Aantal Europeanen dat werkt, blijft dalen

(Belga) Het aantal Europeanen op arbeidsactieve leeftijd dat werkt, blijft dalen. Dat blijkt uit de cijfers voor 2013 van Eurostat, de Europese statistische dienst. In 2008 waren meer dan 70 procent van de Europeanen tussen 20 en 64 jaar aan het werk. Na de crisis zakte dat tot 68,9 procent, in 2013 lag hun aandeel nog lager: op 68,3 procent. De doelstelling van 75 procent tegen 2020 lijkt hiermee steeds verder weg.

Bij de oudere werknemers, vanaf 55 jaar, is er wel een stijgende tendens. Daar werkt intussen meer dan de helft (50,1 procent) tegen amper 38,1 procent in 2002. Het probleem lijkt zich dus vooral in de andere leeftijdscategorieën te manifesteren. In heel wat crisislanden zoals Griekenland en Spanje staat de jongerenwerkloosheid op een record. Eurostat merkt op dat er grote verschillen zijn tussen de landen. In Duitsland en Malta bijvoorbeeld ging de werkzaamheidsgraad de jongste tien jaar continu in stijgende lijn. Portugal kent de omgekeerde evolutie: daar daalde het aantal mensen met een job gestaag. België kende een stijgende verloop tot 2008, het jaar van de crisis. Sindsdien is het aandeel werkenden gestabiliseerd. De landen met de hoogste werkzaamheidsgraad in 2013 zijn Zweden (79,8 procent), Duitsland (77,1 procent), Nederland (76,5 procent) en Denemarken (75,6 procent). De slechtst scorende landen zijn Griekenland (53,2 procent), Kroatië (53,9 procent), Spanje (58,2 procent) en Italië (59,8 procent). België bevindt zich met een werkzaamheidsgraad van 68,3 procent in 2013 op het Europese gemiddelde. Ook bij de oudere bevolking is er een duidelijke tweedeling tussen het noorden en het zuiden van Europa. België bevindt zich met een werkzaamheidsgraad van 50,1 procent op het Europese gemiddelde. Slechts in één EU-land werkt meer dan 70 procent van de 55-plussers: Zweden. Slovenië bengelt met een werkzaamheidsgraad van 33,5 procent onderaan de rangschikking. (Belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content