Bolhoedbier
In 1909 zette John Martin in Antwerpen voet aan wal en legde de grondslag voor een bedrijf dat thans meer Belgisch verankerd is dan Brits. Onder de derde generatie diversifieerde de drankengroep naar activiteiten in het hotelwezen. Een portret.
Wat hebben Miss Belga, Guinness is good for you !, Orangina, een Gouden Carolus, brouwerij Timmermans, Ramlösa en het Château du Lac te Genval met elkaar gemeen ? De groep John Martin. Deze familiale onderneming, van Engelse origine maar met stevige wortels in Antwerpen, is in België niet echt een bekende naam. Ten onrechte. Want John Martin brouwt en bottelt in Vlaanderen. En John Martin is, na het beursgenoteerde City Hotels, een van Belgiës grootste hotelgroepen.
Het begin van John Martin gaat terug tot 1909 wanneer John V.B. Martin, geboren in Newmarket in Zuid-Engeland, als 24-jarige via Glasgow in Antwerpen terechtkomt. Afkomstig uit een gewone familie en op zoek naar een inkomen begint hij, eerst zeer kleinschalig, met de invoer van dranken uit Schotland zoals Dewer’s Whisky, en van citrusvruchten voor de productie van Globe-limonades. Miss Globe, een limonade met een laagje mousse, een primeur voor het vasteland, werd een waar succes maar later hier verboden onder druk van andere frisdrankconcurrenten alsook de Mandarino op basis van mandarinesap. Martin & Co aan de Everaertstraat in Antwerpen krijgt in 1912 ook het contract voor de aanmaak van het Indian Quinine Water van Schweppes en voor het bottelen van het beroemde Ierse bier Guinness. Tijdens de Eerste Wereldoorlog wordt alle activiteit op nul gezet. “Mijn grootvader nam de laatste trein naar Nederland op het ogenblik dat de Duitse troepen het land binnenvielen,” weet John Charles Martin, zijn kleinzoon en sinds eind jaren tachtig voorzitter van de groep John Martin.
Na de oorlog keert John V.B. Martin terug naar België en begint terug van niets. Hij richt tevens een van de eerste Belgische publiciteitsagentschappen op in samenwerking met S.F. May, die in 1921 het concept van Miss Belga lanceert. In ’23 krijgt John Martin de licentie voor het vervaardigen van het hele gamma Schweppes-specialiteiten in zijn fabriek in Antwerpen en richt daarvoor de nv Schweppes (Belgium) Ltd. op, die tevens depots in Brussel, Gent, Luik en Oostende opent. Van Bass krijgt Martin & Co de licentie voor het bottelen en commercialiseren van haar Pale Ale voor de provincie Antwerpen.
VERHUIS.
De aanleg van het Albertkanaal begin jaren dertig stuurt de plannen in de war. Zegt John Charles Martin : “Door deze verbinding van de Schelde met de Maas veranderde de kwaliteit van het drinkwater in Antwerpen. De kwaliteit van het water is van essentieel belang bij het aanmaken van frisdranken, we waren dus genoodzaakt om naar een andere plek uit te kijken.” Dit werd Genval, waar op dat moment een fabriek van mineraalwater bankroet gaat. De productie van waters en limonades verhuist naar Genval, de bierbottelarij blijft in Antwerpen. In ’36 lanceert John Martin de Gordon Scotch Ale en de Gordon X-mas Ale.
Op 2 juli ’41 wordt Schweppes (Belgium) Ltd als vijandig bedrijf onder Verwaltung geplaatst en onder toezicht van een Duits controleur worden er Duitse bieren voor de bezettingstroepen gebotteld. Pas in ’46 wordt de productie van Schweppes en Globe hernomen.
Schweppes ressorteert intussen niet meer onder de groep John Martin. Tien jaar geleden nam Cadbury Schweppes alle licenties weer in eigen beheer. Tot John Martins frisdranklicenties behoren thans Orangina, Gatorade, Ramlösa en Snapple. Het betreft productie- en distributievergunningen, “doorgaans voor België en Luxemburg want Nederland is een zeer specifieke markt gedomineerd door enkele grote groepen,” aldus John Charles Martin.
De andere drankactiviteit omvat nog steeds de speciale bieren, met merken als John Martin’s, Guinness, La Trappe, Kilkenny, Gordon, McEwans en streekbieren als Bourgogne des Flandres, Timmermans, Gouden Carolus, Mechelschen Bruynen, Triple Toison d’Or. De bieren vertegenwoordigen zo’n 1,2 miljard frank omzet. Tot 50 % van die verkoop is export, voornamelijk naar Frankrijk (51 %), Italië (26 %) en Spanje. John Charles Martin : “In die landen proberen we nu ook sinds enkele jaren thema- pubs te ontwikkelen in samenwerking met lokale uitbaters. Dit geeft aan onze bieren een internationale dimensie.”
