DE ANTI-KAFKA

De regeringscommissaris voor de administratieve vereenvoudiging, van de regering- Verhofstadt, Anne André-Leonard (PRL), is in Vlaanderen minder bekend dan haar twee collega’s, de SP’er Freddy Willockx en de gewezen minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Charles Piqué (PS), respectievelijk belast met de dioxineproblemen en het grootstedelijk beleid. Anne André-Leonard, geboren en getogen in Schaarbeek, is oud-burgemeester van Ottignies, het Waals-Brabantse stadje bij Louvain-la-Neuve waar ze neerstreek na haar huwelijk met een kaderlid van Electrabel. Ze studeerde handelswetenschappen en boekhouding en is sedert begin de jaren ’70 vergroeid met het partijapparaat van de Franstalige liberalen.

Haar loopbaan begon ze als kabinetsmedewerker, eerst op Waalse Streekeconomie in 1973, later op Openbare Werken. In 1980 verschoof haar werkterrein naar Europa, waar ze in 1985 de ministrabeleDaniel Ducarme opvolgde. Ze bleef Europarlementslid tot vóór enkele weken, met een korte onderbreking van ’89 tot ’91, toen ze als eerste schepen het burgemeesterschap overnam van Valmy Fléaux (PS), toen die gouverneur van Waals-Brabant werd.

Als Europarlementslid verdiepte Anne André-Leonard zich in Culturele Zaken, was ze onder meer verslaggever voor Media II (bepalend voor het audiovisuele beleid van de EU) en voor Aids in de commissie Ontwikkelingssamenwerking. Later, toen haar partijgenoot Philippe Monfils niet langer ministrabel was en in Europa Cultuur opeiste, ging André-Leonard zich toeleggen op Buitenlandse Zaken en Mensenrechtenbeleid, twee commissies die ze erfde van de plots overleden Jean Gol. Ook daar werd ze rapporteur, voor de samenwerkingsakkoorden met Uzbekistan en met India.

Nadat Gérard Deprez bedankte voor een Waals ministerschap in “een regering van pygmeeën” en in haar plaats naar Europa trok, verraste PRL-voorzitter Louis Michel haar met een benoeming tot regeringscommissaris.

“Als liberaal vertoef ik in ondernemerskringen en ik ben dus vertrouwd met hun klachten,” zegt Anne André-Leonard, “deze functie beantwoordt wel degelijk aan een behoefte.”

Ze kent de astronomische cijfers van het Verbond van Belgische Ondernemingen, dat berekende dat de administratieve papierberg de bedrijven jaarlijks 208 miljard frank kost. “Kmo’s zijn daarvan het grootste slachtoffer.”

Hoewel haar opdracht luidt: afbouw van overbodige administratieve procedures in het algemeen met 10% in de komende twee jaar en met 25% tegen het einde van de kabinetsperiode, legt ze de prioriteit bij de vereenvoudiging van procedures voor het bedrijfsleven. Ze verwijst daarvoor naar een Europese aanbeveling van 22 april 1997. Ze beseft dat “vereenvoudiging helaas meestal gepaard gaat met nieuwe reglementeringen, zeker in een ingewikkeld land als het onze.”

In die val wil ze niet trappen. “Er wacht ons dus veel coördinatiewerk met alle betrokken federale en gewestelijke ministeries en werkgeversorganisaties,” zegt ze in gebrekkig Nederlands. Ze ziet haar functie niet als een overlapping met de in mei door de regering- Dehaene aangestelde commissaris-generaal Erwin De Prie van de DAV, Dienst Administratieve Vereenvoudiging. “De DAV richt zich prioritair op de kmo’s, het commissariaat heeft een ruimere opdracht. Maar we zullen nauw samenwerken.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content