Coronacrisis geeft Franse, Spaanse en Italiaanse economieën enorme dreun
Het zuiden van Europa wordt economisch had getroffen door de coronacrisis. De economie van Frankrijk is in het tweede kwartaal met 13,8 procent gekrompen, die van Italië met 12,4 procent en de Spaanse met 18 procent.
Economen hadden in Frankrijk gemiddeld op een krimp met 15,2 procent op kwartaalbasis gerekend. Voor het eerste kwartaal werden de groeicijfers naar beneden herzien, tot een economische krimp van 5,9 procent, in plaats van 5,3 procent.
Volgens het Italiaanse nationaal statistiekbureau Istat is de krimp van de economie daar, gezuiverd voor seizoen- en kalenderinvloeden, “ongezien” en het gevolg van “de economische effecten van de gezondheidscrisis en de lockdownmaatregelen”. Toch deed de op twee na grootste economie in de eurozone het beter dan verwacht. De Italiaanse bank Unicredit had een terugval van het bbp verwacht van 18 procent.
Zwaar getroffen
Spanje kent voorlopig de grootste daling van alle Europese landen. De daling is ook groter dan verwacht, want analisten hadden gemiddeld een neergang met 16,6 procent voorspeld. In het eerste kwartaal van dit jaar was al een krimp van de Spaanse economie met 5,2 procent te zien. Twee opeenvolgende kwartalen van negatieve groei betekenen dat het land in recessie verkeert.
Op jaarbasis ging de economie van Spanje met meer dan 22 procent onderuit. Spanje behoort daarmee tot de landen die het hardst werden getroffen door de coronacrisis. De economie is immers erg afhankelijk van toerisme en dat lag helemaal plat door de coronapandemie. Maar ook het bedrijfsleven en de consumptie werden hard geraakt door de lockdown.
Voor heel 2020 verwacht de Spaanse regering een economische krimp van meer dan 9 procent. In 2021 zou dan weer een groei van bijna 7 procent te zien moeten zijn. Spanje is de vierde grootste economie van de eurozone.
Donderdag werden al eerste ramingen voor België, met een krimp van 12,2 procent in het tweede kwartaal, en Duitsland, met een krimp van 10 procent, gepubliceerd. Het bruto binnenlands product van de Verenigde Staten is met 32,9 procent gekrompen in het tweede kwartaal, de grootste economische terugval sinds de start van de metingen in 1947.