De meerderheid van de bieren wordt in België gebrouwen, de rest in Dublin of zoals het Gordon-gamma de naam Gordon werd door de stichter reeds in 1924 gedeponeerd in Edinburgh bij Scottish & Newcastle.
FAMILIAAL.
De groep John Martin, gecumuleerd goed voor een kleine twee miljard omzet, is een familiebedrijf in de striktste zin van het woord. Het aandeelhouderschap is voor honderd percent in handen van de familie, idem dito met de leiding en de bedrijfsfilosofie. “Wij zijn zeer gehecht aan de traditionele waarden van de stichter,” zegt John Charles Martin, de oudste van de drie broers van de derde generatie en dus ook group chairman. “Eerlijkheid op elk niveau, respect voor de mens en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Dit zijn voor ons fundamenten, die, ik moet dit eerlijk erkennen, in de huidige sociaal-economische context moeilijk te realiseren zijn. Als ik naar het nieuws en de berichten over de desintegratie van België luister, dan heb ik het moeilijk. De taalgrens loopt dwars door ons meer ( nvdr Genval). Wij worden een curiositeit.”
Zoals het een Angelsaksische familie met stijl betaamt, verschijnt ook in de familie Martin de voornaam van de stichter in elke generatie : John V.B. verliet Engeland in 1909 en vestigde zich in Antwerpen, een van zijn zonen noemt John James en een van zijn zonen noemt dan weer John Charles. Maar er zijn ook andere georganiseerde toevalligheden in de familie Martin. Zo bijvoorbeeld zijn twee zonen van John James geboren op 12 oktober, Peter in 1951 en Anthony in 1957. Twee andere kinderen, John Charles en Véronique zijn beide geboren op 8 mei, in respectievelijk 1949 en 1959. Dochter Diana werd geboren op 4 mei. “Zij is een beetje te vroeg gekomen,” weet John Charles Martin. Eraan toevoegend : “8 mei is namelijk de huwelijksverjaardag van mijn ouders.”
Een tweede Martin-eigen(aardig)heid : alleen de afstammelingen van het zogenaamde sterke geslacht komen in aanmerking om in het familiebedrijf te werken. Van de tweede generatie waren dit Andrew en John James én de echtgenoot van Joan Martin, Freddy De Man. Van de derde generatie zijn dit John, Peter en Anthony, want Andrew Martin is in ’85 kinderloos overleden en Michaël De Man, de enige zoon van Joan Martin en Freddy De Man, is niet actief in zaken.
“Indien we aan de vierde generatie geraken, is dit omdat we weinig talrijk zijn,” weet John Charles. “Het beperkt houden is voor ons een sleutel. De opvolging van de volgende generatie zal moeilijker zijn, maar we voeden de kinderen op onafhankelijk van het zakenleven én van het familiebedrijf. De toekomst van de familiale onderneming wordt sowieso moeilijk.”
DIVERSIFICATIE.
“Toen mijn grootvader, mijn vader en zijn broer het bedrijf leidden, heb ik gemerkt dat het nodig is dat de verantwoordelijkheden duidelijk afgebakend zijn,” vertelt John Charles Martin, zelf vader van drie kinderen. Bij het aantreden van de derde generatie is dan ook een duidelijke taakverdeling gebeurd. Peter heeft de leiding over de bottelarij in Antwerpen en over de controle van de bieren die de groep zelf brouwt zo bijvoorbeeld zijn Timmermans Brouwerij uit Itterbeek en het Brugse Bourgogne des Flandres eigendom van John Martin, Palm Brouwerij in Steenhuffel brouwt en bottelt voor John Martin. Anthony is gedelegeerd bestuurder van John Martin nv en heeft dus het commerciële aspect van alle John Martin-producten onder zich. John Charles tenslotte is voorzitter van de groep en houdt zich ledig met het management van de hotels.
Het idee om hotels uit te baten, is ontstaan nadat de Schweppes-productie in 1981 werd overgeheveld naar een nieuwe fabriek in een aanpalende straat en het kasteel van Genval leeg kwam te staan. “Het was te mooi om te laten wegkwijnen,” aldus John Charles, die besliste om er een internationaal seminariecentrum met hotel in onder te brengen. Het Château du Lac (opening : 1985) was een eerste in een reeks. Snel volgden het Lido hotel in Rixensart, de Villa du Lac, Le Manoir du Lac en het Grand Hôtel Waterloo. Samen goed voor een 200-tal kamers, die op jaarbasis, aldus John Charles Martin, een bezettingsgraad van 65 % halen. “Het zijn zakenhotels en u kent het probleem van de zakenhotels in en rond Brussel ? Die staan leeg in de zomer omdat we onze hoofdstad niet fatsoenlijk promoten in het buitenland. Maar dit is een afgezaagd liedje, nietwaar ?”
CATHY BUYCK
JOHN CHARLES MARTIN De jongste activiteit, het hotelwezen, staat reeds voor een derde van de groepsomzet.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier