Patrik De Haes (CEO biotechbedrijf Oxurion): ‘We zijn hier goed in leedvermaak’
Geen enkel Belgisch biotechbedrijf heeft zulke pieken en dalen gekend als het Leuvense Oxurion, beter bekend onder zijn vorige naam ThromboGenics. CEO Patrik De Haes incasseerde al uppercuts, maar weigert tegen het canvas te gaan.
Nu 2019 bijna voorbij is, selecteert Trends de artikels die vorig jaar het meest in de smaak vielen bij de lezers. Patrik De Haes, CEO van Oxurion, merkt in dit interview op ‘dat er een beetje begrip mag worden getoond voor onze wetenschap, voor tegenslagen in de biotech: We volgen het juiste pad’.
Een handvol jaren geleden groeiden de bomen nog tot in de hemel voor Oxurion, dat toen nog ThromboGenics heette. Het door de Leuvense hoogleraar Désiré Collen opgerichte bedrijf had begin 2013 het oogmedicijn Jetrea op de Amerikaanse markt gebracht. Een knappe primeur, want nooit eerder had een Belgisch beursgenoteerd biotechbedrijf het hele parcours op eigen houtje afgelegd. Het bracht een golf van beleggersenthousiasme op gang. Vloeibaar goud heette Jetrea te zijn, omdat het volgens sommige analisten jaarlijks minstens een half miljard euro kon opleveren. Beleggers stuwden het aandeel naar een piek van 47 euro, en CEO Patrik De Haes en zijn team werden bedolven onder de lofbetuigingen.
Als ik zie waar we nu staan met onze portfolio, mag ik niet klagen. Ik ben blij met wat ik zie
Maar het sprookje bleef niet duren. De strategie was Jetrea zelf te verkopen aan Amerikaanse oogspecialisten. Dat mislukte, deels omdat die specialisten liever lucratievere chirurgische ingrepen deden. Ook voor Novartis, dat instond voor de verkoop in de rest van de wereld, viel het zwaar tegen. ThromboGenics viel uit de gratie, de impact op de aandelenkoers was desastreus. Enkele jaren later was die meer dan gedecimeerd. De Haes moest herstructureren, waardoor het aantal werknemers zakte van 150 naar 85. Omdat de schaduw van Jetrea over het bedrijf bleef hangen, vervelde de voormalige biotechvaandeldrager vorig jaar tot Oxurion en werd Jetrea volledig afgeboekt.
Oxurion verlegde de focus naar onderzoek naar oogmedicijnen voor diabetespatiënten. Een ander ijzer in het vuur was het in 2015 samen met het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) opgerichte oncologiebedrijf Oncurious. Oxurion en De Haes herwonnen stilaan het zelfvertrouwen, op basis van vier beloftevolle onderzoeksprogramma’s. Een ervan moesten ze eind 2017 afvoeren. Deze zomer kreeg Oxurion een nieuwe oplawaai, toen ook het verst gevorderde onderzoek naar een nieuw oogmedicijn (met codenaam THR-317) een onvoldoende kreeg. De aandelenkoers halveerde en flirt nog altijd met een historische bodemkoers van ongeveer 2,5 euro. Oxurion had het verprutst, klonk het. Maar van berusting is geen sprake bij De Haes, die het bedrijf al sinds 2008 leidt. Integendeel, de verbale tirade in de media heeft een opzwepend effect. “Ik geef nooit op. Hoe harder het is, hoe liever ik het heb.”
Onze sector is nog altijd kwetsbaar. Er zijn individuele successen, maar die maken nog geen coherent geheel
“We zijn nog niet dood”, zei u jaren geleden in Trends. Die indruk is er soms wel.
PATRIK DE HAES. “Er is een serieuze kloof tussen ons imago bij de belegger en wat dit bedrijf echt is. We brengen nog altijd goede en correcte wetenschap.”
De aandelenkoers hangt sinds de ontgoocheling met THR-317 wel op een historisch laag niveau.
DE HAES. “We zitten in de perfecte storm. De kleine belegger reageert verschrikt op zo’n nieuws. Als dan niemand aandelen koopt, krijg je zo’n koersval. Bovendien hebben we amper grote institutionele investeerders. Voor de commercialisering van Jetrea vertegenwoordigden die 60 tot 70 procent van onze aandelen. Nu is 75 tot 80 procent van het kapitaal in lokale handen.”
De reacties waren niet min: geflopt, verprutst en verkwanseld, lazen we.
DE HAES. “Ik lees weinig daarover. We proberen positief aan wetenschap te doen. Biotech is een van de weinige sectoren waarvan Vlaanderen toch enige concentratie heeft. En dat wordt dan stilaan verkocht, zoals Ablynx (vorig jaar overgenomen door het Franse Sanofi, nvdr). Er mag een beetje begrip worden getoond voor onze wetenschap, voor tegenslagen in de biotech. We volgen het juiste pad. Uiteraard hopen wij dat onze twee andere moleculen (THR-149 en THR-687, nvdr) het zullen halen.”
U moest regelmatig verwijten aanhoren over de strategie met Jetrea, terwijl u wel een werkzaam geneesmiddel op de markt hebt gebracht. Hoe hard steekt dat?
DE HAES. “Er zijn intussen meer dan 30.000 patiënten behandeld. Die mensen moesten dus geen chirurgie ondergaan. En we behandelen nog elke dag patiënten. Dat geeft enige voldoening. Iedereen weet hoe moeilijk het allemaal is, en hoe dicht succes en mislukking bij elkaar liggen.
“Opinies van andere mensen laten me koud. Ik tracht me niet in dat debat te mengen. Ik heb nooit commentaar op anderen gegeven toen het bij ons zo goed ging. Maar ik ken mensen al 61 jaar, dus ik weet hoe het werkt.”
Jetrea is volledig afgeboekt. Weegt dat, de waarde van het vroegere sterproduct op nul zetten?
DE HAES. “Jetrea is de jongste jaren niet onze grootste zorg geweest. We hebben twaalf jaar alles geprobeerd om het te doen lukken. We hadden erin kunnen blijven investeren, maar tegen die volumes zou het altijd een beperkte toekomst hebben gehad. We zorgen ervoor dat patiënten het kunnen krijgen, maar doen geen zware marketingcampagnes meer. We hebben in de Verenigde Staten zes mensen die het verdelen, that’s it. En we trachten het product te verkopen. Ik wil niet de indruk wekken dat we snel een deal zullen sluiten, maar we worden geregeld gecontacteerd.”
Wat is grootste misvatting over Oxurion?
DE HAES. “Dat we nog altijd met Jetrea bezig zijn.”
Hebben analisten en media te weinig oog voor de andere onderzoeksprogramma’s?
DE HAES. “Als je, zoals wij, een boksbal geworden bent, is het gemakkelijk telkens weer aan Jetrea te refereren. Voor alle duidelijkheid: wij voelen ons geen boksbal. We hebben een goed team en werken aan goede wetenschap. Zo komt een Ierse professor, een autoriteit in oogziekten, deeltijds bij ons werken. Zo iemand verbindt zijn naam niet zomaar aan een bedrijf als hij niet gelooft dat er aan goede wetenschap gedaan wordt.”
Vroeg of laat zult u kapitaal moeten ophalen. Twee jaar geleden had u 120 miljoen euro op de rekening, nu nog 60 miljoen en Oxurion verbrandt toch ruim 35 miljoen euro per jaar.
DE HAES. “In de VS vinden ze ons hoog gekapitaliseerd. Ze vragen ons wat we komen doen, omdat we nog cash hebben tot midden 2021. We hebben onze cash trouwens altijd correct gebruikt. De laatste keer dat we geld hebben opgehaald, was in 2012. Zeven jaar werken zonder verwatering van de aandeelhouders is niet mis.”
Is dat zo? Moet een dynamisch biotechbedrijf niet regelmatig geld ophalen om nog sneller te kunnen groeien?
DE HAES. “Als je cash ophaalt, moet je er ook iets mee doen. De markt verwacht dat. We hadden genoeg cash om onze projecten te financieren. Dus zouden we die cash alleen maar ophalen voor acquisities, en die zijn zeer duur. Om geld op te halen, moet je al een zeer concreet overnamedoelwit hebben.”
Zou Oxurion nu groter zijn als het in pakweg Boston was gevestigd?
DE HAES. ( knikt) “In Boston zou enkel gepraat worden over onze toekomst, niet meer over Jetrea. Hier wordt veel gepraat over het verleden en is Jetrea nog altijd onderwerp nummer 1. Dat is het grote verschil. Bovendien blijven Amerikaanse institutionele investeerders veel langer.
“Mocht iedereen kijken naar wie we nu zijn, dan zou het verhaal veel positiever zijn. Daarom hebben we Jetrea ook op nul gezet. En we steken onze tong uit naar iedereen die kritiek heeft ( lacht). Wij zijn verguisd omdat we het gedurfd hebben de Amerikaanse markt te betreden. Nochtans moeten wij onze kinderen echt leren te durven. Je moet lef hebben om all the way te gaan.
“En nog dit: louter de deal met onze voormalige distributiepartner Novartis heeft ons 250 miljoen euro opgeleverd. Dat geld is naar Vlaanderen gekomen. Je kan Jetrea verketteren zoveel als je wil, maar dat is niet niks.”
U hebt het kankeronderzoek in Oxurion afgesplitst in Oncurious. Wat zijn de plannen daarmee?
DE HAES. “In de eerste plaats voortwerken aan de ontwikkeling van ons potentiële geneesmiddel voor een zeldzame vorm van hersentumoren bij kinderen. Daarnaast hebben we vijf immuno-oncologieprojecten van het VIB gelicentieerd, dat daarvoor 15 procent van de aandelen in Oncurious heeft gekregen. Wij hebben 85 procent. Maar als een van die projecten in het lab blijkt te werken, verdubbelt dat belang. Eentje dat werkt in immuno-oncologie zou al zeer mooi zijn.
“We hebben beslist het kankeronderzoek af te splitsen, omdat het domein van immuno-oncologie zeer competitief is. Die producten kunnen enorme waarderingen krijgen. Je moet dus ook superspecialisten aantrekken. Dat betekent dat Oncurious volgend jaar een apart management zal krijgen. Ik ken wel iets van immuno-oncologie, maar niet zoveel als van oftalmologie. En intussen is Oncurious een beetje een virtueel bedrijf. Er werken al tien onderzoekers, maar het gebruikt onze diensten, zoals IT. Wij zijn een incubator voor dat bedrijf. En we ontwikkelen die dingen samen: de wetenschappers van het VIB zitten hier en de onze zitten er net naast. Maar we maken er ook liever nog niet te veel lawaai over. Dit is superinnovatief, dus willen we niet te snel laten weten waaraan we werken. Volgend jaar zijn de patenten klaar en kan ik dat met een gerust hart aankondigen. Maar het is ( aarzelt) niet slecht ( glimlacht). Onze focus ligt dan wel op oftalmologie, maar je mag niet vergeten dat we nog deze kleine diamant in handen hebben.”
De collega’s die het nu goed doen, zouden zich beter wat meer engageren om het geheel te versterken, in plaats van elkaar aan te vallen
Krijgt Oncurious naast een apart management ook een aparte beursnotering?
DE HAES. “Hoe we het verder zullen sponsoren, is nu voer voor discussie. Doen wij dat zelf of halen we extern kapitaal binnen? We weten het nog niet. Of een beursgang kan? Als dat succesvol is, why not?”
U hebt als CEO al heel wat jaren op de teller. Hebt u nooit de handdoek in de ring willen gooien?
DE HAES. “Zolang de raad van bestuur denkt dat ik de juiste man voor deze job ben, blijf ik dit doen. Het is nog altijd plezant, met dit team. Uiteraard is het plezanter als het goed gaat, maar als ik zie waar we nu staan met onze portfolio, mag ik niet klagen. Ik ben blij met wat ik zie.”
