Pensioenbonus versus flexi-job: wat is het voordeligst?
Vanaf 1 juli 2024 beloont de overheid degenen die na hun vroegst mogelijke pensioenleeftijd nog een tijdje aan de slag blijven zonder pensioen op te nemen. Is deze zogenoemde pensioenbonus al dan niet interessanter dan als gepensioneerde een flexi-job op te nemen?
De pensioenbonus voorziet in een extra vergoeding bovenop het wettelijke rustpensioen voor werknemers, ambtenaren en zelfstandigen die beslissen om na hun vervroegde pensioenleeftijd nog wat verder te werken. De vervroegde pensioenleeftijd ligt vandaag op: 63 jaar na 42 bewezen loopbaanjaren; 61 jaar na 43 bewezen loopbaanjaren; en 60 jaar na 44 bewezen loopbaanjaren.
Het bonusbedrag kan opgebouwd worden over maximaal drie jaar en is progressief. De nettovergoeding stijgt dus naarmate u langer blijft werken. Ze bedraagt 3.775 euro tijdens het eerste extra jaar; 7.550 euro tijdens het tweede extra jaar; en 11.325 euro tijdens het derde opeenvolgende jaar.
Kunt u 43 of 44 jaar bewezen loopbaanjaren voorleggen bij de aanvang van de pensioenbonus, dan is elk jaar meteen goed voor het hoogste bedrag van 11.325 euro. Dat betekent dat u na drie jaar een vergoeding van 33.975 euro netto heeft opgebouwd.
De pensioenbonus treedt op 1 juli 2024 in werking, en kunt u vanaf dan al opbouwen. Hij wordt pas uitbetaald aan wie ten vroegste vanaf 1 januari 2025 met pensioen gaat.
Ieder geval is anders
Wilt u graag wat bijverdienen op latere leeftijd, dan lijkt een pensioenuitstel in ruil voor de pensioenbonus sowieso een interessante optie. Maar u kunt er ook voor kiezen om toch vervroegd met pensioen te gaan en vervolgens nog een tijdlang bij te klussen als flexi-jobber. In dit artikel hebben we deze mogelijkheid al eerder besproken.
Welke optie is de meest voordelige? Wij legden de vraag voor aan de Federale Pensioendienst. “Elk pensioendossier is individueel en dus verschillend, waardoor we hierop geen eenduidig antwoord kunnen geven”, zegt woordvoerder Florent Mages. “We kunnen wel een theoretisch voorbeeld geven op basis van enkele aannames en gemiddelden.”
Scenario 1: u stelt uw pensioen met drie jaar (dat is het maximum) uit en bouwt gedurende deze periode een pensioenbonus op.
1. Inkomen uit tewerkstelling: 36 maanden x 2.669 euro (dit is het gemiddelde inkomen van 50- tot 64-jarigen volgens Statbel) = 96.084 euro
2. Pensioenbonus: 3.775 euro (eerste jaar) + 7.550 euro (tweede jaar) + 11.325 euro (derde jaar) = 22.650 euro
Totale opbrengst: 118.734 euro
Scenario 2: u neemt uw pensioen op de vroegste pensioendatum op en werkt nog gedurende drie jaar als flexi-jobber.
1. Inkomen uit flexi-job: 3 jaar x 7.668 euro (dit is het jaargrensbedrag voor 2024) = 23.004 euro
2. Maandelijks pensioen: 36 maanden x 1.933 euro (dit is het gemiddeld wettelijk pensioen volgens Statbel) = 69.588 euro
Totale opbrengst: 93.592 euro
In het tweede scenario wordt rekening gehouden met een inkomstenplafond voor inkomsten uit de flexi-job. Het jaargrensbedrag voor 2024 bedraagt volgens de Federale Pensioendienst 7.668 euro. Dat is het maximaal toegelaten inkomen uit een flexi-job dat in het geval van vervroegde pensionering cumuleerbaar is met het pensioen.
Wie zijn vervroegd pensioenrecht echter uitstelt in ruil voor de opbouw van een pensioenbonus, verdient over de tijdsspanne van drie jaar gemiddeld (118.734 – 93.592 =) 25.142 euro extra ten opzichte van wie meteen zijn vervroegd pensioen opneemt en dan aan de slag gaat als flexi-jobber.
“Hierbij wordt zelfs geen rekening gehouden met de verdere opbouw van de pensioenrechten”, merkt Florent Mages op. “Die geeft na de definitieve pensionering nog eens recht op een bijkomende 106,76 euro per maand, ofwel 1.281,12 euro op jaarbasis.” Anders gesteld: uw wettelijk pensioen zal hierdoor nog verder toenemen.
Als u weet dat een gemiddelde flexi-jobber volgens My Flexi-Job 13,60 euro per uur verdient, dan komt het hierboven vermelde plafond van 7.668 euro neer op 564 werkuren. Dat is minder dan een derde van een fulltime job (1.976 uur per jaar). Met andere woorden: het tweede scenario (flexi-job) is financieel minder interessant is dan het eerste (pensioenbonus), maar u hoeft er wel veel minder voor te werken.
Niet alleen financiële impact
De Federale Pensioendienst benadrukt dat bovenstaande scenario’s gebaseerd zijn op bepaalde aannames en gemiddelden. “Die opmerking is zeker terecht”, vindt Geert Vermeir, manager juridisch kenniscentrum van de hr-dienstenverlener SD Worx. “Maar je kan zo’n vergelijking nu eenmaal enkel vanuit een theoretisch voorbeeld bekijken, want anders wordt alles te technisch en te ingewikkeld. Eén algemeen antwoord kan nooit sluitend zijn.”
“Er spelen heel wat variabelen mee. Die kunnen enerzijds een financiële impact hebben, zoals de duur van de loopbaan, de hoogte van het wettelijk pensioen, het inkomen in de flexi-job en het inkomen in de ‘gewone’ job. Maar er is evenzeer een niet-financiële impact. Denk bijvoorbeeld aan de gevolgen voor uw sociale of familiale situatie, uw gezondheid en uwwerkomstandigheden.”
We komen in deze context nog een keer terug op het door de Pensioendienst gehanteerde jaargrensbedrag van 7.668 euro. Verdient u als vervroegd gepensioneerde flexi-jobber méér dan dit plafond, dan wordt uw pensioen verminderd met hetzelfde percentage als dat van de overschrijding van die grens. Meer inkomsten uit de flexi-job doen met andere woorden uw wettelijk pensioen dalen.
“Merk echter op dat er geen maximale inkomstengrens meer is zodra zij de leeftijd van 65 jaar bereikt hebben (of vanaf volgend jaar 66 jaar), maar ook wanneer ze een loopbaan van 45 jaar achter de rug hebben”, zegt Geert Vermeir. “Sommige 62-, 63- of 64-jarigen kunnen al zo’n lange loopbaan voorleggen. Voor hen is een onbeperkte cumul met het pensioen dus mogelijk, waardoor zij een hoger inkomen uit hun flexi-job kunnen halen.”
Anderzijds komt u vanaf 43 bewezen loopbaanjaren ook meteen in aanmerking voor de hoogste pensioenbonus van 11.325 euro (vanaf het eerste jaar). Dat extra voordeel moet u eveneens afwegen tegenover het andere scenario.
Kijk ook naar uw aanvullend pensioen
Ook het aanvullend pensioen is volgens Geert Vermeir een belangrijke factor. “Hiervoor zijn er eveneens veel variabelen, maar doorgaans blijft het extralegaal pensioen in het eerste scenario (pensioenbonus) nog verder aangroeien”, illustreert hij. “Mogelijk geniet je dan zelfs het voordelige belastingtarief van 10 procent in plaats van 16,5 procent, 18 procent of 20 procent. Want hiervoor moet je een loopbaan van 45 jaar kunnen voorleggen én de laatste drie jaar effectief actief geweest zijn.”
Wie kiest voor het tweede scenario (flexi-job) en dus vervroegd met pensioen gaat, ziet zijn aanvullend pensioen niet verder aangroeien. Het is dan ook minder waarschijnlijk dat deze gepensioneerde in aanmerking komt voor het voordelige belastingtarief. Het financiële nadeel ten opzichte van blijven werken en een pensioenbonus opbouwen wordt daardoor alleen maar groter.
Vanaf 1 juli kunnen werknemers, ambtenaren en zelfstandigen die hun pensioen uitstellen en verder werken een pensioenbonus opbouwen, maar ze mogen ten vroegste op 1 juli 2025 met pensioen gaan om recht te hebben op hun bonus. Het RSVZ en de Pensioendienst lanceren daarbij een communicatiecampagne ‘En jij, hoeveel doe jij erbij?’ om ervoor te zorgen dat de bonus en de voorwaarden die eraan verbonden zijn breed gekend zijn. Op mypension.be kun je voortaan onder het luik ‘Mijn pensioenbonus’ zien vanaf wanneer je je bonus kunt opbouwen. Het RSVZ en de Pensioendienst raden daarbij iedereen aan om op mypension.be te checken of er geen elementen ontbreken in zijn of haar loopbaan.
Misschien vindt u dit ook nog interessant:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier