen schakelen, doordat het land zich blijft vastklampen aan oude ideeën, zoals brandstofmotoren. Ook wel omdat het zich bureaucratisch vastgereden heeft onder invloed van de befaamde schuldenrem, de Schuldenbremse (het begrotingstekort mag niet meer dan 0,35 procent van het bbp bedragen, nvdr). De Duitse economie heeft eigenlijk investeringen nodig. De politiek zou gemakkelijk een hoger tekort kunnen tolereren in deze moeilijke tijden, maar nein ist nein.”
BRZESKI. “Wie kijkt naar internationale ranglijsten voor concurrentiekracht, ziet dat die in Duitsland al afneemt sinds 2012, door een algemeen gebrek aan investeringen en een hortende digitalisering en digitale infrastructuur.”
‘De grootste les is dat ons vergunningenbeleid – de langetermijnvisie daarop – coherent moet zijn. Dat men niet probeert te bricoleren, zoals nu’
Geert Janssens (Etion)
Houdt de zieltogende Duitse industrie, die erg leunt op de petrochemie, Vlaanderen een spiegel voor? Met andere woorden: zijn hier voor ons lessen uit te trekken?
BRZESKI. “Jazeker. Het gebrek aan duidelijkheid speelt de Duitse industrie parten. Ineens zijn de energiekosten torenhoog (door het wegvallen van onder meer de goedkope Russische gasbron en kernenergie, nvdr.) en weten de energie-intensieve productiebedrijven niet meer waar ze aan toe zijn. ‘Als het zo onduidelijk is waar het energiebeleid naartoe gaat, dan moeten we misschien elders gaan produceren’, redeneren die.
“Les één: wees altijd attent, alert en innovatief. Leun niet achterover met het idee van: ‘we zijn goed, we zullen dat ook blijven’. Die zelfgenoegzaamheid heeft de Duitse industrie echt geraakt. Er werd duidelijk onderschat wat in het buitenland aan innovatie plaatsvindt. Niet zien dat China op een gegeven moment de producten die het in Duitsland koopt, zelf kan maken, is een strategische inschattingsfout geweest. Het is aan de beleidsmakers om een heel duidelijk, stabiel investeringsklimaat te creëren in eigen land. Dat is les twee: voldoe aan de voorwaarden daarvoor. Als je je industrie wil blijven behouden, zorg dan voor een stabiele energievoorziening en goed opgeleide mensen in eigen land.”
JANSSENS. “De grootste les is dat ons vergunningenbeleid – de langetermijnvisie daarop – coherent moet zijn. Dat men niet probeert te bricoleren, zoals nu met het stikstofakkoord. De kans is groot dat dat zich juridisch weer zal vastrijden. Je moet de procedures vereenvoudigen.”
Wat moet Duitsland nu doen?
JANSSENS. “De trein van de digitalisering raast door. Die is nog moeilijk in te halen. Duitsland staat bijvoorbeeld nergens op het gebied van artificiële intelligentie. In de toepassing van de digitalisering in de industrie, de machinebouw en de grote industriële productie zijn ze wel mee. Daar hebben de Duitsers wel hun werk gedaan, dus kunnen ze nog altijd proberen die voorsprong te behouden.
“Alleen blijft de Amerikaanse Inflation Reduction Act belangrijke bedrijven uit de maakindustrie afsnoepen. Zo dreigt Volkswagen ermee zijn EV-batterijen te gaan bouwen in Amerika. De politiek moet het geweer van schouder veranderen. De verkeerslichtcoalitie (federale coalitie van socialisten, liberalen en groenen, nvdr) moet een aantal taboes doorbreken. Ofschoon dat voor de liberalen moeilijk ligt, moet de schuldenrem echt worden weggenomen. Daarnaast moet het groene fundamentalisme wat afzwakken: iets meer realistisch zijn in de ambities, veel meer inspelen op wat de bedrijven vandaag kunnen doen. Ook dient te worden ingezet op economische migratie, meer in functie van de behoeften van de arbeidsmarkt. Om het vertrouwen van de burger te herstellen, moet Duitsland de motor van het sociaal overleg opnieuw op gang krijgen. Dan kunnen ze heel snel schakelen.”
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier