Familiebedrijf Jacques IJs lonkt naar Scandinavië: ‘Noren eten roomijs als maaltijd’

DIRK ROBEYN “Ons nieuwe logistieke centrum is de belangrijkste investering in 38 jaar.” © FOTOGRAFIE EMY ELLEBOOG
Wolfgang Riepl
Wolfgang Riepl redacteur bij Trends

Het is piekseizoen voor de roomijsproducent Jacques IJs, met temperaturen die dit weekend boven 30 graden klimmen. Het familiebedrijf groeide de voorbije vier decennia uit tot een belangrijke speler in huismerken voor Europa. Scandinavië is een nieuwe beloftevolle markt. “Hoe gek het ook klinkt: hoe meer je naar het noorden gaat, hoe meer roomijs er gegeten wordt.”

In de productiehal hangt de prikkelende geur van chocolade. In grote silo’s zit een mix van melk, suiker, boter en aroma. Op de productielijnen krioelen hoorntjes, gevuld met diverse smaken roomijs. Volautomatisch worden ze gesorteerd en in doosjes van zes stuks verpakt.

Het is begin juli en dus topseizoen voor de familiale vennootschap Jacques IJs uit Oevel. “In de zomer stijgt de vraag met een factor vijf tot tien”, duidt gedelegeerd bestuurder Dirk Robeyn (60) de naarstige activiteit. “Tussen juni en september wordt tot 70 procent van de jaarlijkse roomijsconsumptie gegeten. Een mooie zomer betekent dus minstens een extra jaaromzet van een tiende. 2023 was nochtans heel slecht begonnen. Tot in mei heeft het geregend en gewaaid, het vroor zelfs. De warme maand juni heeft alles goedgemaakt. De consumenten snakten naar zon, ontspanning en een terrasje doen. Roomijs blijft plezier en genieten.”

Smurfenijs

Toch is Jacques IJs nauwelijks bekend voor zijn schepijs in de horeca of bij ijsventers. Het roomijsmerk Jacques staat voor circa 4 procent van het verkoopvolume. Die naam knipoogt naar de gelijknamige familie uit Genk, die in 1903 het bedrijf oprichtte. 96 procent van de productie zijn huismerken. De onderneming uit Oevel maakt bijvoorbeeld het roomijs voor koekjes van Lotus Bakeries. Ook Smurfenijs voor de hele wereld rolt van de productielijnen in Oevel.

Vier vijfde van de omzet wordt gehaald met huismerken voor supermarkten als Aldi, Carrefour, Colruyt, Delhaize en Rewe. “België is goed voor 18 procent van de volumeverkoop”, zegt Dirk Robeyn. “Onze thuismarkt is belangrijk, maar we zijn fors gegroeid door export, vooral in Duitsland, Frankrijk en Scandinavië. In Duitsland, onze belangrijkste markt, hebben we een verkoopkantoor. Ook de buurlanden, zoals Oostenrijk en Zwitserland, zijn belangrijk.

“Scandinavië is bovendien een zeer interessante markt. Hoe meer je naar het noorden gaat, hoe meer roomijs er gegeten wordt. Dat is heel gek, want je denkt dat het net andersom is. Noren consumeren per persoon het meeste roomijs in de hele wereld, terwijl het er acht maanden per jaar vriest. Roomijs wordt er gegeten als maaltijd. Het heeft veel voedingswaarde. ’s Middags eet een Noor vaak een fikse portie roomijs, want hij wil chocolade, vetten, melk en suiker.”

We brengen onze voorraad samen samen op één plaats en halen daarmee 2.000 vrachtwagens van de weg

Moeilijk onderhandelen

De forse groei vertaalt zich niet echt in een groeiende winstgevendheid. Jacques IJs is daarmee niet alleen. Ook Ysco, de grootste speler in huismerken en een filiaal van de grootste Belgische zuivelcoöperatie Milcobel, zag de winstmarges dalen.

“Het abnormale werd de voorbije jaren normaal”, zegt Dirk Robeyn. “Wij maken prijsafspraken op basis van jaarcontracten. Die onderhandelden we in november 2021. Maar eind februari 2022 brak de oorlog in Oekraïne uit. De energieprijzen gingen maal zes, maal zeven. Er was een tekort aan papier, olie, suiker, boter, vet, plastic en zelfs labomateriaal voor de voedingstesten. Bovendien hadden we een goede zomer in 2022. Sommige prijzen en leveringstijden verdubbelden. Alles was plots overmacht. De heronderhandelingen met onze klanten waren heel moeilijk. Uiteindelijk hebben we onze gestegen onkosten deels kunnen doorrekenen, maar niet volledig.”

Het leidde tot een klein bedrijfsverlies in 2022 (zie tabel).

© National

Bij een hoge inflatie stijgt nochtans de vraag naar huismerken. “Ik zeg dat niet graag, maar in recessietijden doen wij het goed. De inflatie drijft mensen naar goedkopere producten. Die zijn daarom niet slechter.”

De toekomst

Jacques IJs blijft financieel bijzonder solide. Het bedrijf is sinds 1986 in handen van de Kempense familie Mermans. Sinds dat jaar leidt ook Dirk Robeyn het bedrijf. “We blijven volledig familiaal”, benadrukt de gedelegeerd bestuurder. “Mijn zoon Nicholas (35) is al ruim negen jaar actief in het bedrijf. Hij is nu verkoopdirecteur en zal in afzienbare tijd de fakkel overnemen.”

Naast het hoofdgebouw pronkt een nieuw logistiek centrum. Het wordt in oktober volledig operationeel. Ook die investering drukte de bedrijfswinst. “Ons bedrijf is klaar voor de toekomst. Dat is de belangrijkste investering in de voorbije 38 jaar”, klinkt Dirk Robeyn trots. “Voorraadopslag is relevant voor onze sector. Tijdens de zomerpiek kan geen enkele producent maken wat wordt gevraagd. Dus produceren wij vooraf. Maar die voorraad is verspreid over dertig plaatsen. We brengen dat samen op één plaats en halen zo 2.000 vrachtwagens van de weg. We vergroten ook onze opslagruimte van 4.000 naar 14.000 pallets. We gaan ook anders produceren, veel meer in de winter. Ongeveer de helft van onze productie is waterijs. Dat kun je heel goed bewaren. Ook voor het personeel is het aangenamer werken, met minder pieken en minder uitzendkrachten. Het werken wordt ook comfortabeler. In de vriesruimte is de temperatuur -25 graden. Werknemers met een heftruck in een vriesmagazijn zijn een knelpuntberoep. De vriesruimte wordt een volautomatisch magazijn. Bovendien dekken we met duizend zonnepanelen 20 tot 30 procent van onze energiebehoefte. Onze kantoren worden verwarmd met de warmterecuperatie van de compressoren die onze diepvriesruimte van energie voorzien.”

Partner Content