Kampani: ‘Wij geven groeikapitaal aan coöperaties’

Kampani is een sociaal impactfonds dat investeert in coöperaties in het Zuiden om de kwetsbaarheid van kleine boeren te verminderen. “Wij meten succes enkel op het niveau van de kleine producent.”

Groeikapitaal vinden is voor coöperaties van arme boeren bijna onbegonnen werk. “Wij zijn een impactfonds voor een specifieke niche van investeringen. Wij willen echt een probleem oplossen. Vaak zie je het andersom, een grote zak geld die op zoek gaat naar een probleem”, legt directeur Wouter Vandersypen uit.

Op welke manier hebt u impact?

WOUTER VANDERSYPEN. “Kampani is geboren uit een frustratie die leeft bij veel overheden en ngo’s. Onze projecten worden veelal aangeleverd door onze aandeelhouders, organisaties zoals Trias, Rikolto en Broederlijk Delen. Zij hebben coöperaties soms jarenlang ondersteund, maar wanneer ze een volgende stap naar een meer commerciële logica willen doen, vallen ze uit de boot. Op het platteland zijn er weinig banken of ze hebben veel onderpand nodig. Wij geven coöperaties groeikapitaal op de lange termijn en perspectief. Dat was een ontbrekende schakel in hun verhaal.

“Onze tweede impact is op het niveau van de coöperanten, de kleine familiale boeren. Vaak balanceren die op het randje van overleven. Daar draait het om het verminderen van kwetsbaarheid. Dat kan door hun inkomsten te vergroten, te versterken en vooral ook te diversifiëren.”

Hoe meet u die impact?

VANDERSYPEN. “Wij meten succes alleen aan dat laatste punt. Vaak kijken fondsen naar bredere economische indicatoren, zoals armoedecijfers of aantal arbeidsplaatsen. Wij meten altijd het inkomen van de boer. Niet alleen hoeveel die verdient, maar ook bijvoorbeeld de marges en de afhankelijkheid van afnemers. Alles om die kwetsbaarheid te meten. Per deal spreken we ook specifieke targets af, bijvoorbeeld rond de inclusie van jongeren of vrouwen.”

Hoeveel impact hebt u al gehad?

VANDERSYPEN. “We hebben 10 miljoen euro opgehaald. Daarvan is 8,5 miljoen aan het werk gezet. We bereiken rechtstreeks zo’n 90.000 boeren, en onrechtstreeks nog veel meer mensen. Denk aan de klanten van de coöperatie in Nicaragua die zaailingen kweekt en daar een eerlijke prijs voor vraagt. Ik ben ook trots op onze keuze van landen. Onze portefeuille is voor twee derde geïnvesteerd in voormalige conflictgebieden.”

Hoe kunnen beleggers investeren? Wat is het rendement en de risico’s?

VANDERSYPEN. “We zijn er helaas niet voor een kleine belegger. We mikken op de meer vermogenden met grote tickets vanaf 100.000 euro. Hoewel we tot op vandaag geen enkele klant dreigen te verliezen wegens faillissement, vragen wij veel van aandeelhouders. Die moeten echt de sociale return in rekening brengen, want we beloven slechts een beperkt financieel rendement. We zien wel dat meer mensen daarvoor openstaan.”

Waar dient het geld bijvoorbeeld concreet voor?

VANDERSYPEN. “Het beste voorbeeld is misschien onze eerste investering, een unie van coöperaties ondersteund door Broederlijk Delen met 30.000 koffieboeren. Die boeren hebben nu zelf hun fabriek in handen.”

Lees ook: