Hogere btw als communautaire pasmunt

Didier Reynders, de federale minister van Financiën en voorzitter van de MR, zegt dat hij niet anders kan dan 21 % btw op sommige bouwgronden te heffen. Europa verplicht hem daartoe. Een Vlaming die bouwgrond en onroerend goed bij dezelfde persoon koopt, ziet daardoor vanaf het midden van augustus de kostprijs met 11 % stijgen. Tot nu toe betaalde hij slechts 10 % registratierechten.

Sommigen betwisten de Europese verplichting. Normaal zou de liberale excellentie zich uit de naad werken om de bevolking de bijkomende last te besparen. Deze keer niet. Waarom? En waarom nu?

Omdat die maatregel zijn kiespubliek tegemoet komt. Waalse bedrijven die gronden saneren, varen er wel bij. De btw die ze nu zelf moeten betalen, kunnen ze fiscaal recupereren als de nieuwe regels van kracht worden.

Maar hoe zit het met de gemiddelde Waal? Die ziet zijn factuur met 8,5 % stijgen omdat hij nu 12,5 % registratierechten betaalt. Dus treft Reynders eveneens een deel van het potentiële eigen electoraat. Vreemd. Gokt hij erop dat die mensen het zaakje al vergeten zijn als ze in juni volgend jaar in het stemhokje staan? Allicht niet en heeft hij berekend dat de electorale return van de maatregel groter is dan het verlies.

Misschien hoeft hij de kandidaat-bouwers helemaal niet op kosten te jagen. Hij heft 21 % btw zoals Europa vraagt, stort het bedrag door naar de gewesten, die het verschil met hun registratierechten uitbetalen aan de betrokkenen. Iedereen tevreden: Europa, de deelstaten en de kandidaat-bouwer. Iedereen? Neen, de federale overheid niet. En dat is meteen het antwoord op de vraag waarom Reynders er nu mee aankomt.

De federale overheid heeft geld nodig. Meer nog, ze heeft die btw-opbrengst al in haar begroting voor dit jaar geschreven. Eerste minister Yves Leterme (CD&V) zegt nu dat de nieuwe regeling de bouwer nauwelijks iets mag kosten. Maar dan moet de federatie wel anders aan geld zien te geraken.

Het politieke overleg tussen de federale overheid en de deelstaten moet resultaat opleveren tegen 23 april, wanneer ze opnieuw in hun overlegcomité bijeenkomen. Het valt gemakkelijk te raden dat als een compromis uitblijft, verkopers het op een akkoordje zullen gooien met kopers die de mogelijke verhoging in augustus niet willen afwachten.

De verkopers zullen er wel bij varen, want zij zullen enkele procenten meer kunnen vragen. De kopers zullen dat node moeten betalen, want langer wachten, kan een nog hogere kostprijs betekenen. Als de politieke overheid er niet uit geraakt, zal het aantal verkoopakten de komende maanden vermoedelijk toenemen.

En er is echter nog een reden waarom Reynders de kwestie nu op tafel gooit. Het zijn immers tijden van communautair geven en nemen. Vlaanderen met Europa in de hoek dringen, kan van pas komen als er finale arbitrages moeten gebeuren. (T)

Door Boudewijn Vanpeteghem

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content