ThromboGenics werd lang beschouwd als de vaandeldrager van de Belgische biotech, terwijl het nu onder de naam Oxurion wordt ingedeeld bij de biotechdwergen. Denkt u dan: ‘wacht maar’?
DE HAES. “Ik geef nooit op. Hoe harder het wordt, hoe liever ik het doe. Bring it on! Dat verhardt mijn positie.”
Wat heeft u het meest verbaasd tijdens uw Belgische jaren als CEO?
DE HAES. “Leedvermaak. Daar zijn we hier goed in. Ik heb ook twintig jaar in de VS en in Zwitserland gewoond en gewerkt. Dat leedvermaak is echt uniek aan onze mentaliteit. ‘Ik voel me beter omdat een ander het niet goed doet.’ Dat heeft me verbaasd. In andere landen heb je dat niet. Ik zit toch al een tijdje in deze business en heb ook bedenkingen bij sommige bedrijven, maar ik voel niet de behoefte dat aan de pers te zeggen. En nog dit: de collega’s die het nu goed doen, zouden zich beter wat meer engageren om het geheel te versterken, in plaats van elkaar aan te vallen. Waarom gaan we niet constructiever om met wat we hebben. We moeten het positieve momentum gebruiken. We moeten elkaar leren ondersteunen om een positieve sfeer te creëren rond biotech, want die is er nog niet.”
Als die er na al die jaren nog niet is, wie zal daar dan voor zorgen?
DE HAES. “In de koepelfederatie FlandersBio zouden de bedrijfsleiders van de huidige winnende entiteiten zich beter moeten manifesteren. Ik heb dat gedaan toen ik van 2012 tot 2014 voorzitter was van FlandersBio. Nu is het aan anderen om deze industrie op te tillen. Ik zou graag hebben dat er over tien jaar nog iets overblijft van onze biotech. Er is geen cohesie in onze sector. Belangrijk is dat degenen met ervaring die delen met start-ups. Onze cluster is nog steeds kwetsbaar. Er zijn individuele successen, maar die maken nog geen coherent geheel.”
Welke belangrijkste managementlessen hebt u geleerd?
DE HAES. “Ik ben CEO sinds 1996, eerst in de VS, dan in Zwitserland en dan in België. Les 1 is: blijf jezelf in alle omstandigheden. Dat is ook les 2 en 3. Les 4 is dat je moet zorgen dat je een team hebt waarop je kunt bouwen. Je mensen zijn het belangrijkst. En dat loont. Onze mensen blijven gemiddeld zeven jaar. In biotech is dat heel goed. Les 5: kweek een olifantenvel. En de laatste les: behandel de mensen zoals je zelf behandeld wilt worden. Dan doe je niets verkeerd.”
Hebt u ook geleerd geduld te hebben?
DE HAES. “Ik heb enorm weinig geduld, maar dat zal je niet aan mij zien. Al moet ik dikwijls op mijn tanden bijten, als sommigen het belangrijk vinden om over ons te praten. Wel, ik vind het niet zo belangrijk om over hen te praten.”
U bent net 61 geworden. Denkt u soms dat u te weinig tijd hebt om gedaan te krijgen wat u nog wilt doen?
DE HAES. “Mijn enige filosofie is dat ik leef tot de dag dat ik sterf.”
Bio
· Geboren op 24 september 1958 in Duffel
· Gehuwd, vier kinderen
· Studies geneeskunde, Executive MBA in Minneapolis
· Start bij Sandoz Pharma, dat hem in 1987 naar Zwitserland stuurt.
· 1996: stapt over naar het Zwitserse Disetronic om een filiaal voor insulinepompjes op te starten in de VS. Bouwt als CEO Disetronic Medical Systems uit tot een van de snelst groeiende medtech-bedrijven in de VS.
· 2003: Overname Disetronic door Roche, dat De Haes vraagt de integratie ervan vanuit Zwitserland te leiden.
· 2007: start als operationeel directeur bij ThromboGenics
· 2008: CEO ThromboGenics
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier